Johan Van Overtveldt (N-VA)

Het échte Italië: ‘Machtsmisbruik raakt er niet uitgeroeid’

Johan Van Overtveldt (N-VA) Europarlementslid, voormalig minister van Financiën en ex-hoofdredacteur Trends en Knack.

Silvio Berlusconi wordt veroordeeld wegens belastingfraude en zet prompt nog maar eens politiek Rome op stelten. Het Italiaans probleem gaat echter veel verder dan enkel maar Berlusconi.

Bijna één jaar al probeert Mario Monti als technocratisch premier van Italië enige rechte lijnen te trekken in de chaos, zo typerend voor het naoorlogse beleid in zijn land. Vooral de fratsen van voormalig premier en mediamagnaat Silvio Berlusconi rijden Monti voortdurend in de wielen. Na zijn veroordeling voor fiscale fraude en verbanning uit officiële functies voor vijf jaar (waar Berlusconi overigens sowieso tegen in beroep gaat) dreigde hij onmiddellijk de parlementaire steun aan de regering Monti op te zeggen. Bovendien suggereerde Berlusconi dat, alhoewel hij zichzelf niet meer als toekomstig premier van Italië ziet, hij misschien wel als minister van Justitie kan terugkomen om “andere Italianen zijn lot te besparen”.

Luigi Zingales weet niet of hij moet lachen of wenen bij het aanhoren van de jongste uitlatingen van Berlusconi. Luigi Zingales is Italiaan van geboorte maar trok in 1988 naar de VS om daar economie te gaan studeren. Hij behaalde een doctoraat aan het prestigieuze MIT (Massachussets Institute Technology) en kwam uiteindelijk terecht op de al even prestigieuze business school van de University of Chicago. Alhoewel in belangrijke mate veramerikaniseerd, blijft Zingales ook nauw verbonden met zijn geboorteland. Zo is hij onder meer onafhankelijk bestuurder van Telecom Italia.

Zeer recent verscheen van Luigi Zingales het boek A Capitalism for the People (New York, Basic Books) waarin hij het volgende schrijft in de inleiding: “Ik kwam in 1988 naar de VS omdat ik het Italiaans systeem als fundamenteel unfair ervoer. Italië is de bakermat van het nepotisme en van het cronyism (het ongebreideld misbruik van machtsposities, red.). Tot op de dag van vandaag domineren beide kenmerken de Italiaanse maatschappij. Je raakt vooruit op basis van wie je kent, niet op basis van wat je kan. Recent kwam de corruptie van en rond Silvio Berlusconi, de businesstycoon die politicus werd en het land twintig jaar domineerde, aan het licht. Terwijl zelfs naar Italiaanse standaarden Berlusconi een extreem geval was, kan je hem echt niet als een uitzondering zien. Berlusconi is het typisch product van een gedegenereerd systeem” (p. x).

Wanneer aangesproken rond de meest recente uitspraken van Berlusconi en de positie van Italië vandaag ziet Zingales geen enkele reden om bovengaande analyse te verzachten:

“Italië blijft door en door corrupt. Mario Monti doet wat hij kan en is zonder twijfel het beste dat Italië in decennia overkwam, maar ook hij krijgt het hoe langer hoe moeilijker. Alle politici zitten reeds volop met de verkiezingen van volgende lente in het achterhoofd. Nog bijkomende besparingen en structurele hervormingen doorvoeren, wordt zo goed als onmogelijk. Eigenlijk willen alle Italiaanse politici zo snel mogelijk terug naar business as usual. Noem het crony capitalism of beter nog cronyism tout court; het raakt niet uitgeroeid in Italië. Noordelijke landen zullen zich met de regelmaat van een klok blijven afvragen wat ze in ’s hemelsnaam in één monetaire unie doen met landen als Italië die als rechtsstaat mijlenver afstaan van wat bijvoorbeeld Duitsland en Nederland voor staan”.

Johan Van Overtveldt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content