Strava ziet duidelijke trends: ‘Meer vrouwen, meer loopclubs en meer focus op mentale gezondheid’

Strava groeit uit tot veel meer dan een sportapp. Tijdens het Sportinnovatiecongres van Sport Vlaanderen in Antwerpen vertelde Thomas Knights, hoofd van Strava’s socialimpactteam, hoe het platform wereldwijd miljoenen mensen motiveert én steden helpt begrijpen hoe hun inwoners zich verplaatsen. ‘Het gaat niet alleen om sport. Mensen vinden op Strava hun crew.’

Strava, opgericht in 2009, telt intussen 150 miljoen gebruikers wereldwijd. Zij registreren niet meer alleen hun loop- of fietstochten, maar ook tal van andere activiteiten, verdeeld over vijftig sportdisciplines.

Wat is het succes van Strava? Een cruciale drijfveer voor al die sportieve activiteit is volgens Knights sociale erkenning. ‘Kudos are forever. Een like op Strava is geen vluchtig duimpje, het is een bevestiging dat iemand moeite deed.’

Dat sociale aspect maakt het volgens hem veel waarschijnlijker dat mensen opnieuw gaan sporten. Gebruikers zien dat vrienden, collega’s of buurtgenoten actief zijn, en dat werkt aanstekelijk.

Strava maakt sporten ook bewust leuker. ‘Gamificatie zorgt ervoor dat sporten minder als trainen en meer als spelen aanvoelt’, zegt Knights.

Dat doet de app met kleine uitdagingen: badges die je verdient, segmenten waarop je jezelf kunt meten, wekelijkse trainingsreeksen, ofwel streaks, die je aanmoedigen om vol te houden. ‘Zulke speelse prikkels zorgen ervoor dat mensen blijven bewegen zonder dat het als verplicht trainen aanvoelt. Een gewone looproute krijgt zo bijna een spelelement.’

Meer engagement

Thomas Knights toont ook opvallende cijfers over de betrokkenheid die Strava creëert. ‘Een gemiddelde gebruiker van Strava haalt een engagement rate van bijna vijf procent. Op Instagram is dat 1,40 procent, op Facebook 0,40 procent en op X (Twitter) 0,20 procent.’

Met andere woorden: een opvallend groot deel van de mensen die een post op Strava zien, reageert ook, met kudos, een comment of door deel te nemen aan een activiteit. Het verschil met de socialemediaplatformen verbaast Knights niet: ‘Strava is gebouwd om actie uit te lokken, niet om scrollen te maximaliseren.’

Om dat punt te onderstrepen verwijst hij naar een andere statistiek: voor elke minuut die iemand op Strava doorbrengt, ziet de app gemiddeld dertig minuten fysieke activiteit. Volgens hem vat dat de essentie van het platform samen: bewegen in plaats van op het scherm te blijven hangen.

Community first

De statistieken van Strava sluiten aan bij een dieperliggende evolutie: beweging wordt steeds vaker een vorm van zelfzorg. Jongere generaties sporten met een duidelijk doel: zich beter voelen. Volgens Strava beschouwde 65 procent van gen Z mentale gezondheid als topprioriteit voor 2025.

‘Jongeren hechten steeds meer belang aan balans in hun leven,’ zegt Knights, ‘en die vinden ze steeds vaker in groep: door samen te lopen, te fietsen of te wandelen.’ Een verschuiving die Strava ook in Vlaanderen ziet, waar lunchruns, korte work-outs, wandelingen en groepsactiviteiten almaar populairder worden.

Dat verklaart volgens Knights ook de groei van informele loopgroepen. ‘Loopclubs zijn de nieuwe nachtclubs geworden’, zegt hij. In 2024 steeg het aantal groepsactiviteiten met tien deelnemers of meer met 18 procent, en het aantal loopclubs op Strava zelfs met 59 procent. Vooral jonge stedelingen sluiten zich massaal aan bij wekelijkse runs.

Strava versterkt dat proces. ‘Een club post een event, iemand ziet dat vrienden meedoen, en hup, de groep groeit vanzelf. Dat zijn de netwerkeffecten die offline beweging veroorzaken’, legt Knights uit. ‘Het gaat niet alleen om sport. Mensen vinden op Strava hun crew.’

Daarmee bedoelt hij dat gebruikers er mensen ontmoeten met wie ze graag samen sporten, vrienden of gewoon een vaste groep om mee op pad te gaan.

Strava fungeert ook steeds vaker als ontmoetingsplek. Is de app dan ook een soort Tinder voor sporters geworden? ‘Nee, maar het is wel een geweldige manier om gelijkgestemde mensen te vinden,’ lacht Knights, ‘wie weet zelfs een nieuwe liefde.’

