Is voetbal een winstgevende business aan het worden? Een en ander zou kunnen blijken uit jaarrekeningen, al ligt de waarheid iets moeilijker. Transfers blijven in de meeste gevallen noodzakelijk.
Standard tilde zijn jaarrekening uit het rood dankzij de – late – inboeking van de transfer van Steven Defour. Diens 3,6 miljoen maakte van rood plots zwart, een half miljoen winst.
Club Brugge mag terugkijken op een mooi 2014-2015. Niet alleen sportief, de titel, ook dankzij een stevige omzetverhoging en de overgangen van Oulare, Ryan en Vázquez, samen goed voor ongeveer 17 miljoen en op de jaarrekening een winst van 11 miljoen euro.
Anderlecht moet zijn recentste cijfers nog publiceren, maar de voorbije jaren werd er ook (lichte) winst gemaakt.
En vorige week kwam ook Waasland-Beveren met positieve cijfers: iets meer dan 1 miljoen winst. Mooi, na toch een degradatiestrijd. Voor de Waaslanders waren de transfers van Emond, Moulin en nog wat anderen welkom. Die van Steeven Langil gebeurde overigens na het afsluiten van het boekjaar, en moet dus nog worden verrekend in de cijfers van dit seizoen.
Doorvoerland
Een ploeg als Waasland-Beveren haalt zijn inkomsten voor 25 procent uit tickets en abonnementen, 25 procent uit televisiegelden, 25 procent uit sponsorinkomsten en 25 procent uit horeca, zegt Olivier Swolfs, financieel directeur van de ploeg: ‘Meestal dekt dat niet alle kosten. Begrotingsoverschot boek je door transfers. Als ik balansen zie van collega’s, merk ik dikwijls dat er break even of verlies gemaakt wordt zonder transfers. Er komt pas winst op het einde van de jaarrrekening na transfers.’
Dat is ook het gevoel van sporteconoom Trudo Dejonghe. ‘Ik heb alle jaarrekeningen nog niet bestudeerd, maar wij blijven naar mijn gevoel een doorvoerland.’
100 miljoen
Het Belgisch voetballandschap is economisch gezien immers niet drastisch veranderd, bevestigt Swolfs. ‘De televisiegelden gingen lichtjes vooruit, maar dat had bij ons meer met ons klassement te maken dan met de vergroting van de pot.’
Dat kan wel in de toekomst, het huidige contract loopt eind dit seizoen af. Als de huidige 70 miljoen wordt opgetild naar een bedrag van 100 miljoen. Swolfs: ‘Dat bedrag is door anderen al uitgesproken, ja. Ik denk dat het alleen gehaald gaat kunnen worden als het Belgisch voetbal ook in het buitenland uitgezonden wordt. Er zijn al veel eigenaars van Belgische clubs uit andere werelddelen zodat het uitzenden van Belgisch voetbal in hun moederland in de nabije toekomst misschien sneller een realiteit wordt.’
Nu blijft het soms zoeken naar een wankel evenwicht. Rekenen op transfers houdt in dat je risico loopt op kwaliteitsverlies, als wat komt en moet worden opgeleid niet hetzelfde brengt als wie vertrekt. Dus moet je proberen om eens een transfer niet te doen, denkt Swolfs, en je sportieve succes verlengen. Door te investeren in opleiding én infrastructuur, de beleving rond matchen aantrekkelijker maken, de negativiteit die met een degradatiestrijd gepaard gaat, wegwerken. In Beveren denken ze dan aan bouwen en verbouwen, het wegwerken van de lelijke, nu lege tribune achter één van de doelen. Swolfs: ‘We hopen in januari/februari de nieuwe plannen definitief vast te kunnen leggen.’
