Premier Jean-Luc Dehaene (CVP) stelt de begroting ’96 aan het parlement voor.

De regering voorziet 3.874 miljard frank uitgaven en 3.652 miljard inkomsten. Het tekort in de begroting bedraagt 222 miljard, of 3 procent van het bruto binnenlands produkt (BBP), dat geschat wordt op 8.317 miljard frank.

Dat tekort van 3 procent is de minimum-vereiste om te kunnen toetreden tot de Europese Monetaire Unie (EMU) die op 1 januari 1999 van start gaat.

De regering houdt rekening met een ekonomische groei van 2,2 procent, een inflatie van 2,2 procent, en een korte-termijnrente van gemiddeld 4,6 procent. De gemiddelde rente op de totale overheidsschuld zou 6,69 procent bedragen.

De regering blijft vaag over de extra inspanning om tot die 3 procent tekort te komen, maar die mag geschat worden op 112,5 miljard frank, waarvan 42 procent besparingen en 58 procent nieuwe inkomsten.

De nieuwe inkomsten bestaan onder meer uit een verhoging van de aksijnzen op benzine (2 frank per liter loodhoudende en 2,5 frank per liter loodvrije benzine), en een hogere verkeersbelasting voor diesel-personenauto’s. Voorts wordt het BTW-tarief opgetrokken van 20,5 naar 21 procent. In de sociale woningbouw brengt de regering het BTW-tarief terug van 12 naar 6 procent. De roerende voorheffing verhoogt van 13,5 naar 15 procent. En de strijd tegen de fiskale fraude wordt nog maar eens opgevoerd. Dehaene II raamt de opbrengst van dit alles op 39,5 miljard frank.

Bij de eenmalige inkomsten verwacht de regering 14 miljard frank van de koncessie voor mobilofoonnetten, al verzet Belgacom zich tegen de hoge prijs die het moet betalen. De lagere rente op de staatsschuld moet 8 miljard frank opbrengen, net als een beter beheer van de activa. Sommige hoge pensioenen worden vooraf belast, en de eindejaarspremie voor ambtenaren wordt in januari uitgekeerd in plaats van in december. Het totaal van de eenmalige inkomsten ligt op 36,5 miljard frank. Hiervan behoren 26 miljard frank in feite tot de inkomsten, en 10,5 miljard tot de besparingen.

Op het vlak van de eigenlijke besparingen vindt de regering 13 miljard frank in de ziekteverzekering, onder meer ten nadele van de farmaceutische industrie. Er komen 4 miljard frank besparingen in de uitkeringen voor langdurig werklozen, voor wie de reglementering strenger wordt. Wel voorziet de regering gunsten voor werklozen of OCMW-bestaansminimumtrekkers die in de Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen (PWA) werken, of in de stadswachten die minister van Binnenlandse Zaken Johan Vande Lanotte (SP) wil oprichten. Samen vertegenwoordigen de besparingen 36,5 miljard frank.

De regering trekt zes miljard frank uit voor een (beperkt) banenplan, maar de premier onderstreept dat vroegere initiatieven terzake nog altijd gelden. Zo lopen de lastenverlagingen voor werkgevers, die werklozen of laaggeschoolden aannemen, op tot 62 miljard frank.

Dehaene kondigt aan dat hij de komende maanden werk wil maken van een grondige hervorming van de sociale zekerheid, die niet langer als verzekering maar als solidariteitsfonds zal moeten funktioneren. De premier pleit voor grotere selektiviteit in de uitkeringen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content