Koningin Mathilde heeft met haar broers en zussen een vennootschap opgericht om een deel van het familiefortuin te beheren.
Niet zo lang geleden kreeg koningin Fabiola nog forse kritiek te verwerken op haar eigen stichting, waarmee ze successierechten zou kunnen ontlopen. Nu blijkt dat ook koningin Mathilde eind vorig jaar samen met haar twee zussen en haar broer een eigen vennootschap heeft opgericht: de Groupement Forestier de Losange (GFL). Dat schrijft De Standaard.
Daarin werden de gronden rond het kasteel van Losange ondergebracht, de plek waar Mathilde haar kindertijd doorbracht. Door de vennootschap vermijdt Mathilde dat het domein van Losange versnipperd raakt bij haar overlijden, of dat van haar broer of een van haar zussen. In dat geval krijgen erfgenamen aandelen in de vennootschap, en niet de gronden zelf.
Fiscale voordelen
Maar de vennootschap biedt ook fiscale voordelen. “Alle onderhouds- of renovatiekosten kunnen bijvoorbeeld afgeschreven worden”, zegt fiscaal advocaat Michel Maus. “En het doorgeven van het patrimonium kan kosteloos gebeuren door de aandelen uit de GFL te schenken aan de kroonprinsen en -prinsessen. Net zoals een stichting kan ook een patrimoniumvennootschap gebruikt worden om successierechten te omzeilen.”
Jos Ruysseveldt, professor aan de Fiscale Hogeschool in Brussel en vermogensadvocaat, denkt dan ook dat de familie d’Udekem d’Acoz een probleem kan hebben als zou blijken dat er louter fiscale motieven schuilgaan achter de GFL. (Belga/TE)
