Remco Evenepoel (25) gaf in de veertiende rit van de Tour de France op. Bergop haalde hij nooit zijn beste niveau, zowel bij explosieve inspanningen als op langere beklimmingen. Analisten verwijzen naar zijn verstoorde winter door een val. Volgens bewegingsanalist Stefan Deckx (Universiteit Antwerpen) zou het probleem weleens ergens anders kunnen liggen: bij spieren in zijn schouder die niet meer actief meewerken.
‘Volle benen, niet het verhoopte gevoel.’ Zo vatte Remco Evenepoel zijn dag samen na de eerste bergrit in de Tour, naar Hautacam. Al op de Col du Soulor moest hij lossen. Hij keerde terug, maar op de slotklim haakte hij opnieuw af, toen Tadej Pogacar verschroeiend versnelde.
Evenepoel bleef in zijn tempo rijden, maar verloor uiteindelijk ruim drieënhalve minuut op Pogacar en bijna anderhalve minuut op Jonas Vingegaard.
Nog opvallender: hij verloor meer dan een minuut op Florian Lipowitz en een halve minuut op Tobias Johannessen en Oscar Onley. Zelfs Kévin Vauquelin bleef hem vijf seconden voor. Zeker van die laatste drie verwacht je niet dat ze hem zouden kloppen.
Ploegmaat Ilan Van Wilder was eerlijk: ‘Dit is niet de Remco die we kennen.’ Evenepoel zelf probeerde het positief te bekijken: ‘Als dit mijn slechtste dag was, zou dat goed nieuws zijn.’
In de klimtijdrit naar Peyragudes ging het echter van kwaad naar erger: slechts twaalfde, op 2 minuten en 39 seconden van Pogacar. Jonas Vingegaard haalde hem zelfs nog net voor de finish in.
😱 Jonas Vingegaard has caught up and overtaken @EvenepoelRemco on the final ramp to the Peyragudes Altiport!
— Tour de France™ (@LeTour) July 18, 2025
😱 Jonas Vingegaard a repris et dépassé @EvenepoelRemco dans la rampe finale vers l’Altiport de Peyragudes !#TDF2025 pic.twitter.com/rVQKqnEwjv
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Evenepoel, die zelden zo gedeprimeerd was, kon geen verklaring geven: ‘Op een normale dag moet ik in een tijdrit als deze in de top drie finishen. Ik was gewoon heel erg slecht. Ik weet niet wat het is, na twee kilometer klimmen viel ik gewoon stil. Dat is al sinds de Dauphiné (half juni, nvdr) hetzelfde verhaal.’
Een dag later was zijn fysiek en mentaal vat helemaal leeg en stapte hij in de ploegwagen op de Tourmalet.
Evenepoel mist zijn explosiviteit
Dat Evenepoel op de lange klimmen onder zijn niveau presteerde, viel het meeste op. Maar ook op korte, steile aankomsten kon hij zich niet onderscheiden.
In de eerste Tourhelft moest hij telkens renners voor zich laten op aankomsten zoals Boulogne-sur-Mer, Rouen, Mûr-de-Bretagne en Le Mont-Dore – allemaal minder explosieve types dan hij. Ook het verschil met Tadej Pogacar was opvallend groot.
A blistering win from Pogačar 💥
— Velon CC (@VelonCC) July 11, 2025
Tadej Pogačar moves back into the yellow jersey with a peerless sprint victory out of a reduced bunch on Stage 7 of the Tour de France.
𝗦𝘁𝗮𝗴𝗲 𝟳 𝗿𝗲𝘀𝘂𝗹𝘁
1 Tadej Pogačar
2 Jonas Vingegaard, same time
3 Oscar Onley, +2″
____
🇫🇷 #TDF2025 pic.twitter.com/U9xseHEeOe
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Op zijn rustdag zei Evenepoel daarover: ‘Ik kan in de laatste driehonderd meter van etappes niet hetzelfde als vorig jaar. Ik mis een beetje die laatste ‘punch’.’
Nochtans werkte de renner van Soudal Quick-Step de voorbije jaren hard aan zijn explosiviteit. In de Vuelta van 2023 won hij nog een sprint bergop in Arinsal, voor onder meer Jonas Vingegaard, Juan Ayuso en Primoz Roglic.
