De confrontatie tussen Anderlecht en Ajax van volgende donderdag heeft alles in zich om tot een spektakelstuk uit te groeien: twee teams die vooruit proberen te voetballen en het creatieve en artistieke hoog in het vaandel dragen. Beide clubs zijn op zoek naar de Europese glorie uit vroegere dagen. Zeker Ajax, dat in het begin van de jaren zeventig met avant-gardistisch voetbal uitpakte: de tegenstander werd bij de keel gepakt en als het ware opgesloten op de eigen speelhelft. Totaalvoetbal werd dat genoemd, met opkomende vleugelbacks en meeverdedigende aanvallers. Het was revolutionair in die periode. De memorabele Rinus Michels vijlde het in de ploeg en Johan Cruijff zorgde op het veld voor de regie en de uitvoering. Het leverde Ajax drie jaar na elkaar de Europacup voor landskampioenen op.

In het huidige tijdsbeeld is het vreemd dat dit succes werd behaald met vrijwel uitsluitend Nederlandse voetballers. Bij Ajax was de Joegoslavische centrale verdediger Velibor Vasovic de enige buitenlander op het veld. Hij was aanvoerder van de ploeg die in 1971 voor het eerst de Europacup won. Vasovic werd later vervangen door de Duitser Horst Blankenburg. Ook toen Feyenoord in 1970 de Europacup I won, gebeurde dat vooral met Nederlandse voetballers. De Oostenrijkse middenvelder Franz Hasil en de Zweedse midvoor Ove Kindvall waren de enige buitenlanders. En Nederlanders waren het – Arie Haan en Rob Rensenbrink – die uiteindelijk ook Anderlecht naar Europese successen leidden.

Intussen heeft ook Ajax op dat vlak een gedaanteverwisseling ondergaan. De huisstijl is er nog steeds, met aanvallend voetbal en het gebruik van de flanken, maar doorgaans verschijnt er maar een handvol Nederlanders aan de aftrap.

Aan Nederlandse voetballers en aan Oranje wil Georges Leekens zich altijd graag spiegelen. Verbeten probeert de bondscoach de nationale ploeg weer op te bouwen. De verhalen dat dit elftal zo veel potentie heeft, hoorden we intussen al lang genoeg, nu komt het eropaan een prestatie neer te zetten. Leekens probeert het met een duidelijk concept in de ploeg te krijgen, gedragen door een sterke en betrouwbare as die het elftal een houvast moet geven.

Maar tegen Finland bleek afgelopen woensdag dat er nog veel werk is. En dat het de ploeg moeilijk valt om een voorsprong te verdedigen. Het blijft in vergelijking met vroeger, toen de Rode Duivels vooral sterk waren in het verweer, de omgekeerde wereld. Kansen waren er geweest en daar trok iedereen zich aan op, zo klonk het achteraf in de catacomben van het Ottenstadion. Vincent Kompany sprak zelfs van een mogelijke 5-0-zege en ook Leekens had een hoop positieve dingen gezien.

Sommigen proberen rond de Rode Duivels een wat opgefokt hoerasfeertje te scheppen. Terwijl België op de ranglijst van de FIFA op de 58e plaats staat, één plaats achter Honduras en één voor Jamaica. Dat is nog altijd de bittere realiteit.

Acht maanden liggen de verkiezingen intussen achter ons en iedere poging tot de vorming van een regering loopt stuk op een muur van allerhande belangen. De pogingen om de competitie te hervormen komen steeds meer terecht in het spoor van de politiek. Afgelopen vrijdag werd er weer geen overeenkomst bereikt. Ook hier blokkeren (club)belangen alles. Het ziet ernaar uit dat het allemaal naar volgend seizoen wordt verschoven. Het emotionele blijft de bovenhand nemen op het rationele.

Was het niet de emotie die Bart Verhaeghe, de nieuwe voorzitter van Club Brugge, uit de voetbalsport wilde bannen? Het gaat er bij hem om competente mensen op sterke plaatsen te zetten en een voetbalvereniging bedrijfsmatig te runnen. Een nobel streven. Maar wat gebeurde er vorige week toen een krant meldde dat Adrie Koster op het einde van het seizoen bij Club zou moeten opstappen? Club Brugge liet in een communiqué weten dat Koster zeker blijft als er een Europees ticket wordt gepakt.

De resultaten bepalen dus de manier van denken. Er valt voor Verhaeghe echt nog een lange weg te gaan.

DOOR JACQUES SYS

Er hangt een opgefokte sfeer rond de Rode Duivels.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content