Van Aert & co.

Een andere opvallende vaststelling: bij vrouwen ziet Strava een sterke groei. In 2024 postten zij 11 procent meer fietstochten. Krachttraining steeg met 25 procent. En het aantal vrouwen dat een halve marathon heeft gelopen en dat op Strava postte is bijna gelijk aan dat van de mannen: 16 versus 17 procent. Op de marathon is dat 5 versus 8 procent.

Tegelijk sporten vrouwen 40 procent vaker indoor dan mannen, vooral om veiligheidsredenen. Maar wanneer ze buiten sporten, presteren ze opvallend goed. Volgens de interne data van Strava zijn vrouwen 20 procent vaker dan mannen de snelste in een bepaalde discipline.

Dat Vlaanderen op Strava’s wereldwijde heatmaps zo fel kleurt, verbaast Knights niet. ‘België en Vlaanderen hebben een rijke sport- en fietscultuur.’

De populariteit wordt versterkt door de aanwezigheid van bekende sporters – onder wie Wout van Aert en Remco Evenepoel – die hun trainingen zichtbaar delen. ‘Dat draagt bij aan de authenticiteit. Op Strava zie je wereldtoppers naast mensen die hun eerste vijf kilometer lopen. Net dat maakt het platform geloofwaardig en motiverend.’

Strava Metro

Op het Sportinnovatiecongres toonde Knights ook hoe Strava Metro, een apart dataplatform binnen de app, steden helpt bij het begrijpen en verbeteren van hun mobiliteit. ‘Metro verzamelt heel veel activiteiten. We tonen waar mensen echt lopen, fietsen of wandelen.’

Metro maakt zichtbaar:

• welke routes populair zijn

• waar mensen vertragen of omwegen maken

• welke straten onveilig aanvoelen

• hoe gedrag verandert na infrastructuurwerken

Het systeem werd in 2014 gelanceerd. Jarenlang was Strava Metro een betalende dienst, tot Strava in 2020 besliste om het gratis te maken. ‘Lokale besturen moesten soms kiezen tussen investeren in infrastructuur of betalen voor data. Dat vonden we maatschappelijk onverdedigbaar’, zegt Knights.

Bovendien is het strategisch logisch: ‘Hoe meer veilige infrastructuur er komt, hoe meer mensen bewegen en hoe meer mensen op Strava terechtkomen.’

Privacy

Omdat Metro werkt met gevoelige locatiegegevens, legt Knights uit hoe Strava privacy garandeert. ‘Metro gebruikt alleen geanonimiseerde gegevens, niets kan herleid worden tot één persoon’, zegt hij.

Hij verduidelijkt hoe die bescherming werkt: ‘We voegen activiteiten samen in grotere blokken, zodat niemand ooit één route kan herkennen. Start- en stopzones worden automatisch verborgen. Niemand kan zien waar iemand woont of werkt.’

De gebruiker blijft bovendien volledig in controle. ‘Iedereen kan zich op elk moment volledig afmelden voor Metro’, zegt Knights. ‘Privacy is de basis voor vertrouwen. Zonder vertrouwen werkt Metro niet.’

Vlaanderen als voorbeeld

Vlaanderen behoort volgens Knights tot de regio’s waar Metro-data het meest waardevol zijn. ‘Antwerpen gebruikt Metro bijvoorbeeld in het Europese project Megabits, waarin floating bike data gecombineerd worden met vaste telpunten. Zo ontstaat een gedetailleerd zicht op hoeveel fietsers een straat gebruiken, hoe ze zich door het netwerk bewegen en waar knelpunten ontstaan.’

Ook internationaal ziet Strava een vergelijkbare impact van Metro-data:

• In São Paulo zorgde een nieuwe fietsbrug voor een vijfvoudige stijging van het fietsgebruik.

• Grenoble koppelde eigen fietstellingen aan Metro om representatieve schattingen te maken.

• Londen herprogrammeerde 6500 verkeerslichten op basis van Metro-data, goed voor een geschatte productiviteitswinst van ongeveer één miljard pond per jaar.

Knights vat het samen: ‘Infrastructuur is essentieel. Als de omstandigheden goed zijn, zien we een stijging van sportieve activiteiten. Als ze slecht zijn, dalen die.’ En daarin speelt de gemeenschap een cruciale rol: ‘De mensen zijn niet alleen gebruikers van de ruimte, ze zijn medeontwerpers ervan.’

Euro’s in ruil voor kilometers: speelt u soms vals op de sportapp Strava?