Aan de Tiensesteenweg in Sint-Truiden verrijst in snel tempo en zonder een cent overheidsgeld een imposant stadion dat in eerste klasse thuishoort. Maar raakt STVV nog aan een ploeg die de club daar ook terug kan brengen?

“Vroeger”, herinnert journalist Dirk Jacobs van Het Belang van Limburg zich, “kon je op Stayen maar beter rubberen laarzen aantrekken als je naar het toilet moest. En in het perszaaltje kreeg je altijd wel een hartelijk onthaal met koffie en taart, maar zodra je de deur uit ging, waande je je in de middeleeuwen.”

Taart en koffie worden in hartje Haspengouw nog steeds geserveerd, verder is niet veel er zoals het was. Op het modderveld met de karakteristieke bult ligt al een tijdje kunstgras, de houten barakken zijn ingeruild voor een betonnen mastodont. Wie sinds de degradatie in 2012 niet meer op STVV geweest is, staat voor een verrassing. Stayen, nieuwe versie, heeft straks liefst 14.600 plaatsen. Zodra Tribune West helemaal af is, komen er supermarkten, een fitnessketen en een grote feestzaal bij. De gekoesterde Heilige Grond is een multifunctioneel complex geworden.

Maar de Truienaar loopt wél nog warm voor zijn ploeg, blijkt uit de opkomst voor de affiche STVV-Roeselare. Met 5668 zijn ze opgedaagd. De aanhang zakt zelden onder de 4000 fans, met pieken naar de 6000 voor de grote matchen. In tweede doet alleen Royal Antwerp FC beter. Dat Stayen niet altijd nog een hel is, blijkt wel snel na de aftrap. Sint-Truiden domineert op het kunstgras met fijn combinatievoetbal, maar toch blijft het de hele eerste helft rustig naast het veld. Terwijl het volk aan de rust binnenstroomt aan de lange togen in Tribune Oost, legt sitemanager Peter Onkelinkx uit hoe Stayen voortaan ook doordeweeks moet blijven draaien. Zo is er het kunstgrasveld dat naar rato van 200 euro per twee uur verhuurd wordt aan bedrijven en amateurploegjes. In Tribune Oost worden binnenkort dan weer ladingen grind en hout afgeleverd, om er indoorbanen aan te leggen voor de Truiense petanqueclub. Zelfs huis-dj Yves – ‘van house tot Strauss’ – blijkt multi-inzetbaar. Hij staat zowel in de vipruimte als bij het sfeervak aan de knoppen.

Stayen zal multifunctioneel zijn of het zal niet zijn.

In de tweede helft vat de Jonagoldtribune, pal aan de spoorweg, wel vuur. In de Truiense hitcollectie zitten succesnummers over de eigen ploeg, klassiekers als ‘Allemaal Samen’ en ‘Kanaries Olé’, maar ook tegen de scheidsrechter, en dan gaat het van ‘Sukkeleir, sukkeleir!’, en van ‘Vuile Zwarte’, ook al draagt de ref die avond een rood truitje. De steun helpt, STVV laat zelfs de zege liggen als Joeri Dequevy een penalty mist. Dequevy, kurkdroog na de match: “Waarom ik hem miste? Omdat ik ben opgeleid bij Anderlecht, zeker?” De charme van de aftandse tribune komt het best tot haar recht wanneer STVV naar zijn sfeervak toe speelt. Het is de enige plek op Stayen waar de supporter nog met zijn lip op het veld hangt. Zodra de nieuwe tribune straks af is, overweegt de club het sfeervak elders onder te brengen en de Jonagold aan de bezoekers te laten. Daar wordt over onderhandeld, maar niet al te dwingend, want, zo weten ze inmiddels in Stayen: de Truienaar is gehecht aan zijn tradities. Begrijpelijk, maar tien meter verder kom je aan de kleedkamers en reis je onverbiddelijk een kwarteeuw terug in de tijd. Op een papiertje in het bezemhok hangen duidelijke instructies voor de medewerkers: “Water dag voor wedstrijd aanzetten!”

In Tribune Oost stapt een halfuurtje na affluiten nog een onverwachte bezoeker binnen: Roland Duchâtelet, grootclubbezitter, rode sjaal om en brede glimlach op de lippen. Duchâtelet heeft eerder die avond Standard Cercle Brugge zien inblikken met 4-0 én hij heeft het bijgelegd met de hevige Standardsupporters.

