Voor de Engelsen geldt David Seaman als een van de beste keepers ter wereld. In elk geval is hij, ondanks zijn 37 jaar, nog altijd de nummer één van zijn land en speelt hij met Arsenal de kwartfinales van de Champions League.

Op mindere dagen zijn de oudjes van Arsenal nadrukkelijk mikpunt van spot. Dan is David Seaman (37) te traag en te houterig, aanvoerder Tony Adams (34) allang over zijn hoogtepunt heen en moeten hun collega-verdedigers Martin Keown (34) en Lee Dixon (37) in de krant lezen dat ze eigenlijk niet kunnen voetballen. Dat het pas écht misgaat als van het viertal alleen Seaman overblijft, bleek op 25 februari. Een defensief onthutsend zwak Arsenal was op Old Trafford de speelbal van een frivool Manchester United. Met name Dwight Yorke leefde zich uit, getuige zijn drie goals in de eerste 25 minuten. Na de 5-1 ruststand viel de 6-1 eindscore na negentig minuten voor The Gunners nog relatief mee, maar die betekende uiteraard toch een schande.

David Seaman, in het verleden na tegengoals al te vaak geslachtofferd, werd deze keer na de monsterscore gespaard. Terecht, want hij speelde redelijk. Seaman is al vanaf 1990 eerste keus in het doel van Arsenal, ontwikkelde zich vanaf dat jaar ook tot vaste nationale doelman (als opvolger van Peter Shilton) en bezorgde zijn club door beslissende reddingen al talloze prijzen. Maar ondanks zijn staat van dienst was er het afgelopen najaar opeens twijfel. Door vormverlies liet Seaman enkele houdbare ballen door. Zijn leeftijd vormde plotseling een probleem.

En dan was er nog zijn haardracht. Na Euro 2000 was Seaman op de Engelse velden teruggekeerd met een, zeker voor zijn leeftijd, opvallend paardenstaartje. Het maakte Seaman voor de Britse schandaalkranten een ideaal mikpunt van spot. Een langdurige schouderblessure, opgelopen op 25 oktober tijdens het thuisduel met Sparta Praag in de Champions League, droeg verder bij aan de negatieve stemming. De media speculeerden zelfs al volop wie Seaman in het nationale elftal moest vervangen.

Hij vierde zijn rentree op 13 januari in de thuiswedstrijd tegen Chelsea (1-1) en hield tot aan de topper in Manchester liefst vijf keer op rij de nul. Vooral tegen Lyon in de Champions League leverde Seaman een sterke prestatie, want Arsenal was de mindere geweest en had menig tegenaanval pas zien stranden op de doelman. Zijn sterke keeperswerk bleek zelfs goud waard, want niet Lyon maar Arsenal ging vervolgens door naar de kwartfinales, waar het nu Valencia, vorig jaar verliezend finalist, treft.

De nieuwe Engelse bondscoach Sven-Göran Eriksson liet zich adviseren door Arsène Wenger, trainer van Arsenal. Wenger herhaalde later in de media wat hij de Zweed had verteld : “Op mij maakt David nog altijd een heel sterke indruk, vooral mentaal. Als speler van Arsenal moet je kunnen afrekenen met tal van psychologische problemen. De druk om te presteren van publiek en media is immens. Sinds ik bij Arsenal werk ( oktober 1996, nvdr) heeft Seaman een moeilijke situatie altijd beantwoord met sterke prestaties. Dat tekent zijn klasse en bewijst dat hij een topper is. Voor mij is Seaman een van de beste keepers ter wereld.”

David Seaman zelf verklaarde begin maart al dat over zijn uitverkiezing geen twijfel kan bestaan. “Hoe harder de kritiek die ik krijg, des te sterker mijn wil is te bewijzen dat ik nog altijd de beste ben. De dag dat ik stop als international is de dag dat ik stop met voetbal. Mijn honger om voor mijn land te spelen is groter dan ooit. Het interesseert me niet wat anderen van mij denken. Ik voel me fit en ik ben scherp. Ik ben een trotse Engelsman die voor zijn land wil spelen.”

In zijn autobiografie Safe Hands, wat tevens zijn bijnaam is, beschrijft Seaman zijn carrière. Hij komt op 19 september 1963 ter wereld in Rotherham, een kleine stad in de buurt van Sheffield. Als zoon van een pas getrouwd tienenstelletje – moeder Pam is pas zestien bij zijn geboorte – heeft hij het niet echt getroffen. Zijn ouders gaan na de geboorte van David in allerijl samenwonen in de voorkamer van het ouderlijk huis van vader Roger. Pas als Pam en Roger de twintig gepasseerd zijn en de eigenaars worden van een kleine broodjeszaak, hebben ze de gelegenheid ook daadwerkelijk voor David te zorgen.

