Het nieuwe WK voor clubs: sportief prestige of puur geldgewin?

De sleutel tot de mondiale voetbalkas? FIFA-baas Gianni Infantino presenteerde in maart zijn Club World Cup aan Donald Trump, met wie hij opvallend goede banden onderhoudt. © AFP via Getty Images
Jeroen Dejonckere
Jeroen Dejonckere Freelancejournalist

Zaterdagnacht trappen het Amerikaanse Inter Miami en het Egyptische Al Ahly het eerste WK voor clubs af. Het toernooi kreunt echter al maanden onder de controverse, veroorzaakt door de geldzucht die de wereldvoetbalbond FIFA wordt verweten.

Begin maart ontving Donald Trump in het Witte Huis FIFA-voorzitter Gianni Infantino. Glimmend van trots presenteerde de Zwitser de trofee die hij op 13 juli in New Jersey zal overhandigen aan de winnaar van dit prestigieuze clubtoernooi.

Infantino onderhoudt al geruime tijd warme banden met de Amerikaanse president. Voor de VS is het toernooi een generale repetitie als hoofdorganisator van het landen-WK volgende zomer, een prestigeslag die Trump tijdens zijn eerste termijn binnenhaalde.

Infantino was eerder prominent aanwezig op Trumps inauguratie in januari en vergezelde hem onlangs nog op een reis naar het Midden-Oosten, wat niet overal op bijval kon rekenen. De FIFA-voorzitter arriveerde daardoor te laat op zijn eigen congres, waarna de Europese bonden prompt besloten de rest van de zitting te boycotten.

Europa mort, Infantino volhardt

De verhoudingen tussen de FIFA en de Europese bonden waren al verzuurd, maar bevinden zich met de komst van de Club World Cup op een absoluut dieptepunt. Het toernooi moet uitgroeien tot het meesterwerk van Infantino als voetbalpaus: zijn prestigeproject voor de geschiedenisboeken.

De filosofie oogt nobel. Tweeëndertig clubs—geselecteerd via een continentale verdeelsleutel gebaseerd op historische waardeverhoudingen—nemen elke vier jaar deel om uit te maken wie de beste club ter wereld is. Daarmee bouwt de FIFA voort op de vroegere, jaarlijkse minicompetitie met enkel de continentale kampioenen, die nauwelijks belangstelling genoot.

Grote woorden, volle agenda’s

Met het WK voor clubs 2.0 wil Infantino het anders aanpakken. Hij schuwt de grote woorden niet en noemt het een revolutie die hoop en vreugde moet brengen voor jongere generaties.

Maar er is één groot probleem: in Europa, nog steeds het epicentrum van het mondiale voetbal, zit niemand te wachten op zijn hersenspinsel. Al jaren klagen topspelers over de overvolle wedstrijdkalenders.

Een extra maand voetbal, midden in een zomer die normaal rust biedt tussen het EK en het WK, komt bijzonder ongelegen. Kevin De Bruyne wond er geen doekjes om en noemde het toernooi ‘het bewijs dat geld altijd wint van de wensen van de spelers’.

De internationale spelersvakbond FIFPro trok naar de ondernemingsrechtbank in Brussel om de plannen te dwarsbomen, maar ving bot. De Bruyne, die officieel nog tot 30 juni onder contract staat bij Manchester City, bedankte uiteindelijk vriendelijk voor de Amerikaanse uitstap. Zijn ploegmaats zullen het seizoen afsluiten met minstens 64 wedstrijden op de teller.

Ook bij voetbalfans groeit de vermoeidheid, zeker voor een toernooi waarvan verwacht wordt dat Europese clubs toch weer zullen domineren. De explosie aan tv- en sponsorinkomsten heeft immers een immense kloof geslagen tussen Europa en de rest van de wereld.

De jacht op een tweede geldstroom

In werkelijkheid lijkt er sprake van een dubbele agenda: het spekken van de FIFA-kas. De financiële gezondheid van de wereldbond, en de organisatie van onder meer jeugdtoernooien en het WK voor vrouwen, is bijna volledig afhankelijk van de inkomsten van het vierjaarlijkse WK voor landenteams.

