De ‘Turteltaks’: hoe zat dat weer precies?

Annemie Turtelboom en haar opvolger Bart Tommelein © Belga
Kamiel Vermeylen

Vandaag doet het Grondwettelijk Hof uitspraak over de rechtsgeldigheid van de zogenaamde ‘Turteltaks’. Dat is een energieheffing die voormalig minister van Energie Annemie Turtelboom in het leven riep om de schuldenberg die ontstond na het massaal toekennen van groenestroomcertificaten te verlichten.

Vandaag doet het Grondwettelijk Hof uitspraak over het feit of de energieheffing die werd ingevoerd door Annemie Turtelboom wel grondwettelijk is. De energieheffing kent een lange voorgeschiedenis, die teruggaat naar de invoering van de groenestroomcertificaten in 2002.

1,7 miljard euro

De groenestroomcertificaten werden ingevoerd door wijlen Steve Stevaert (SP.A) om de bevolking aan te zetten om te investeren in het opwekken van groene energie. Eenieder, gaande van particulieren tot bedrijven, die groene stroom aan het energienet leverde, kreeg daarvoor subsidie. In de volgende legislatuur, onder toenmalig minister voor Energie Kris Peeters (CD&V), bleven de subsidies hiervoor even hoog. Hilde Crevits, die de fakkel van Peeters in 2007 overnam, verlaagde de subsidies voor de groenestroomcertificaten omdat de kosten dusdanig opliepen dat er een oversubsidiëring ontstond. De daling werd voortgezet door Freya van den Bossche (SP.A) tot het uitschrijven van nieuwe certificaten in 2014 volledig werd stopgezet.

Gedurende die twaalf jaar liep de kost van de subsidies enorm op. Nadat de groenestroomcertificaten werden ingevoerd stegen de investeringen in onder meer zonnepanelen aanzienlijk. Zo investeerde Fernand Huts, eigenaar van Katoennatie, maar liefst in 800.000m² zonnepanelen in de haven van Antwerpen. Een interessante investering, aangezien particulieren en bedrijven 20 jaar een subsidie (450€ per megawattuur) ontvangen voor de groene stroom die ze aanleveren. Door het ‘succes’ van dit systeem liep de schuldenberg van de Vlaamse Overheid in totaal met 1,7 miljard euro op.

Dubbele belasting

Om die schuldenput te dichten riep de voormalige Vlaamse minister van Energie Annemie Turtelboom (Open Vld) op 1 maart 2016 de Vlaamse energieheffing in het leven. Nochtans werd die beslissing al in 2015 teruggefloten door de Raad van State, die vond dat er op die manier een dubbele belasting werd geheven. Turtelboom ging echter aan die bezwaren voorbij en voerde de taks toch in.

Al snel werd de heffing door de oppositie omgedoopt tot de ‘Turteltaks’. De Open VLD trachtte nog te counteren met de ‘Freyafactuur’, zij waren er immers van overtuigd dat de afbouw van de groenestroomcertificaten veel te traag was gebeurd. De strijd was echter al gestreden, de ‘Turteltaks’ had zijn weg vond naar het dagelijkse lexicon van menig Vlaming.

Maar wat betekende de energieheffing van Turtelboom dan precies? Die voorzag, afhankelijk van het verbruik van de gezinnen, dat een gemiddeld gezin 100 euro per jaar extra zou betalen. Voor grote verbruikers zou het bedrag zelfs tot 770 euro kunnen oplopen. Een fikse knauw, aangezien het gemiddelde gezin zijn energiefactuur de afgelopen twee jaar met 344,41 euro zag stijgen.

Door deze taks kwam Turtelboom in het oog van de storm te staan. Bovendien sloeg Turtelboom er op dat moment niet in om de bouw van een biomassacentrale tegen te houden, die de kostprijs van de taks had kunnen milderen. Onder druk van de oppositie nam ze, nog geen twee maanden na de effectieve invoering, ontslag. ‘Noch ik noch mijn partij hebben zich hier iets te verwijten’, zei Turtelboom gelaten toen ze opstapte. ‘Het dossier is te gepersonaliseerd geraakt. In het belang van mijn partij geef ik de fakkel door.’

Doorn in het oog

Dat maakte echter niet dat de Turteltaks ook van het toneel verdween. Turtelbooms opvolger Bart Tommelein schaafde het voorstel ondertussen wel bij, waardoor het maximumbedrag van 770 euro naar 290 euro daalde.

Uiteraard bleef de taks nog steeds een doorn in het oog van de oppositiepartijen. Die vonden niet alleen dat de taks ongrondwettelijk was, maar ook dat ze te zwaar woog op de gewone gezinnen. En dat in tegenstelling tot de grote bedrijven, die volgens de oppositie de dans ontsprongen.

‘De bedrijven profiteren het meest van de investeringen in groene stroom, maar minister Turtelboom kiest ervoor om de gezinnen ervoor te laten betalen’, klonk het bij SP.A. Ook Groen vond dat de het geld bij de grootverdieners gezocht moest worden. Energiespecialist van NV-A Andries Gryffroy vond het dan weer een slecht idee om de heffing te verlagen.

Voorzitter van de PVDA, Peter Mertens, bleef niet bij de pakken zitten en diende met partijgenoot Tom de Meester een klacht in bij het Grondwettelijk Hof. Volgens de PVDA is de Vlaamse energieheffing een dubbele belasting.

‘Met de turteltaks voert de Vlaamse regering een taks in op het energieverbruik, terwijl de federale regering dat eerder ook al deed. Twee keer hetzelfde belasten is volgens de Grondwet verboden. Dat betoogde de Raad van State ook al toen ze een negatief advies gaf over de turteltakswet’, aldus de partijvoorzitter.

‘Bovendien schendt de turteltaks ook het gelijkheids- en evenredigheidsbeginsel. Alleenstaanden en gezinnen betalen in verhouding veel meer turteltaks dan grote bedrijven. De 30 grootste stroomslurpers – grote multinationals – betalen zelfs helemaal geen turteltaks. Ook dat is onrechtvaardig’, zeggen Mertens en De Meester.

Vandaag doet het Grondwettelijk Hof uitspraak over de rechtsgeldigheid van de energieheffing.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content