Zwitserland, de tweede gastheer op dit toernooi, is slechts een outsider. Temeer omdat er na enkele tegenslagen wat onzekerheid in het team is geslopen.

In de aanloop naar het toernooi in eigen land was er weinig reden om medegastheer Zwitserland tot favoriet voor de Europese titel uit te roepen. De nationale ploeg leed immers onder een flinke blessurelast, diverse dragende spelers kregen bij hun clubs amper speelgelegenheid en de resultaten vielen dik tegen. Bondscoach Jakob Kuhn moet dus met veel vraagtekens aan het toernooi beginnen, maar hij laat zich door de tegenslagen niet ontmoedigen. “We kunnen op hoog niveau wel degelijk een woordje meepraten, maar dan moet wel alles optimaal verlopen.” Maar dat was de jongste tijd dus allesbehalve het geval. Zwitserland leed immers vier nederlagen op rij, met als triest dieptepunt een 0-4-verlies tegen Duitsland in het Sint-Jakobpark in Basel. Toch zag aanvoerder Alexander Frei daar geen reden in om alles zwart in te zien. “Ik wil nog altijd Europees kampioen worden. Als aanvoerder heb ik nu eenmaal de verdomde plicht om ambitieus te zijn. Anders zou ik geen goede kapitein zijn.”

Het team

Als outsider beantwoordde Zwitserland op het WK in Duitsland met een plaats in de achtste finales aan de verwachtingen: in de achtste finale werd Zwitserland uitgeschakeld na strafschoppen, hoewel het team in 390 minuten voetbal geen enkele tegengoal had moeten slikken. Kuhn besliste na die wedstrijd wel om enkele grondige herschikkingen door te voeren in zijn ploeg. Hij deed niet langer een beroep op routinier Johann Vogel, bevorderde Alexander Frei tot aanvoerder en voerde in doel een generatiewissel door met de vervanging van de 37-jarige Pascal Zuberbühler door Diego Benaglio (25). De straks afscheidnemende coach kiest in ieder geval consequent voor het inschakelen van nieuwe jonge talenten, zoals de middenvelders Gelson Fernandes en Gökhan Inler, op wiens schouders nu de hoop van de natie rust. Andere spelers die hadden kunnen uitgroeien tot sterkhouders, zullen echter ofwel ontbreken of kampen met de nodige problemen. Zo missen Xavier Margairaz en Blerim Dzemaili het toernooi als gevolg van een blessure aan de kruisbanden. Johan Vonlanthen verloor zijn basisplaats bij Salzburg na een blessure, terwijl Philippe Senderos bij Arsenal de ene keer wel in de ploeg staat en de andere keer niet en Johan Djourou bij diezelfde Londense ploeg nauwelijks speelgelegenheid krijgt.

Tactiek

Zwitserland opteert meestal voor een 4-4-2 met verschillende varianten. Vóór de achterste vier met offensieve flankspelers, wordt nu eens gespeeld met vier middenvelders op één lijn en dan weer met vier middenvelders in een ruit. Meestal speelt Alexander Frei als diepe spits met een zwervende aanvaller rond zich. Die rol lijkt weggelegd voor Hakan Yakin van Bern. Deze spits van Turkse origine werd dit seizoen Zwitsers topscorer en leverde ook een groot aantal assists. Bondscoach Kuhn opteert echter ook soms voor twee mensen in de punt. In dat geval valt de keuze normaal op Marco Streller van Basel, aangezien Blaise N’Kufo, die bij Twente dit seizoen 22 keer de weg naar de netten vond, uiteindelijk met een liesblessure moest afhaken. De beweeglijke Frei laat zich dan meer terugvallen of wijkt uit naar de flanken.

Sterke punten

De Zwitsers zijn tactisch goed geschoold en kunnen technisch aardig uit de voeten. Bovendien spelen ze altijd goed georganiseerd. Het team kan ook terugvallen op goed verankerde automatismen aangezien de meeste spelers elkaar al jaren kennen. Het kan ook een belangrijke troef zijn dat zowat alle internationals ervaring meebrengen vanuit diverse buitenlandse competities. Keeper Benaglio bewees bij het Duitse Wolfsburg dit seizoen dat hij uit het goede hout is gesneden. Mario Eggimann moest het onderspit delven tegen de meer ervaren Patrick Müller, die centraal in de verdediging een basisplaats krijgt naast Philippe Senderos. Zwitserland verwacht ook heel veel van de meestal links op het middenveld opererende Tranquillo Barnetta. Hij is de man die van de ervaring die hij opdeed bij Leverkusen gebruik moet maken om ideeën te leveren en de lijnen uit te zetten. De jonge midden-velders Inler en Fernandes, die respectievelijk bij Udinese en Manchester City vaste waarden werden, zouden wel eens kunnen uitgroeien tot revelaties van het toernooi.

Zwakke punten

Het grootste probleem van de Zwitsers zit hem in een gebrek aan scorend vermogen. Ook Kuhn beaamt dat: “We missen een echte goalgetter.” Vandaar dat de bondscoach heel veel verwacht van kapitein Alexander Frei. Meer nog dan om zijn sterke persoonlijkheid is de spits van Borussia Dortmund voor de Zwitserse nationale ploeg de komende weken onmisbaar. Een tekort aan spelers die op het veld echt het voortouw durven nemen, is trouwens in het algemeen een van de zwakke punten die het land parten zou kunnen spelen, zeker omwille van de druk die een land als gastheer van een groot toernooi altijd ondervindt. S

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content