Infantino zoekt daarom naar een tweede grote geldstroom, bij voorkeur één die qua opbrengst kan wedijveren met de miljarden van de Champions League, die in handen is van de Europese voetbalbond UEFA.

Aanvankelijk opperde hij het idee van een tweejaarlijks WK voor landen, maar zelfs binnen zijn eigen kring werd dat als onhaalbaar beschouwd. Of het alternatieve plan, deze Club World Cup, een echte goudmijn wordt, valt nog te bezien.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

De zoektocht naar sponsors en tv-partners verliep moeizaam. De FIFA klopte aanvankelijk aan bij Apple, maar dat zag geen meerwaarde. Uiteindelijk sprong DAZN op de kar met een bod van één miljard dollar—precies het bedrag waarmee het Saudische Public Investment Fund zich onlangs inkocht in het streamingbedrijf.

Dat ook de totale prijzenpot exact één miljard dollar bedraagt, wekt de indruk dat Saudi-Arabië, na de toekenning van het WK 2034, steeds nauwer verstrengeld raakt met de FIFA.

Een brug te ver

Het WK voor clubs voelt op alle vlakken wrang aan. Inter Miami kreeg het ticket voor het gastland op bijzonder arbitraire wijze, nadat duidelijk was geworden dat Lionel Messi en co. anders uit de boot zouden vallen. Om zo veel mogelijk sterren op het veld te krijgen, riep Infantino zelfs een speciale tiendaagse transferperiode in het leven.

Even leek Cristiano Ronaldo daarvan gebruik te zullen maken om een transfer uit Saudi-Arabië te forceren, maar de Portugees liet weten elk aanbod te hebben afgewezen.

Kortom, het toernooi draagt een openlijk etiket van commerciële overdaad. Ironisch genoeg noemde Infantino’s voorganger Sepp Blatter – zelf bepaald geen toonbeeld van integriteit – het project ‘een brug te ver’.

In andere delen van de wereld klinkt een ander geluid. Afrikaanse en Aziatische clubs zien een unieke kans om zich met Europese topteams te meten, en vooral: om hun kas stevig te spijzen.

De drie Afrikaanse deelnemers ontvangen elk negen miljoen dollar startgeld – een astronomisch bedrag, wetende dat het winnen van de eigen Champions League niet eens de helft oplevert. Voor hen is deelname letterlijk een lot uit de loterij. Om al te grote scheeftrekkingen in de nationale competities tegen te gaan, belooft de FIFA 250 miljoen dollar uit te delen aan niet-deelnemende clubs – hoe en aan wie, blijft voorlopig onduidelijk.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Zuid-Amerikaanse ploegen benaderen het toernooi traditioneel als een erezaak. Hun doel: bewijzen dat ze het nog steeds kunnen opnemen tegen de Europese elite. In Brazilië legt men zelfs de nationale competitie één maand stil om zich optimaal voor te bereiden.

Ook in Europa beginnen topclubs zich te schikken naar de nieuwe realiteit. Real Madrid, uit op revanche na een teleurstellend seizoen, trok naar de VS met een versterkte selectie en betaalde zelfs tien miljoen euro extra om topaankoop Trent Alexander-Arnold een maand eerder los te weken. Vincent Kompany kreeg in München te horen dat enkel de wereldtitel telt.

Alles of niets voor Infantino

Omgeven door kritiek moet en zal Infantino’s prestigeproject zowel sportief als financieel een succes worden. Anders dreigt de tweede editie op de helling te komen en komt ook zijn herverkiezing in 2027 in het gedrang.

Het recente Amerikaanse inreisverbod voor burgers uit twaalf landen komt dan ook bijzonder ongelegen. Wat de concrete impact daarvan zal zijn op het WK, met mogelijk tien betrokken spelers, is nog niet opgehelderd.

Toch rekent Infantino zich al rijk en droomt hij openlijk van een uitbreiding naar 48 clubs. Maar wanneer is te veel echt te veel?

Saudi-Arabië 2034: klaar voor een nieuw WK voetbal van de schande

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content