Eerder dat seizoen klopte hij Roglic al op La Molina in de Ronde van Catalonië. En in Luik-Bastenaken-Luik van 2022 en 2023 – weliswaar zonder Pogacar aan de start – reed hij telkens iedereen uit het wiel door explosief aan te vallen op de Côte de la Redoute. Zulke koersen win je niet zonder ‘punch’.
#LaVuelta23 Victoria y liderato para @EvenepoelRemco (Soudal), imponiéndose en Arinsal por delante de @VingegaardJonas (Jumbo) y @juann_ayuso (UAE), con Roglic 4º. 📹 @teledeporte pic.twitter.com/VU51zKmHyE
— PlataformaRC (@PlataformaRC) August 28, 2023
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Zijn plafond bereikt?
Nog vóór de Tour trok Remco Evenepoel zelf al een conclusie. In Het Laatste Nieuws zei hij: ‘Uitgedrukt in watt per kilo ben ik sinds mijn gewonnen Vuelta in 2022 niet meer verbeterd. Ik zit aan een plafond, en kan dat moeilijk verhogen. Vooral met tempowisselingen bergop heb ik moeite.’
Tijdens het Critérium du Dauphiné werd dat duidelijk: ‘Als er snel wordt gereden en ze leggen er nog eens vijf minuten een laag bovenop, lukt het nog. Maar die extra minuut waarin de klassementsmannen vol versnellen breekt me zuur op.’
De tweevoudig olympische kampioen merkte ook iets anders op: ‘Na de Dauphiné had ik meer tijd nodig om te herstellen dan vorig jaar. Ik zat die week aan een Training Stress Score van bijna 1800. Voor mij is dat echt veel.’
Volgens zijn trainer Koen Pelgrim woog Evenepoel nochtans anderhalve kilo minder dan in juni 2024. Toen had hij een moeilijkere voorbereiding achter de rug na zijn val en sleutelbeenbreuk in de Ronde van het Baskenland. Het gewichtsverlies uitte zich echter niet in betere prestaties en een beter gevoel.
Vijf maanden om zich voor te bereiden op de Tour
Samengevat: Remco Evenepoel was in deze Tour niet langer de ‘best of the rest’ na Pogacar en Vingegaard. Hij klom zwakker dan gewoonlijk – zowel op lange als korte beklimmingen – en recupereerde minder goed.
De meest logische verklaring lijkt zijn verstoorde winter. Op 3 december 2024 reed hij tegen de deur van een bpost-bestelwagen. Drie maanden lang kon hij nauwelijks trainen. Toch hervatte hij op 1 februari zijn programma en kon hij zich vijf maanden op de Tour voorbereiden, zonder ziekte of pech.
Evenepoel won, mede dankzij een fris en nog niet overbelast lichaam, zelfs zijn eerste koers, de Brabantse Pijl. In de daaropvolgende Amstel Gold Race reed hij samen met Mattias Skjelmose terug naar de ontsnapte Tadej Pogacar en finishte hij als derde.
In de Waalse Pijl (negende) en Luik-Bastenaken-Luik (59e) betaalde hij wel de tol voor die zware inspanningen.
🚴🇧🇪 | PRACHTIG! Remco Evenepoel wint direct bij zijn rentree de Brabantse Pijl door Wout van Aert van kop af te verslaan! 👏👏 #DBP
— Eurosport Nederland (@Eurosport_NL) April 18, 2025
📺 Stream koers op HBO Max pic.twitter.com/qPzQYM6fYc
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Zit het probleem in zijn schouder?
Toch bleef één element lang buiten beeld: zijn schouder. In Het Nieuwsblad van 5 juli, de dag van de Tourstart, sprak Evenepoel zelf over de gevolgen van zijn val in december, waarbij hij onder meer zijn schouderblad brak. ‘De buitenste en de middelste bundel van de deltoideus – een spier die als een kapje over de schouder heen ligt – is inactief.’
