Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) toont in het vluchtelingendebat een gebrek aan een intelligente juridische strategie, vindt advocaat Fernand Keuleneer.

‘Wat is het nut van al het lawaai dat Theo Francken heeft gemaakt?’ De Brusselse advocaat Fernand Keuleneer begrijpt niet waar de staatssecretaris heen wil met zijn ‘gescheld op rechters’. Francken trok vorige week zwaar van leer tegen een ’totaal waanzinnig’ arrest van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RVV). Die vernietigde op 10 oktober 2016 de uitwijzing van een Afghaanse moeder en haar vijf kinderen naar Duitsland, omdat de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) niet afdoende had gemotiveerd dat het gezin beschermd is tegen een ‘onmenselijke behandeling’, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens het noemt. Francken noemt die beslissing een uitholling van de Dublinverordening, die stelt dat vluchtelingen opgevangen moeten worden in het land van aankomst.

Fernand Keuleneer noemt die bewering ‘intellectueel oneerlijk’. ‘De politiek heeft beslist dat het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het Handvest van de Grondrechten altijd voorrang hebben. Die rechten zijn vaag geformuleerd en kunnen dus ruim geïnterpreteerd worden. De betrokken rechters wereldvreemd of links noemen is dus dom, intellectueel oneerlijk of beide.’ Dat de interpretatiemogelijkheden zo ruim liggen, komt omdat de wetgever tegenwoordig veeleer politieke akkoorden dan wetten schrijft. Dat geeft rechters een blanco cheque.’

De Brusselse advocaat ziet wel meer intellectuele oneerlijkheid in deze kwestie. Keuleneer: ‘Natuurlijk mag Theo Francken kritiek hebben, zolang hij maar bij de feiten blijft. Als hij schrijft dat volgens de RVV-rechter Duitsland “es nicht schafft” en aan onmenselijke behandeling doet, dan stuurt hij verzinsels rond. In het arrest staat alleen dat de uitwijzing van het Afghaanse gezin niet goed gemotiveerd was. Als het over een alleenstaande man ging, was er wellicht geen probleem geweest.’

Keuleneer betwist ook dat deze zaak een precedent kan worden. Daarvoor verwees staatssecretaris Francken naar een arrest uit 2011, waarin het Europees Hof voor de Rechten van de Mens België verbood om een Afghaanse asielzoeker naar Griekenland te sturen. ‘Ook toen ging het om een individueel geval. Er werd er nooit gezegd dat we “niemand” meer naar Griekenland mochten sturen.’

Volgens Keuleneer had Francken na het arrest van de RVV nog ruim twee weken om cassatieberoep aan te tekenen. Waarom hij dat niet deed? Dat weet Keuleneer niet. ‘Ik zie geen intelligente juridische strategie in dit verhaal, zelfs geen aanzet daartoe. Als de staatssecretaris niet weet wat te doen, mag hij mij altijd consulteren (lacht).’

Door SIMON DEMEULEMEESTER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content