Ook wat hij in Stayen ziet, stelt hem tevreden. Na de wedstrijd blijft het volk tot in de vroege uurtjes plakken in de Raymond Goethalszaal en het Grand. En de volgende ochtend begint alles weer van voren af aan.

Bedrijvencomplex

De bouwplannen voor het huidige Stayen – toen nog Staaien – dateren van 2006. In 2009 kocht de nv STVV, in handen van Duchâtelets vriendin Marieke Höfte, daarom gronden en stadion van de stad. Voor een prikje, maar wel met de bindende voorwaarde dat op Stayen profvoetbal moest blijven plaatsvinden en de toekomst van STVV verzekerd was. Toen Duchâtelet in 2011 plots Standard kocht, voelden veel fans zich in de steek gelaten. Zeker omdat het stadion en de gronden naar de nv Stayen verhuisden en de club plots slechts nog huurder was. De bouw ging onverminderd door, maar dat STVV vandaag te midden van een bedrijvencomplex speelt, is nog niet overal verteerd. “De fans mogen dat denken, maar ik vraag me af wat dan het alternatief was”, countert Dirk Jacobs van Het Belang. “De vips werden vroeger onthaald in containers naast het veld. Je moest al hopen dat het niet zou regenen, anders besloegen de vensters en zag je geen steek meer. Dan is dit qua comfort toch een stap vooruit. Dat Stayen nu zowel stadion als winkelcomplex is, vind ik logisch. Wie steekt tegenwoordig nog geld in betonblokken met stoeltjes, waar dan om de twee weken iemand op komt zitten? Duchâtelet heeft fouten gemaakt, maar zonder hem was er nu niets.”

De transformatie die het stadion de laatste jaren onderging, is nog het best te zien vanuit de loges in de net neergezette Tribune West. Toegegeven: designprijzen moet het nieuwe Stayen niet meteen verwachten. Daarvoor is de stijl net iets te eclectisch, met tegen de spoorlijn geprangd de kleine, haast voorhistorische Tribune Zuid, in de volksmond ‘de Jonagold’. Tribune Oost (bouwjaar 2003) is met 5000 zitplaatsen groot en functioneel, maar vloekt met de nieuwbouw. De bouw verliep in een recordtempo, niet alleen in de hoogte, maar ook onder de grond. De Nederlandse supermarkt Albert Heijn opende op -1 zijn eerste Limburgse filiaal en er zijn al 370 parkeerplaatsen in de ondergrondse parking. Sitemanager Peter Onkelinkx: “Het basisprincipe is dat alles waar we in investeren meerdere doelen moet dienen.” Dat gaat dus op voor de feestzaal van 2300 m², waar 1800 mensen kunnen eten, maar waar dankzij de goederenlift ook autosalons en beurzen kunnen doorgaan. Een verdieping hoger is er een callcenter, op de vierde verdieping zijn er hotelkamers die doubleren als loges, daarboven kantoren. Aan de overkant van de Tiensesteenweg moet er in Hoeve Blavier nog een kinderdagverblijf komen. De nieuwe Tribune West – prijskaartje 35 miljoen euro – moet voor volgend seizoen inzetbaar zijn voor het voetbal.

Wat heeft STVV als huurder bij dat hele verhaal te winnen? Onkelinkx: “We willen daar heel duidelijk in zijn: wij verdienen op dit moment niets aan STVV. Per bezoeker die het over de vloer krijgt, staat STVV twee euro af aan de nv Stayen. Dat bedrag ligt op jaarbasis rond de 200.000 euro, of ver onder de voorziene 400.000 euro. Daarvoor krijgen ze het veld, alle faciliteiten en ondersteuning (de nv Stayen recupereerde wel geld op de transfers van spelers als Mignolet, Reza en Schouterden, nvdr). Het verhaal met de nieuwe tribune is er een zoals dat van de inboorlingen en het water. Je kan de hele tijd waterzakjes blijven aanvoeren of je kan een put boren. We hebben voor dat tweede gekozen. STVV heeft nu nog meer kansen om zelf sponsors te lokken. Het liefst in eerste klasse, daar hoopt iedereen hier op.”

