“Dies Irae” van Marc Vanrunxt.

Nog niet zo lang geleden was Marc Vanrunxt de risee van de Vlaamse dans. Sinds “Ballet in Wit” (1988) had de koreograaf het bij het gros van de programmatoren en pers verkorven. Net zoals Jan Decorte, die andere hofnar van de Vlaamse podiumkunsten. Vanrunxt kon niets goed meer doen, zelfs het glasheldere “Moderne Compositie” (1990) werd doodgezwegen of kwam niet aan de bak. Vanrunxt kreeg het etiket cultstar zoals een recent stuk van hem heet opgespeld en dat beviel hem allerminst. De hypokrisie bereikte een hoogtepunt toen het journaille vorig jaar zijn “Antilichaam” de hemel in prees en het over een come-back had. Hoezo come-back ?

“Antilichaam” was een sterk statement over kunst, dans en kitsch. Ook opvolger “Dies Irae” staat op scherp, al is het zo dat de poëzie het hier van de filozofie haalt. Misschien heeft het met de elegische toon te maken. Of zit het in de intimistische sfeer waarin het dansstuk baadt ? In het begin van “Dies Irae” vertrouwt de toeschouwer het zaakje echter niet : de punkerige noise op de achtergrond, de onderbelichte bühne en de drie figuren in witte lange pijen, het blijft even wennen. Slepend stappen, een cirkel rond de stoel beschrijven, vallen en weer opstaan, de eenvoudige koreografie van geometrisch gestruktureerde bewegingen heeft het karakter van een bezwering. Het is een ritueel voor een beperkte oppervlakte. Als de ingesnoerde dansschriftuur geen oefening in zelfbeheersing was, dan zou ze vervaarlijk dicht tegen de katolieke liturgie aanleunen.

Zover laat Vanrunxt het niet komen. Hij laat de dansers langzaam in zichzelf afdalen, langdurig het eigen gezicht betasten of dompelt hen onder in een elegisch bad. In een tweede deel gooit de koreograaf alle remmen los. Het ritme wordt opgedreven, de belichting volgt een nerveuze logika en ook de koreografie wordt driftiger. Doodsverlangen en -bezwering, “Dies Irae” is een hymne van de jongste dag. Met de nodige zelfironie besluit Vanrunxt met een mespunt kitsch : de dansers kruipen onder een kokon van aluminiumfolie terwijl The Pet Shop Boys “We all feel better in the dark” jengelen.

Paul Verduyckt

Nog op 9/12 in Gent (Vooruit) en op 25, 26 en 27/1 1996 in Leuven (Klapstuk). “Antilichaam” staat op 10/1 in Kortrijk (Stadsschouwburg) en op 19 en 20/1 in Leuven (Klapstuk).

“Dies Irae” : een hymne van de jongste dag.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content