Moeskroen staat verrassend op kop in het klassement met het maximum van de punten. Aanvoerder Gonzague Vandooren mikt op de linkerkolom. ‘Een goede start is vaak de voorbode van een geslaagd seizoen.’

In het tussenseizoen is het boegbeeld van Le Canonnier, Steve Dugardein, vertrokken naar Oud-Heverlee Leuven. Les Hurlus moesten dus op zoek naar een nieuwe aanvoerder en dat werd Gonzague Vandooren.

Verrast het je dat je nauwelijks zes maanden nadat je naar de oude stal terugkeerde al de aanvoerdersband kreeg?

Gonzague Vandooren: “Eerlijk waar, ik heb daar geen seconde bij stilgestaan toen ik in januari naar Moeskroen terugkeerde. Ik wilde dichter bij mijn familie zijn en de club sportief helpen om een moeilijke periode door te komen. Dat is gelukt en nu moeten we proberen op ons elan door te gaan. Los daarvan vind ik het aanvoerderschap wel fijn. Het geeft een bijkomende verantwoordelijkheid omdat ik een beetje de verbindingsman tussen de spelers, de technische staf en het bestuur ben. Maar het valt me niet zwaar om dat te doen.”

Heeft men de meest serieuze speler gekozen?

“Ik weet het niet. Ik denk wel dat ik het huis goed ken. Dat is ongetwijfeld een voordeel.”

Heb je ook niet de meeste ervaring? Je speelde toch ook voor twee grote clubs, wat niet veel van je teamgenoten kunnen zeggen?

“Het is evident dat ik van mijn periode bij Standard en Genk heel veel heb geleerd. Het is ook al mijn twaalfde seizoen in de eerste klasse. Dat is toch niet niets. Ik voel me wel gevleid dat ik de band heb gekregen. Dat is een blijk van waardering, maar het zal van mij geen ander mens maken. Ik weet niet of ik een echte leider ben, maar ik weet wel dat ik altijd en overal mijn truitje nat heb gemaakt en dat ik op het veld ook altijd veel heb gepraat. Op dat niveau zal er dus voor mij niets veranderen. Ik wil alleszins niet de baas spelen en betuttelen. Ik hoop dat het hele team blijk zal geven van de nodige maturiteit.”

Wat doet je uit je krammen schieten?

“Nonchalance. Spelers die zich niet ten volle geven. Na het werk mag het er gerust wat losser aan toegaan. Dat is zelfs goed voor de sfeer. Maar als er gewerkt moet worden, moet er gewerkt worden. De groep beseft dat heel goed.”

Goede voorbereiding

Wat verwacht je van dit seizoen?

“Omdat er vier dalers zijn, zal het er wellicht nerveus aan toegaan. Met uitzondering van de vier of vijf grote teams is dat een zwaard van Damocles voor alle andere ploegen. Niemand is vrij van pech. Je kan snel in een negatieve spiraal raken. Vandaar dat ik verwacht dat er met enorm veel inzet zal worden gespeeld. Daar hebben we in onze openingswedstrijd tegen Tubeke al een en ander van kunnen zien. Maar als alles goed loopt, mogen we misschien wel een plaatsje in de linkerkolom viseren. We hebben het geluk dat de kalender ons gunstig gezind is met niet al te moeilijke wedstrijden in het begin. En een goede start is al vaak de voorbode van een geslaagd seizoen gebleken. Ik denk dat zevende, achtste of negende voor ons een realistische ambitie is. Op de top vijf mikken, zoals regelmatig gebeurde toen ik hier tien jaar geleden debuteerde, is wellicht te hoog gegrepen. Subtoppers als Gent, Germinal Beerschot en zelfs Charleroi hebben ondertussen ook niet stilgezeten. Samen met de vier traditionele toppers Anderlecht, Standard, Club Brugge en Genk zijn dat al veel ploegen voor de linkerkolom.”

Het seizoen begon hier met een donderslag bij heldere hemel: het ontslag van voorzitter Philippe Dufermont. Hoe keek je daar tegenaan?