Roger vindt werk in een staalfabriek en Pam verkoopt broodjes, waardoor de jonge David met zijn broertje Colin vaak op straat te vinden is, haalt hij aan in zijn boek. “Ik stond dan te kijken naar de oudere jongens die op een veldje aan het spelen waren. Ik wilde meedoen, maar ik mocht niet omdat ik te jong was. Behalve als ik in het doel ging staan, en dat vond ik natuurlijk fantastisch. Later begreep ik pas dat niemand anders dat wilde, omdat voetballen veel leuker was. Maar al snel vond ik keepen óók leuk, omdat ik talent had.”

Roger Seaman, helemaal geen voetballiefhebber maar een hardrockfan en een motorfreak, meldt zijn zoon op elfjarige leeftijd aan bij het plaatselijke Rotherham United. Daar blijkt dat David inderdaad talent heeft, want vanaf zijn veertiende hebben betere clubs interesse in hem. Hij mag op proef komen bij Chesterfield, Doncaster Rovers, Barnsley, Sheffield United, Sheffield Wednesday en Leeds United. De jonge Seaman gaat alle clubs af, om de beste te kunnen kiezen zodra hij op zijn zestiende leerlingprof mag worden. Seaman kiest in 1979 voor Leeds United, maar het is voor de chique bestuurders wel even schrikken als de jonge David vergezeld door zijn vader de kantoren betreedt : Roger Seaman draagt een motorjack en heeft lang haar tot over zijn schouders.

David maakt op Elland Road snel kennis met de harde wereld van een jonge voetballer. “Voordat ik bij Leeds United terechtkwam had ik er al een aantal dagen doorgebracht tijdens de schoolvakanties. Ik maakte me daarom geen enkele illusie over hoe het leven eruit zou zien : hard werken en veel rotklusjes verrichten, waarvan de meeste niets te maken hadden met voetbal. Ik was aangesteld als head-apprentice, wat betekende dat ik in de gaten moest houden dat de anderen hun werk goed uitvoerden. Een van onze werkzaamheden was het schoonhouden van de toiletten in de kleedkamers. Een karwei dat nooit af was, omdat die toiletten elke dag gebruikt werden.”

Leeds United ziet uiteindelijk niets in Seaman, die in 1982 terecht kan bij Peterborough United in de laagste profdivisie, waar een van de assistent-trainers van Leeds, Martin Wilkinson, net aangesteld is als manager. Wilkinson ziet wél wat in Seaman, die op 28 augustus 1982 debuteert in het Engelse profvoetbal tijdens de uitwedstrijd tegen Stockport County (1-1). Langer dan twee seizoenen duurt het avontuur in Peterborough echter niet. In oktober 1984 zoekt Ron Saunders, destijds de manager van Birmingham City, een nieuwe doelman. Zijn oog valt op Seaman, die na het beklinken van de transfer verbijsterd aanhoort hoe Saunders de lokale pers toespreekt : “Let op mijn woorden, deze jonge doelman staat over drie jaar in het Engelse elftal.”

Zoveel zelfvertrouwen heeft Seaman zelf nog niet, maar er gaat bij de tweededivisieclub wel een wereld voor hem open. “Onder Ron Saunders kreeg ik voor het eerst echte keeperstraining. Hij had een oefening waarbij hij, of een van de andere trainers, van dichtbij een bal op mijn gezicht afvuurde. Ik moest mijn hoofd absoluut stil houden, zodat ik de bal optimaal kon volgen en vervolgens vlak voor mijn ogen kon pakken. Het was perfecte oefenstof. In een wedstrijd ben je vaak heel actief bezig. Je rent, valt of duikt, en staat daarna weer snel op. Altijd beweegt je lichaam in een bepaalde richting. Maar als je gefixeerd bent op de bal, kun je altijd een redding verrichten. Saunders leerde me als eerste dat je nooit naar de tegenstander moet kijken, maar altijd naar de bal, als die beweegt tenminste.”