Volgens ploegarts Steven Bex werkt de zenuw die die spier aanstuurt niet goed meer. ‘Je kan het omschrijven als een plaatselijke verlamming. Het kan verbeteren, maar hoe langer het duurt, hoe kleiner de kans op herstel. Helemaal de oude zal hij normaal nooit meer worden,’ zei hij in Het Laatste Nieuws.
Evenepoel bevestigde dat in Het Nieuwsblad: ‘Een achterwaartse beweging lukt niet zonder ondersteuning van tape. Een valies moet ik vóór mij dragen, niet naast mij. Gelukkig moet ik gewoon mijn stuur vasthouden.’
Bij zijn comeback in april zei hij ook al: ‘Als ik een tennisser of basketbalspeler was geweest, had mijn carrière erop gezeten.’
Eén schakel beïnvloedt het hele lichaam
Voor een wielrenner lijkt dat, zoals Evenepoel zelf aangaf, op het eerste gezicht geen groot probleem. Tijdens deze Tour klaagde hij nooit openlijk over pijn in zijn schouder.
Toch zou die spierbeperking meer invloed kunnen hebben dan veel mensen denken, zegt bewegingsanalist Stefan Deckx van de Universiteit Antwerpen.
Hij stond aan het hoofd van het medische team met topspecialisten dat olympisch turnkampioene Nina Derwael begeleidde bij haar revalidatie na een schouderoperatie in 2023. Zij leek afgeschreven voor topsport, maar werd op tijd fit voor de Spelen in Parijs, waar ze vierde werd. In mei dit jaar won ze ook twee Europese titels.
Hoe het lichaam van Nina Derwael als een formule 1-auto opnieuw in elkaar werd gezet
Wat heeft Derwael met Evenepoel te maken? ‘Bij Nina beïnvloedde haar schouderprobleem haar hele lichaam: van de nek tot het middenrif, het bekken en zelfs de knieën’, zegt Deckx.
‘Het lichaam werkt immers als een gecoördineerd systeem waarin alle delen via bindweefselketens diagonaal met elkaar verbonden zijn. Als je benen, zoals bij Evenepoel, minder krachtig of efficiënt zijn, ligt de oorzaak dus soms hogerop.’
Bij de olympisch kampioen gaat het om twee inactieve delen van de deltoideus in zijn rechterschouder. ‘Zoals zijn ploegarts al aangaf: de deltoideus wordt aangestuurd via de nervus axillaris. Als die zenuw niet goed werkt, blijft de spier anatomisch intact, maar krijgt ze te weinig prikkels. Ze slaapt als het ware.’
Dat kan volgens Deckx leiden tot artrogene spierinhibitie: als één gewricht hapert (bij Evenepoel: zijn schouder), raken ook andere spieren verstoord door het negatieve effect op de hele zenuw- en bindweefselketen.
Van schouder naar hamstrings
Stefan Deckx legt uit dat de kracht die een renner met zijn arm zet, niet stopt in zijn bovenlichaam. ‘Trek je aan je stuur met je rechterarm, dan loopt die kracht via je romp naar je linkerbekken. Zo beïnvloed je ook de kracht- en energietoevoer van je linkerquadriceps en hamstrings.’
Als die diagonale keten uit balans raakt, ontstaan er na een paar weken of maanden subtiele afwijkingen. ‘Zoals bij lichtjes in de kerstboom: valt één lampje uit, dan krijgen de andere ook geen stroom.’
‘Bij Remco zou dat kunnen betekenen dat zijn linkerbeen – diagonaal tegenover zijn zwakkere rechterschouder – net iets minder rendement haalt. Geen gigantisch verschil, maar wel genoeg om bij herhaaldelijke inspanningen het verschil te maken.’
Dat zou de verminderde explosiviteit kunnen verklaren die hij toonde op de heuvelachtige aankomsten van deze Tour. ‘Zolang het tempo gelijk blijft, lukt het nog. Maar zodra hij maximaal explosief moet reageren, komt de instabiliteit boven’, aldus Deckx.