“Heel sereen. Hij is een druk bezet zakenman, die lang niet alleen met voetbal bezig is. Ik begrijp dat hij wat meer afstand wilde nemen. Natuurlijk heeft het nieuws ons verrast, maar ik denk niet dat we ons ongerust moeten maken. Hij is ook niet helemaal weg natuurlijk. Je kan het, denk ik, een beetje vergelijken met wat Genk met Jos Vaesen meemaakte …”

Plukken jullie nu de vruchten van de harde voorbereiding?

“We hebben alleszins heel hard gewerkt en we speelden tegen interessante tegenstanders zoals Heerenveen, Valladolid, Rijsel en Reims. Vroeger begon het seizoen van Moeskroen systematisch in Koksijde. Dat is best leuk, maar op een gegeven ogenblik is het toch belangrijk om de lat hoger te leggen. Met Standard speelden we tegen teams als Fenerbahçe en Juventus. Trouwens, de vroege Europese uitschakeling van Anderlecht wordt door sommigen geweten aan het te lichte voorbereidingsprogramma van paars-wit.”

Wat is er eigenlijk het meest veranderd in vergelijking met vorig seizoen?

“Niet zo veel. Stabiliteit was het ordewoord. En dat is heel belangrijk. Kijk maar eens hoe sterk Standard is geworden sinds Sclessin geen duiventil meer is. Ik hoop dat we met Moeskroen ook die weg opgaan.”

De verdediging lijkt goed op poten te staan …

“Met uitzondering van Chemcedine El Araichi op rechts, is het dezelfde defensie als vorig seizoen. Een sterke verdediging is een goede basis om op voort te bouwen. Maar ook in de andere compartimenten zit het goed. We beschikken over een goede mix tussen jeugd en ervaring, en doorzettingsvermogen en techniek.”

Missen jullie Bertin Tomou niet?

“Zijn vertrek verraste me wel. Hij is een heel nuttige speler die de bal vooraan goed kan bijhouden, maar goed … De andere spitsen krijgen nu een kans om te tonen wat ze in hun mars hebben. En we proberen via de vrijschoppen van Walter Baseggio die ik dan verleng met het hoofd ook voor gevaar te zorgen. Het doet trouwens deugd dat we al konden scoren op stilstaande fasen, want vorig jaar kregen we precies daarin veel goals tegen. Maar die hadden meer te maken met concentratieverlies dan met een gebrek aan lengte. Ook tegen Tubeke pakten we het na de 0-2 weer wat te los aan, hoewel we hard op dat aspect hadden gewerkt tijdens de voorbereiding.”

Linksachter

Wat verwacht je persoonlijk van jouw seizoen?

“Ik wil vooral met veel plezier kunnen voetballen. Ik ben teruggekomen om dichter bij de familie te zijn. Het doet enorm deugd zo veel tijd met mijn vrouw en kinderen te kunnen doorbrengen en vaak mijn ouders te zien. Ik zal niet beweren dat ik bij een fabelachtig bod niet opnieuw zou vertrekken, maar als men me zou voorstellen om voor tien jaar bij te tekenen, zou ik het dadelijk doen.”

Voel je je nog aanvaller, zoals in de periode dat je debuteerde?

“Ik ben nooit een echte goalgetter geweest. Ik probeerde wel veel te bewegen en ruimte te creëren voor de andere spits, Zoran Ban bij Moeskroen en Ole-Martin Årst bij Standard, maar scoren heb ik nooit veel gedaan. Al is dat natuurlijk altijd mooi meegenomen, zeker nu ik, een beetje tegen mijn zin, linksachter moet spelen. Langs de andere kant is het wel goed dat ik nu een vaste plaats heb.”

Heb je als aanvoerder ook de taak om jongeren te begeleiden en naar de eerste ploeg te brengen?

“Zeker. Toen ik debuteerde luisterde ik ook naar de raad van mannen als Marco Casto. Nu probeer ik jongens als Guillaume François, N’Goy Yakassongo en Morgan Lefebvre met mijn ervaring zo goed mogelijk bij te staan.”

Is het dan niet jammer dat Jérémy Huyghebaert naar Auxerre is vertrokken omdat hij … Gonzague Vandooren niet uit de ploeg kon spelen?

“Hij kreeg ongetwijfeld een mooi voorstel. Hij zal nu moeten proberen daar een basisplaats te veroveren. Ik heb hem slechts zes maanden gekend, dat is te weinig om echt een mening over hem te kunnen vormen.” S

door daniel devos

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content