Jonas Creteur gaat op zoek naar markant cijfer van de sportweek. Deze week: 215 miljoen euro minder loonsom bij PSG dan drie jaar geleden.
Paris Saint-Germain (PSG) staat zaterdagavond in München voor de tweede keer in de finale van de UEFA Champions League. Dat lijkt op het eerste gezicht verrassend, na het vertrek van drie wereldsterren – Neymar, Lionel Messi en Kylian Mbappé. Zij kostten samen een fortuin, maar bezorgden de Parijse club niet de ultieme bekroning, de Champions Leaguetitel.
In 2011 kocht Qatar Sports Investments PSG voor 66 miljoen euro, waarna honderden miljoenen werden geïnvesteerd in een sterrenensemble. PSG bereikte zo in 2020 de finale van de Champions League, dankzij de Braziliaanse vedette Neymar en de toen 21-jarige rijzende ster Kylian Mbappé. In het seizoen 2021-2022 werd daar Lionel Messi aan toegevoegd. Hij kwam over van FC Barcelona.
In dat seizoen steeg de loonsom van de club tot 410 miljoen euro, grotendeels door de megacontracten van de drie supersterren. Samen speelden ze echter slechts 39 wedstrijden, geplaagd door blessures en wisselvallige vorm. De Champions Leaguetitel bleef uit. PSG strandde in de achtste finales tegen Bayern München. Tussen 2023 en 2024 vertrokken ze: Messi naar Inter Miami, Neymar naar het Saudische Al-Hilal en later Santos, en Mbappé naar Real Madrid.
De huidige selectie, met Ousmane Dembélé als best betaalde speler (‘slechts’ 19,5 miljoen euro per jaar), kost aanzienlijk minder. De loonsom voor 2024-2025 wordt geschat op 195 miljoen euro, een daling van 215 miljoen euro ten opzichte van drie jaar geleden. Tegelijkertijd daalde het jaarlijkse tekort van ongeveer 355 miljoen euro naar 53 miljoen euro voor het seizoen 2023-2024. De club genereerde ook een omzet van 776 miljoen euro, de derde hoogste in het internationale voetbal, na Real Madrid en Manchester City.
Die financiële discipline, een uitgebalanceerde selectie met focus op jongere, hongerige spelers, en een collectieve aanpak onder trainer Luis Enrique, lijken nu vruchten af te werpen. Zo hebben spelers als Vitinha (25), Nuno Mendes (22), Bradley Barcola (22), João Neves (20) en Désiré Doué (19), die relatief onbekend zijn vergeleken met hun voorgangers, zich ontpopt als sleutelfiguren.
Of zij PSG en de Qatarese eigenaars zaterdag eindelijk de Champions Leaguetitel zullen kunnen bezorgen, valt nog af te wachten. Inter Milan wordt, zoals het bewees in de halve finale tegen FC Barcelona, een zeer taaie tegenstander.
Dit verhaal bewijst wel dat succes in het voetbal niet altijd te koop is. Voor PSG is deze finale een kans om niet alleen een trofee, maar ook een nieuwe filosofie te vieren: minder glitter en sterren, meer een ‘tous ensemble’-spirit. Laat het een voorbeeld zijn voor andere clubs.
Wie is Nasser Al-Khelaïfi, de grote man achter PSG?