Very bad day on the bike but giving up is not in my nature. pic.twitter.com/A1NA7i3d9b
— Remco Evenepoel (@EvenepoelRemco) July 18, 2025
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Niet minder kracht, maar minder rendement
Explosiviteit vereist een precieze coördinatie en timing tussen spieren en zenuwen. Eén zwakkere schakel kan die balans al verstoren. ‘Dat betekent niet dat je minder vermogen kunt leveren, maar wel dat je lichaam moet compenseren – bijvoorbeeld met een scheef bekken – waardoor het vermogen niet optimaal op de pedalen terechtkomt’, zegt Stefan Deckx.
Dat houdt volgens hem ook een tweede risico in: ‘Een toenemende asymmetrie, waarbij het ene been structureel minder kracht kan leveren. In het begin merk je daar weinig van. Maar in de tweede week van een grote ronde voel je het wel: stijvere spieren, minder souplesse en minder reactie tijdens piekinspanningen.’
Dat Remco Evenepoel wél de tijdritten in de Dauphiné en de Tour won, past volgens Deckx precies in dit biomechanisch plaatje. ‘Tijdrijden is stabiel, symmetrisch en gecontroleerd. Je laat je armen rusten op het tijdritstuur, je romp beweegt amper en de achterste bundels van de deltoideus komen nauwelijks in actie.’
Remco Evenepoel with absolute 𝒑𝒆𝒓𝒇𝒆𝒄𝒕𝒊𝒐𝒏 at the Tour de France 👏
— Cycling on TNT Sports (@cyclingontnt) July 9, 2025
The Olympic and world champion puts on a show in the time trial 🤩 pic.twitter.com/PnpwomAdfK
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Dat de Schepdaalnaar in de Tourtijdrit, op de vijfde dag, bijna 37 minuten 390 tot 400 watt trapte, toont dat zijn conditie meer dan in orde is. ‘Het probleem zit wellicht niet in wat Remco kan, maar in de manier waarop zijn lichaam dat vermogen produceert’, aldus Deckx.
Evenepoel recupereert minder goed
Waarom hield Evenepoel het dan ook op langere cols niet vol, ook al kon hij daar – net als in een tijdrit – in een gelijkmatig, hoog tempo rijden? Volgens Deckx speelt zijn schouder daar ook een rol.
‘Als deze geen stabiel anker vormt, moeten andere spieren – in de nek-, romp- en heupregio – dat overnemen. Daardoor ontstaat er chronische spanning over het hele lichaam. Die stapelt zich op en verstoort het herstel, ook ’s nachts.’
Zelfs zijn ademhaling ondervindt daarvan hinder. ‘De achterkant van de schouder en het middenrif, je belangrijkste ademhalingsspier, zijn via dezelfde regio in de rug bezenuwd. Als de spanning in de schoudergordel toeneemt, beweegt je borstkas minder soepel.’
‘Dan kan het middenrif zich minder goed op- en ontspannen en wordt je ademhaling oppervlakkiger. Niet dramatisch, maar wel voldoende om op termijn je uithoudingsvermogen, je herstel en slaapkwaliteit te ondermijnen.’
Dat zou ook verklaren waarom Evenepoel al na de Dauphiné, een rittenkoers van acht dagen, over een hoge Training Stress Score van bijna 1800 sprak. En waarom hij na twee weken intens koersen in de Tour steeds minder herstelde.

Wat kan Evenepoel eraan doen?
De mogelijke oplossing voor dit probleem? Volgens Stefan Deckx helpt krachttraining niet. ‘Je moet de aansturing van deltoideus opnieuw herstellen. Dat kan via elektrostimulatie, om de zenuwbundels naar de schouderregio weer te activeren. Tegelijkertijd moet je het ketensysteem tussen schouder- en heupregio weer in balans brengen.’
Deckx benadrukt dat dit geen sluitende diagnose is en mogelijk niet de enige verklaring voor de mindere prestaties van Evenepoel.
‘Het is een wetenschappelijk onderbouwde hypothese, op basis van de medische info die hij en zijn entourage aangaven. Zenuwproblemen worden te vaak lokaal bekeken – bij Remco dus in de schouder. Maar hun effect op het hele lichaam, de explosiviteit en het herstel wordt zelden erkend en al helemaal niet behandeld.’
Waarom Tadej Pogacar beter klimt dan wie ook: een masterclass in biomechanica