Johan Van Overtveldt (N-VA)

Wat Bernanke verzwijgt

Johan Van Overtveldt (N-VA) Europarlementslid, voormalig minister van Financiën en ex-hoofdredacteur Trends en Knack.

De Fed draait de geldkraan nog verder open. Ben Bernanke schermt met drogredenen. Hij wil vooral een lagere dollar.

Het zat er al even aan te komen maar nu is het officieel: de Amerikaanse centrale bank (Fed) gaat voor de derde keer op vier jaar tijd haar balans verder opblazen in een poging om de economie en de tewerkstelling te stimuleren. De Fed moet haar toevlucht nemen tot deze techniek van de zogenaamde quantitative easing (QE) omdat haar basisrentevoeten reeds geruime tijd zo goed als op 0% zitten. Het klassieke recept om de economie via monetaire weg te stimuleren, namelijk via lagere rentevoeten, behoort dus niet meer tot de mogelijkheden.

De Fed ging reeds twee keer op de QE-toer. In november 2008 startte de Fed met QE1. In het kader van QE1 werd in totaal voor 1200 miljard dollar aan papier van diverse aard (vooral gelinkt aan vastgoed) opgekocht. In november 2010 schoot de Fed van voorzitter Ben Bernanke terug in actie. In het kader van QE2 werd in totaal voor 600 miljard dollar aan papier van de Amerikaanse Schatkist opgekocht.

De derde oefening in QE zal, zo stelde voorzitter Bernanke in zijn toelichting, als het moet ongelimiteerd zijn. In een eerste fase zal de Fed er zich toe beperken 40 miljard dollar per maand aan papier gelinkt aan vastgoed in de markt op te kopen. De verkopers van dit papier, zijnde in belangrijke mate de banken en andere financiële instellingen, ontvangen vers gecreëerd geld van de Fed.

Voorzitter Ben Bernanke en zijn mede-directeuren hopen met deze acties, net zoals met de voorgaande QE-acties, de lange termijnrentevoeten laag te houden en verse liquiditeiten in de economie te brengen. Op deze manier zou dan de kwakkelende groei van de Amerikaanse economie moeten opgevijzeld worden en ook de creatie van nieuwe jobs moeten gestimuleerd worden.

Bernanke legt steeds explicieter de nadruk op de jobcreatie. Een vreemde argumentatie en dit omwille van minstens twee redenen.

Ten eerste, het geld dat de Fed de voorbije periode creëerde in het kader van haar QE-acties blijft grotendeels buiten de economie. De Amerikaanse banken parkeren dezer dagen zo maar eventjes 1500 miljard dollar elke avond terug bij de Fed (de zg. excess reserves). Dit is voor een groot gedeelte het geld gecreëerd door de Fed om de economie te stimuleren, vooral via QE-operaties.

In een goed draaiende economie zouden de banken deze som (en zelfs een veelvoud daarvan) terug in de economie pompen via kredieten aan particulieren en ondernemingen of uitlenen aan andere financiële instellingen. Geen van beide gebeurt op grote schaal, enerzijds omdat de economie op een laag pitje draait en ondernemingen en vooral gezinnen hun schulden willen afbouwen en anderzijds omdat het onderlinge wantrouwen tussen de financiële instellingen bijzonder groot blijft.

Ten tweede, Bernanke komt meer en meer in botsing met zijn eigen geschiedenis. Wat de man in de herfst van 2008 deed, was briljant en moedig. Zonder de Fed-interventies door hem geïnspireerd was de wereldeconomie in een infernale spiraal terecht gekomen. Hij bracht toen in praktijk wat hij nu bijna tien jaar geleden in zijn historische speech omtrent deflatiebestrijding in het vooruitzicht stelde als het ultieme crisisplan. Deflatie is een systematische daling van de prijzen doorheen de economie.

De periode nadien bleef Bernanke op dit elan doorgaan. Alleen, de Amerikaanse economie verkeert vandaag helemaal niet in deflatie. De Amerikaanse inflatie schommelt rond de 2% op jaarbasis en de QE-operaties voeden eerder inflatieverwachtingen dan wel deflatietendensen.

Deze bedenkingen voeden het vermoeden dat Bernanke QE3 onderneemt met andere objectieven voor ogen dan dewelke hij publiekelijk uitspreekt. Een vermoeden dat bij een rondvraag in regionale Fed-kringen onmiddellijk bevestiging krijgt.

In de realiteit start Bernanke zijn derde ronde QE omwille van twee redenen. Ten eerste, het Amerikaanse financiële systeem blijft veel fragieler dan vaak door de buitenwacht gedacht wordt. Bijkomende middelen vanwege de Fed zijn nodig om de balansen gefinancierd te houden en om blinde verkopen van bankactiva zoals bijvoorbeeld aan het vastgoed gelinkt papier te voorkomen. Het spreekt voor zich dat als iemand als Bernanke openlijk zou spreken over dit fenomeen, een stampede op de markten moeilijk te vermijden zou zijn.

Ten tweede, met deze politiek van overmatige geldcreatie willen Bernanke en de Fed de dollar naar beneden krijgen. Op deze manier wil men de export van de Amerikaanse bedrijven ondersteunen om alzo groei en jobs te creëeren. De Fed kan onmogelijk luidop zeggen dat een devaluatie van de dollar haar doelstelling is om de doodeenvoudige reden dat formeel gezien de verantwoordelijkheid voor de dollar niet bij de Fed ligt maar wel bij het Amerikaanse ministerie van Financiën, de Treasury. Iedereen binnen de Fed weet dat het statuut van de Fed al zo makkelijk onder vuur komt in het Congres zodat niemand hier risico’s wil nemen.

Finaal moet er dus geconcludeerd worden dat Ben Bernanke toch gedeeltelijk de waarheid spreekt. Hij streeft groei en jobcreatie na. Hij vergeet aan te geven op welke manier hij dat doel in de realiteit wil bereiken. En vergeet ook een ander objectief van zijn interventies te vermelden. Blijft natuurlijk vooral de vraag of de hele QE-operaties ook echt zoden aan de dijk zetten. Het antwoord op die vraag neigt steeds meer naar “neen”. Bovendien neemt de onzekerheid toe over de manier waarop deze enorme liquiditeitsbobbel zal afgebouwd worden en over de gevolgen daarvan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content