Els Keytsman (Unia): ‘Mensenrechten zijn geen non-probleem, mevrouw Demir’

Els Keytsman © Unia
Ann Peuteman

‘Het is een zorgwekkende tendens dat onafhankelijke instellingen worden aangevallen omdat ze hun job doen’, dat zegt Unia-directeur Els Keytsman in een reactie op de uitspraken van staatssecretaris Zuhal Demir over haar instelling.

Mevrouw Demir suggereert dat Unia misschien beter kan opgaan in een nieuw instituut dat álle mensenrechten bewaakt.

ELS KEYTSMAN: Wij zijn vragende partij voor zo’n instituut. Het wordt hoog tijd, want de oprichting ervan wordt al sinds 1999 in de opeenvolgende regeerakkoorden aangekondigd en ons land heeft het ook echt nodig. Maar het is aan de politiek om te beslissen hoe zo’n mensenrechteninstituut er moet uitzien.

Vandaag bestaat er al een hele resem mensenrechteninstellingen die zich vaak over dezelfde problemen uitspreken. Niet erg efficiënt, toch?

KEYTSMAN: (zucht diep) Hoe komt het dat naast Unia ook nog het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen en het federaal migratiecentrum Myria bestaan? Doordat de politiek die structuur drie jaar geleden eigenhandig heeft opgezet. Dat is natuurlijk haar goede recht, maar het kan niet de bedoeling zijn dat er om de vier, vijf jaar weer nieuwe instellingen worden bedacht. Dan blijven wij bezig met het in goede banen leiden van herstructureringen.

Zuhal Demir verwijst naar Nederland, waar ze met één mensenrechtencollege veel efficiënter zouden werken.

KEYTSMAN: Ze vergelijkt appelen met peren. Het Nederlandse college waarnaar ze verwijst, heeft een heel andere opdracht dan wij: het is een soort rechtbank dat uitspraken doet in disputen. In werkelijkheid zijn er in Nederland dertig Unia’s: lokale bureaus die meldingen over discriminatie behandelen. En daarnaast hebben ze ook nog een instelling voor internetdiscriminatie en hate speech, en een kenniscentrum dat onderzoek doet naar discriminatie en gelijke kansen.

Kwatongen beweren dat de N-VA het nieuwe mensenrechteninstituut wil gebruiken om Unia te lozen.

KEYTSMAN: Wat de politiek ook beslist: wij zullen onze job zo goed mogelijk blijven doen. Want wie denkt dat ons werk dan overbodig wordt, vergist zich. Er zal altijd een instelling nodig zijn die meldingen over discriminatie behandelt en beleidsaanbevelingen doet op het vlak van discriminatie en gelijke kansen. Of die nu Unia heet of niet.

Het is net op dat werk dat Demir kritiek heeft: jullie zouden je met non-problemen bezighouden.

KEYTSMAN: Mensenrechten zijn geen non-probleem. Integendeel. Als wij advies uitbrengen over het boerkiniverbod in zwembaden, doen we dat in de eerste plaats omdat de betrokken vrouwen maar ook gemeentebesturen ons daarnaar vragen. Het is onze job om zo’n vraag dan af te toetsen aan de wetgeving en vervolgens een objectief en duidelijk advies op te stellen. Maar door alle meldingen die bij ons binnenlopen, zien wij ook het grotere plaatje. Meer en meer zwembaden verbieden het dragen van een boerkini, en dus is het heel belangrijk dat we nú de grens aangeven. Zoiets kan namelijk snel grotere proporties aannemen. Voor je het weet worden moeders met een hoofddoek in het zwembad van de publiekstribune geweerd.

De aanhoudende kritiek op Unia moet u toch raken?

KEYTSMAN: Natuurlijk betreur ik dat, want het is onze wettelijke opdracht die word aangevallen. En niet die van ons alleen. In maart nog kreeg Bart Weekers, de Vlaamse ombudsman, kritiek uit politieke hoek toen hij zijn jaarrapport publiceerde. Men verweet hem dat hij zich met inhoudelijke zaken bemoeide. Terwijl dat net zijn opdracht is! Onafhankelijke instellingen worden dus aangevallen omdat ze hun wettelijke opdracht uitvoeren. Heel zorgwekkend vind ik dat.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content