Spookclub

Maar hebben de Kanaries wel een ploeg die hen naar daar terug kan brengen? Vorig jaar eindigde STVV met Guido Brepoels na een turbulent seizoen als vierde, dit seizoen staat het onder Yannick Ferrera op dezelfde plek, op ruime afstand van titelfavorieten Westerlo en Eupen. “Het is een seizoen met hoogtes en laagtes en eigenlijk kan je niet veel anders verwachten”, zegt Sporzacommentator en STVV-kenner Piet Cosemans. “De ploeg bestaat vooral uit beloften die het nog niet elke week kunnen brengen en enkele ervaren krachten als Schollen en Dufer, die wat op de terugweg zijn. Er lijkt ook wat onzekerheid in de ploeg te zitten en het kan niet anders of het gejongleer met Standardspelers zit daar voor iets tussen. Stel dat STVV toch zou stijgen, zie ik in deze kern ook weinig spelers die die stap naar boven meteen aankunnen. Nog opvallend is de stijlbreuk met het verleden. Er zijn nog weinige echte Haspengouwers bij. Dat geldt voor de technische staf, waar alleen Peter Delorge nog een rol speelt, maar ook voor de doorstroming uit de eigen jeugd. Die hapert nu de onderbouw van de jeugdwerking grotendeels weg gebudgetteerd is. Je voelt dat de supporters die signalen ook wel oppikken. Het is triest om te zeggen, maar dit STVV is een spookclub geworden. Het stadion is niet van hen en veel spelerskapitaal kunnen ze ook niet meer te gelde maken. Ik vrees dat het bij een volgende tegenslag moeilijk wordt en dat voorzitter Bart Lammens daarom noodgedwongen een heel realistische koers vaart.”

Elk seizoen dat STVV naast eerste en de goudpot met televisierechten grijpt, groeit de kloof met de top. De loonmassa schommelt rond anderhalf miljoen euro en daar zal nog verder het mes in moeten. De club zit in hetzelfde schuitje als andere ambitieuze tweedeklassers: STVV raakt niet naar eerste omdat het geen grote sponsors heeft, en het heeft geen grote sponsors omdat het niet in eerste raakt.

“Multinationals zijn nu eenmaal niet geïnteresseerd in tweede klasse”, pikt Dirk Jacobs in, “en veel groeimogelijkheden zijn er niet nu Sint-Truiden ingesloten is geraakt in de voetbaldriehoek met Luik, Genk en Leuven. Gelukkig is STVV nog een echte Traditionsverein: de fans zijn mensen die met geel-blauw bloed geboren worden en altijd zullen blijven komen, zelfs mocht hun club zoals Beerschot naar eerste provinciale zakken. En ze zijn creatief als het moet. Waar ze vroeger op de platen roffelden, heb ik er nu al gezien die op lege zitjes aan het trommelen waren.”

De dag na de wedstrijd zitten om acht uur ’s ochtends de eerste hotelgasten aan het ontbijt in het Grand Café. De gemiddelde bezettingsgraad van het hotel met 55 kamers is zeventig procent, maar veel extra overnachtingen na thuiswedstrijden zijn er niet, zegt Peter Onkelinkx. “Soms laten we de spelers van de tegenpartij in de kamers rusten voor de match wanneer ze van ver komen, af en toe blijft er een supporter slapen wanneer zijn team van ver komt, zoals Roeselare of Boussu Dour, maar dat is eerder uitzondering dan regel.”

Nog een uur later zwaaien de deuren van de Albert Heijn open en zijn de duiveltjes van STVV begonnen aan een partijtje op het hoofdveld. Zo zijn het korte nachten en lange dagen op Stayen en zie je de visie van Duchâtelet langzaam tot leven komen.

Van kinderdagverblijf tot grootwarenhuis, van kantoor en wellnesscentrum tot koffiekransje: Stayen biedt het straks allemaal, voor elk publiek wat wils en dat zeven dagen op zeven.

En wat met het voetbal? Straks is de STVV-fanshop niet langer aan de ingang aan de Tiensesteenweg te vinden maar op verdieping -1, tussen een kapperszaak en een glashersteldienst. Een teken aan de wand.

De toekomst van Stayen is er een met voetbal, volk en vermaak, niet noodzakelijk nog in die volgorde.

DOOR JENS D’HONDT

De gekoesterde Heilige Grond van Staaien is een multifunctioneel complex geworden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content