“Fotografie en realisme in de 19de eeuw” in Galerie Ronny Van de Velde.

De tentoonstelling in de galerie Ronny Van de Velde is zeer uitgebreid. Het zijn foto’s uit de vorige eeuw, meestal van gebouwen en stadslandschappen in en om Antwerpen. De foto’s werden waardig ingelijst en zachtjes verlicht. Het zijn delicate objecten. Deze foto’s kan men niet haastig bekijken, ze vragen om tijd en aandacht. Die houding hoort bij de vorige eeuw. Tussen de foto’s hangen er ook nog schilderijen en tekeningen, ook uit de vorige eeuw, ook van de architectuur in Antwerpen. Het bezorgt de tentoonstelling wat kleur, maar de overheersende toon is toch sepia, het is de kleur van de oude foto’s, sepia met daarin, in de diepte van het beeld, de verkleuringen van de tijd.

De expositie is meer dan een reeks nostalgische prenten over hoe mooi het vroeger was en meer ook dan een studieobject over Antwerpen in de vorige eeuw. Eigenlijk vertellen deze foto’s over de omgang die de fotografen hadden met de werkelijkheid, hoe ze – alsof het niet anders kon – de stad verbeeldden. Het is natuurlijk spannend om te zien dat het kruispunt van de De Keyserlei met de Frankrijklei in 1863 een landelijk tafereel was, met water en weiden en een bruggetje waarlangs men, met paard en kar, naar het station kon (dat in die tijd nog een houten gebouwtje was). Ik kan me voorstellen dat de Antwerpenaren met verbijstering zullen constateren hoe hun stad op niet veel meer dan honderd jaar veranderd is. Het is natuurlijk interessant om beelden te zien van de gebouwen die er nu niet meer zijn en ze te bestuderen in functie van de architectuurgeschiedenis. De expositie is driedubbel het zien waard, want het is ook een tentoonstelling van foto’s en een tentoonstelling over de schijn en de werkelijkheid, en dit verschijnsel is universeel.

De fotografie heeft een schijnheilige relatie met de werkelijkheid. Foto’s doen alsof, ze insinueren betrouwbaarheid en dit gevoel stoeit met de gedachte dat de foto een optisch-chemisch proces is, waarbij het toestel (een ding dat niet denkt of voelt) op een film (een systematisch gevoelige plaat) opneemt wat er voor het objectief is. De fotograaf-onder-het-zwarte-doek moest goede ogen hebben en zich degelijk aanpassen aan de duisternis om het beeld juist te kunnen beoordelen. In feite deed hij wat voor de hand lag, hij maakte een rand rond de dingen die hij wilde in beeld brengen. Uiteindelijk zag de foto er nog anders uit. Er is veel dat de fotograaf bij de opname niet gezien had. Foto’s zijn grotendeels onvoorspelbaar.

OUDERWETSE PRENTKAARTEN

Zonder het te beseffen maakte de fotograaf een groot aantal zeer specifieke keuzes. Nam hij ook de omgeving, of iets uit de voorgrond, welk moment koos hij van de dag en het licht, waar plaatste hij zijn fototoestel, liet hij mensen of voorbijgangers toe in beeld (vaak werden ze door een lange belichtingstijd weggeveegd), hechtte hij belang aan esthetiek of nam hij slechts een rechtdoor-rechtop-standpunt? Op de tentoonstelling zien we veel variaties. De foto’s die aanvankelijk erg op elkaar lijken, krijgen bij nader toezien meer en meer kleur en variatie. Algemeen was er zeker de neiging om het onderwerp correct, scherp en helder weer te geven, we zien weinig artistiekerige pogingen, de fotograaf gedroeg zich als een documentarist. Hij wilde de kijker een duidelijk beeld geven van wat er was. Hij fotografeerde voorgevels en huizenrijen. De officiële voorkant van de dingen.

De tentoonstelling wordt gedomineerd door het werk van Edmond Fierlants (Brussel 1819-1869). Hij is een bekwaam vakman, die zich bekwaamde in Parijs en in opdracht van de stad Antwerpen en aanbevolen door de minister van binnenlandse zaken honderdzesentachtig foto’s van Antwerpen maakte. De foto’s zijn groot, helder en van een goede technische kwaliteit.

Fierlants fotografeert niet alleen de voorgevels, maar ook hoekjes, portieken, schepen, standbeelden, poorten en binnenkoertjes. In feite maakt hij foto’s zoals we die kennen van de ouderwetse prentkaarten, de toeristische blikvangers, de mooie oude dingen waarbij de storende elementen zorgvuldig weggelaten worden. Storende elementen zoals ordinaire voorbijgangers, sjofele aanpalende woningen. Maar de foto’s van de andere misschien minder professionele fotografen zijn vaak spannender, ze laten meer ruimte voor de nevenverschijnselen.

De oudste foto is er een van 1847, het mollige papier van die foto maakt het tafereel (gildenhuizen op de Grote Markt) tot iets mysterieus, de jongste foto’s dateren uit 1880. Het is een schitterende tentoonstelling en er hoort een heerlijk boek bij met al de foto’s in kleur (om te genieten van de verkleuringen), met een degelijke tekst van prof Herman Van Goethem en onwaarschijnlijk veel informatie, zowel over Antwerpen in de vorige eeuw (middeltjes om de datum te bepalen – zoals het plaatsen van straatverlichting) als over de fotografie en de technieken uit die tijd. Het is een tentoonstelling over het beeldgeheugen en de tijd.

“Fotografie en realisme in de 19e eeuw”, Galerie Ronny Van de Velde, IJzerpoortkaai 3, 2000 Antwerpen Telefoon 03/216.30.47 – 03/216.26.97, van dinsdag tot en met zondag van 10 tot 18u, nog tot 27/2.

Johan De Vos

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content