Kippenvelmoment voor motorcrosser Stefan Everts: ‘Het is niet omdat je vijftig keer wint, dat de 51ste zege vanzelf komt’

© NurPhoto via Getty Images
Jef Van Baelen
Jef Van Baelen Journalist voor Knack

Motorcrosser Stefan Everts genoot ervan dat hij zich telkens moest bewijzen.

Jef Van Baelen vraagt toppers naar hun mooiste sportherinnering.

In de voorlaatste Grote Prijs van 2003 werd ik wereldkampioen MXGP, dat is de koninginnenklasse van de motorcross. In die jaren werden er in hetzelfde weekend ook GP’s georganiseerd voor lichtere motoren tot 125cc en voor zware motoren tot 650cc. Ik had dat seizoen al een paar keer de lichte reeks en de MXGP gecombineerd, en zelfs beide categorieën gewonnen.

Een journalist vroeg of ik het zou aandurven om op de laatste GP in de drie reeksen te starten. Mijn team Yamaha vond het een mooie stunt, maar aan de drie reeksen winnen had ik nooit gedacht. Fysiek leek me dat onmogelijk. Je rijstijl telkens aanpassen aan een ander type brommer ligt bovendien niet voor de hand.

Op de lichtste moto won ik. Dat verbaasde niet: die motorfiets lag mij en ik was nog fris. In de MXGP was ik al kampioen, dus dat ik daar won, was evenmin een verrassing. Maar toen ik op de zwaarste motor kroop, was ik zo afgepeigerd dat ik mezelf weinig kans gaf.

Vroeg in de race viel Joël Smets, de wereldkampioen bij de zware motoren. Toch had ik zeker geen gewonnen spel. Javier Garcia Vico, een gevaarlijke Spanjaard, dreef me tot het uiterste. We duelleerden op het scherpst van de snee. Op een gegeven moment val ook ik, maar gelukkig kan ik snel weer vertrekken. Aan de meet bleef ik Garcia Vico op het nippertje voor.

Drie grote prijzen winnen in één weekend was en is ongezien. Toch zei ik meteen: dit doe ik nooit meer. Ik voelde me tot op de laatste druppel uitgewrongen. De dopingcontrole duurde drie uur: het lukte me simpelweg niet om mijn potje te vullen.

Een feestje hebben we niet gebouwd, alle energie was uit mijn lijf. Achteraf kreeg ik vaak de vraag waar ik de motivatie vandaan had gehaald, want ik was tenslotte al wereldkampioen. Maar dat was voor mij nooit de insteek. Het fijne aan topsport vond ik juist dat ik mezelf telkens opnieuw moest bewijzen. Het is niet omdat je vijftig keer wint, dat de 51ste zege vanzelf komt.

Door die stunt in de laatste GP kwam ik dat seizoen precies uit op 72 overwinningen, bleek achteraf. Toeval bestaat niet. 72 is mijn geboortejaar en mijn geluksgetal: het startnummer waarmee ik mijn tien wereldtitels won.

Kippenvelmoment voor hoogspringer Eddy Annys: ‘Wat heb je verdorie laten liggen?’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content