Arnon Grunberg: ‘Egypte is een soort vagevuur’

'Het hele Midden-Oosten is een geheime dienst. Iedereen spreekt er in codes.' © Leo Van Velzen
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Twee jaar nadat Sabri Saad El Hamus De mensheid zij geprezen van Arnon Grunberg bewerkte tot Pax Hominis werken de twee samen aan Pax Mama: een stuk over hun moeders.

Als twintigers lieten jullie jullie moeders achter om in een ander land te gaan wonen. Vorig jaar trok u weer bij haar in om aan een boek over haar te werken, en El Hamus ging terug naar Caïro. U ging mee?

ARNONGRUNBERG: Ik wilde haar graag ontmoeten. ‘Caïro roept’, schreef Sabri me. Dus reisden wij – regisseur Gerardjan Rijnders, Sabri en ik – naar Egypte om er zijn moeder te ontmoeten en Caïro te leren kennen. Het was ramadan, het was zomer, het was zoals Sabri zei ‘een reis naar de onderwereld’. Toen we afscheid namen van zijn moeder moest Sabri erg huilen. Zij ook, geloof ik. Ze had iets van een diva.

Een diva in een verscheurd land.

GRUNBERG: Het woord ‘onderwereld’ valt niet voor niets in het stuk. Egypte is momenteel een soort vagevuur. Er is weinig hoop sinds de revolutie. Omdat Sabri’s moeder er woont, gaat het stuk ook over de Arabische Lente. Of beter: over de afwezigheid van de lente. In het stuk, waarin een westerling in Caïro belandt, geef ik een beeld van het Midden-Oosten, met de dilemma’s en specifieke problemen die de regio teisteren.

U vond inspiratie in de film The Green Prince vanNadav Schirman. Hoe precies?

GRUNBERG: Schirmans documentaire gaat over de zoon van een topfunctionaris van Hamas die voor de binnenlandse Israëlische geheime dienst Shin Bet werkt, en er bevriend raakt met zijn Israëlische handler – iemand die een spion begeleidt. Na het zien van die film begreep ik waarom de westerling in mijn stuk in Caïro is. Hij is een handler en de Egyptenaar die hij ontmoet, werkt voor de geheime dienst.

Eigenlijk is het hele Midden-Oosten een geheime dienst. Iedereen spreekt er in codes. Daarom is begrip een vorm van verzoening. In de vijand jezelf herkennen, dat lijkt me de kern van verzoening. Nu, aan taal kleeft sowieso een dubbelzinnigheid die aan getallen niet of minder kleeft. Daarom gaan vertaalmachines zo vaak in de fout.

Google Translate worstelt ook met: ‘Alle oorlogen zijn oorlogen tegen moeders en tegen vrouwen die nog moeder moeten worden.’ Gaat Pax Mama over de angst uw moeder te verliezen?

GRUNBERG: Misschien wel. Al gaat de voorstelling vooral over het zoeken naar oplossingen om met situaties te kunnen leven.

Situaties zoals geweld, of het ‘pop worden van de moeder’? ‘The mother is a doll. Sooner or later all our mothers become dolls‘, schrijft u op uw blog. Wat bedoelt u daarmee?

GRUNBERG: De moeder in het stuk wordt gespeeld door een pop. Ik kwam op het idee toen ik op bezoek was bij poppenmaakster Ester Natzijl. Er zat een levensgrote pop bij haar op de sofa. Toen ik ze zag, en begreep wat je allemaal met een pop kunt doen, drong het tot me door: de moeder is een pop. Aftakeling maakt van mensen poppen. Vrouwen hebben meer talent om pop te worden dan mannen. Ze zeggen weleens: als je hoogbejaard wordt, word je weer een kind. Dat is niet waar. Als je hoogbejaard wordt, word je een pop.

Verwerkt u dit ‘inzicht’ in het boek over uw 87-jarige moeder?

GRUNBERG: Het wordt geen biografie, maar een roman, die pas volgend jaar verschijnt. En de moeder in dat verhaal is geen pop. Vermoed ik. (grijnst)

Pax Mama, Belgische première: 13/02, DeBuren, Brussel.

Els Van Steenberghe

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content