Hoofdcoach Mark van Bommel begint met ambitie aan het nieuwe seizoen bij Antwerp. ‘Club Brugge werd vorig seizoen kampioen en is dus dit jaar in mijn ogen de favoriet voor de titel. Maar de favoriet speelt niet altijd kampioen’, vertelde de 45-jarige Nederlander dinsdag tijdens zijn voorstelling in het Bosuilstadion.
Van Bommel ondertekende bijna een maand geleden een contract op de Bosuil. De Nederlander volgt bij RAFC de Deen Brian Priske op, die vorig seizoen met een vierde plaats in de Champions’ play-offs niet aan de torenhoge verwachtingen van de hyperambitieuze voorzitter Paul Gheysens kon voldoen.
‘We zijn pas twee dagen onderweg, dat is nog vrij kort. We leren elkaar binnen de spelersgroep en staf nu vooral kennen’, verklaarde Van Bommel, die gisteren/maandag zijn eerste training als hoofdcoach van Antwerp gaf, voor de talrijk opgekomen pers. ‘Het is onze ambitie om altijd te winnen, en we willen een traject volgen met een duidelijk doel. Maar dat wil niet zeggen dat we favoriet voor de titel zijn. Dat is een andere club, al betekent dat niet dat wij geen kampioen willen worden.’
Van Bommel zat zonder club sinds zijn ontslag bij Bundesliga-club Wolfsburg in oktober vorig jaar. Voordien was hij ook hoofdcoach bij PSV en assistent van zijn schoonvader Bert van Marwijk bij de nationale teams van Saoedi-Arabië en Australië. Als coach won Van Bommel nog geen hoofdprijs. Dat staat in schril contrast met zijn uiterst succesvolle spelerscarrière. De ex-middenvelder was achtereenvolgens actief voor Fortuna Sittard, PSV, FC Barcelona, Bayern München, AC Milan en opnieuw PSV.
‘Dit is mijn eerste job in België maar ik voel dat dit een ambitieuze club in opbouw is’, aldus de Nederlander. ‘Als je naar het stadion en de faciliteiten kijkt, besef je dat er mooie dingen staan te gebeuren. Het is misschien wat anders dan de clubs waar ik zelf voetbalde, die speelden al jaren bovenin mee in hun land en hadden die ervaring. Daar willen we ook met Antwerp heen, maar we zijn nog niet op het niveau om elk jaar om de prijzen te spelen.’