Durf jij bij Monopoly stiekem de bank te plunderen?

‘Nee, ik ben daarin nogal principieel. Maar ik speel niet vaak gezelschapsspelletjes. Alleen op Kerstmis; dan halen mijn zus en ik Trivial Pursuit boven. Femke wint dan meestal, want ik kom er weinig toe om kranten te lezen.

‘Vroeger speelde ik ook al niet zo vaak gezelschapsspelletjes. Meestal deed ik jongensachtige dingen met mijn zus en mijn neef. Ik klom bijvoorbeeld graag op het dak van een bijgebouwtje van ons huis. En we speelden ook vaak bij de drie tumuli; dat zijn Romeinse grafheuvels in Tienen. We klauterden daar op om er dan met een grote band af te glijden.’

Kreeg jij van je ouders kauwgom uit de kauwgomautomaat?

‘Ik vind dat vies. Maar ik kreeg wel veel dingen. Als ik naar een fuif ging, stopte mijn moeder me altijd wat geld toe. En als ik ’s nachts terug naar huis wilde, kwam mijn stiefpapa me oppikken. Aan de andere kant was ik als kind nooit overdreven hebberig, zelfs niet in de speelgoedwinkel. Ik maakte ook graag zelf speelgoed. Op een keer knutselde ik zo’n houten bak ineen die je met twee moest vasthouden en waarbij je een balletje door een doolhof moest gidsen zonder dat het in de gaatjes viel. Dat sprak me meer aan dan de poppen die vriendinnetjes meebrachten naar verjaardagsfeestjes. Als ik een Barbiepop kreeg, knipte ik haar haar.’

Krijg je vaak een boete in de bibliotheek?

‘Ik leen geen boeken; ik koop er, want ik markeer graag. Ik hou van theoretische boeken die je uitdagen om zaken in vraag te stellen. De boeken van Paul Verhaeghe en Dirk De Wachter spreken me bijvoorbeeld sterk aan, omdat zij verbanden leggen met de maatschappij. De link tussen psychologie en maatschappelijke invloeden vind ik superboeiend. De Wachter schrijft in zijn laatste boek over verschuivingen op het vlak van liefde en over hoe die veroorzaakt worden door ons hedendaagse leven en door de illusie dat alles maakbaar is. Verhaeghe bekijkt dan weer wat er door maatschappelijke veranderingen gebeurt op het vlak van psychopathologie; je ziet andere ziektebeelden door een andere maatschappij.

‘Lezen doe ik met periodes. Als ik voor mijn doctoraat hele dagen artikels heb gelezen, kan ik even geen boek meer zien. Ik doe onderzoek naar de invloed van ademhaling op pijn. Ademhaling wordt vaak gebruikt in therapieën binnen de kinesitherapie en de psychologie. Mensen lijken dan minder pijn te hebben. Wij willen nagaan waarom dat zo is. Ligt het aan afleiding van de pijn of is er onderliggend een structureel mechanisme? Niet alleen dat onderwerp is superboeiend, maar ook het werk: er zit constant afwisseling in, veel mentale uitdaging en creativiteit, je moet voortdurend oplossingen zoeken, nadenken en alles in vraag stellen.’

Heb jij markante ervaringen met Franse wc’s?

‘Nee (lacht), ik ben heel goed in het kunnen controleren. Het is ook even geleden dat ik nog een Franse wc gezien heb. Afgelopen zomer ben ik nochtans naar Frankrijk geweest. Ik reis heel graag. Vorig jaar ben ik door Italië getrokken en het jaar voordien ben ik met mijn beste vriendin naar New York gegaan. We bezochten er Central Park en enkele musea, zoals het Guggenheim en het MoMA (Museum of Modern Art, nvdr). We combineerden dat met een bezoekje aan een oud-ploeggenote in Portland. En dat allemaal ondanks mijn vliegangst. Ik heb neurotische trekjes als ik in een vliegtuig kruip. Dan wil ik per se dat vliegtuig eerst eens aan de buitenkant aanraken. Tijdens de vlucht denk ik te weten wat er wanneer moet gebeuren en denk ik de geluiden te herkennen, bijvoorbeeld het uitklappen van het landingsgestel. Als er dan iets gebeurt wat volgens mij abnormaal is, doe ik mijn ogen dicht en steek ik mijn vingers in mijn oren.’

DOOR KRISTOF DE RYCK – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Als ik een Barbiepop kreeg, knipte ik haar haar.’ IMKE COURTOIS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content