In Birmingham groeit Seaman uit tot een volwassen doelman, die uitblinkt in sterke reflexen en het onderscheppen van hoge voorzetten. Dat wekt de eerste voorzichtige interesse van topclubs, maar concreet is Queens Park Rangers. De Londenaren bieden de keeper, die inmiddels international is van Jong Engeland, een vierjarig contract aan. Dat ondertekent Seaman gretig, maar op een dag in 1988 stapt manager Jim Smith op hem af : “Ik het goed én slecht nieuws voor je. Het goede nieuws is dat Tottenham Hotspur je wil hebben, het slechte nieuws is dat ik je absoluut niet laat gaan.” Seaman denkt vervolgens een fikse salarisverhoging te kunnen vragen, maar moet genoegen nemen met een iets grotere auto.

Op 16 november 1988 debuteert hij als A-international, in een oefeninterland in en tegen Saudi-Arabië (1-1), zodat de doelman begrijpt dat hij de top kan halen. Alleen niet bij QPR, want die club heeft daarvoor onvoldoende financiële middelen. Op het revolutionaire kunstgrasveld in West-Londen blinkt hij bijna wekelijks uit, maar aandacht trekt hij nauwelijks. Arsenalmanager George Graham brengt in 1990 uitkomst. De Schot contracteert David Seaman als vervanger van John Lukic, die op zijn beurt naar Leeds United vertrekt.

Seaman baart door zijn goede spel voor The Gunners direct opzien. Zijn uitstraling, sprongkracht en lengte helpen Arsenal in zijn debuutseizoen aan een fraai clubrecord : in 38 competitiewedstrijden incasseert de club slechts 18 treffers, en altijd is Seaman van de partij. Arsenal wordt landskampioen, met Seaman als een van de opvallendste spelers. Het zijn de tijden waarin Graham met Lee Dixon, Steve Bould, Tony Adams en Nigel Winterburn beschikt over de beste verdediging van Engeland. Arsenal heeft geen geweldige spelers, maar wél een geweldig elftal omdat Graham er tot in de perfectie een eenheid van heeft gemaakt : “De vier verdedigers speelden op training tegen zes anderen – twee aanvallers en vier middenvelders – maar incasseerde géén goals. De aanvallers konden vaak niet eens op doel schieten. De verdedigers stonden gewoon altijd op de goede plaats en speelden perfect op buitenspel. De jongens vonden het vreselijk saai, al die monotone trainingen met altijd dezelfde oefeningen. Maar het werkte wel.”

Arsenal wint onder Graham in 1993 zowel de FA Cup als de League Cup (beide keren ten koste van Sheffield Wednesday) en een jaar later de Europa Cup II (in Kopenhagen tegen bekerhouder Parma, 1-0). Maar omdat de succesmanager zich heeft verrijkt aan transfers, wordt hij begin 1995 ontslagen. De sportieve neergang heeft zich dan al ingezet. Echter niet voor David Seaman, die onder Grahams opvolgers Bruce Rioch (1995/96) en vooral Arsène Wenger uitgroeit tot doelman van wereldklasse.

Vooral zijn sterke spel tijdens het EK van 1996 in eigen land maakt van Seaman een nationale held. In de tweede groepswedstrijd, de beladen Battle of Britain tegen Schotland, stopt hij bij een 1-0 voorsprong een strafschop van de Schotse spelmaker Gary McAllister, waarna in de tegenaanval Paul Gascoigne de eindstand op 2-0 bepaalt. In het kwartfinaleduel met Spanje (0-0) keert Seaman in de beslissende strafschoppenserie de inzet van Nadal. De doelman verdient er zijn bijnaam mee : Safe Hands. Engeland strandt in de halve finale tegen Duitsland, maar de naam David Seaman hoort voortaan in de rij van spelers die voor het Engelse voetbal historie hebben geschreven.

Ook met Arsenal bleef Seaman goed presteren. Vooral dankzij de sterke verdediging won de ploeg in 1998 de dubbel. De laatste seizoenen kampt Seaman af en toe met blessures, die naarmate hij ouder wordt steeds langzamer genezen. Zo miste hij tijdens Euro 2000 de beslissende groepswedstrijd tegen Roemenië, die Engeland prompt verloor (2-3) en de vroegtijdige uitschakeling betekende. Maar de man die vissen als zijn grootste hobby beschouwt en met zijn vrouw Debbie een fraai landhuis in Hertfordshire bewoont, weet zeker dat hij op het WK 2002 onder de lat staat. Als Engeland zich tenminste plaatst.

door Martijn Horn

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Expertise