De nieuwe Argentijn van Anderlecht voelt zich al prima thuis bij zijn nieuwe club. De eerste indrukken van Hernán Losada. En de eerste indrukken óver hem.
Vanzelfsprekend zocht hij tijdens de eerste training van het nieuwe seizoen bij Anderlecht vooral het gezelschap van zijn landgenoten op: Nicolás Frutos, Lucas Biglia en Nicolás Pareja. Maar na amper één werkdag mengde Hernán Losada zich in het nationaal training-centrum van Tubeke en op de oefenvelden van Anderlecht ook ongedwongen met de andere spelers van paars-wit.
“Behalve onze Argentijnse nationaliteit heb ik niet zoveel met hen gemeen,” zegt Hernán Losada over zijn landgenoten bij Anderlecht. “Akkoord, net als Biglia en Frutos heb ik bij Independiente gevoetbald, maar we stonden daar nooit samen in het eerste team. Op het moment dat zij doorstootten naar het A-team van Independiente, had ik al een andere bestemming gekozen: Universidad de Chile. De coach van Indepediente had het niet zo op mij begrepen. Anders dan Nicolás en Lucas en nog andere jongens zoals Sergio Agüero, zag hij in mij geen gevestigde waarde. Het was dus beter dat ik opstapte en ik ben voor een periode van zes maanden uitgeweken naar Santiago. Niet dat ik die verbanning betreur. Ik heb me helemaal kunnen doorzetten bij Universidad, overigens een uitstekend team. Het heeft me de oversteek naar Europa, meer bepaald naar Germinal Beerschot, opgeleverd. Als ik in Buenos Aires was blijven hangen, ben ik er niet zeker van dat de Belgische scouts me opgemerkt zouden hebben. Om de simpele reden dat ze me dan allicht niet eens aan het werk hadden gezien.”
“Toen ik in 2005 het terrein in Argentinië begon te verkennen, was Losada al naar Chili verkast,” herinnert Gérard Witters zich, als administratief manager belast met de begeleiding van de Zuid-Amerikaanse spelers van Anderlecht. “En in de periode voordien had hij in zijn thuisland geen blijvende indruk achtergelaten. Hernán leek een speler zoals er in Argentinië zoveel rondlopen. Zodra hij in België belandde, hielden we hem natuurlijk wel in de gaten. Al was het maar om te checken of ons scoutingapparaat in Argentinië in zijn geval geen hapering had vertoond. Ik moet wel erkennen dat wij ons oog in eerste instantie vooral hadden laten vallen op Gustavo Colman, die andere Argentijn op het Kiel. Nu, omdat onze eigen Argentijnen intussen volledig aan de verwachtingen beantwoordden, konden we Losada en Colman zonder enige vorm van wrok of afgunst observeren. Geleidelijk aan speelde Losada bij Germinal Beerschot de pannen van het dak en duwde Colman almaar meer in de schaduw.”
Handelbaarder dan Hassan
“In de competitiewedstrijden tegen ons liet Losada al een bijzonder geïnspireerde indruk”, doet Anderlechts sportief manager Herman Van Holsbeeck zijn kant van het verhaal. “Maar wat hij presteerde in de dubbele bekerconfrontatie tegen Anderlecht, was buitenmaats. Vooral in het Astridpark stak Losada er met kop en schouders bovenuit en als de voetballogica gerespecteerd was, had Germinal Beerschot bij de rust met twee doelpunten verschil voorgestaan. Dankzij een owngoal van Didier Dheedene in de slotfase wonnen we die match tenslotte nog, zij het dus zeer gevleid. Tijdens de debriefing van de wedstrijd hoorde ik bij Anderlecht voor het eerst de naam Losada vallen. Ariël Jacobs zag in hem de ideale opvolger voor Ahmed Hassan.
“Onze coach denkt zelfs dat Losada boven het sportieve niveau van de Egyptenaar kan uitgroeien, dat hij meer precisie in zijn spel kan leggen. En bovendien is hij een pak handelbaarder. Want – waarom het niet toegeven? – met Hassan hebben we in het seizoen 2007-2008 serieus afgezien. Na de Afrikacup, waarin hijzelf voor de derde keer succes kende, kregen we hem eerlijk gezegd niet meer onder controle. Een paar maanden voordien hadden we binnen de club nog met z’n allen hemel en aarde bewogen om zijn verblijf bij Anderlecht met een jaar te verlengen. Maar deze keer was de maat vol. Er viel met de Egyptenaar gewoon niet meer te leven. In de hoogste echelons van de club wilden sommigen zelfs Hassans contract voortijdig verbreken. Zo ver is het gelukkig niet gekomen. Op een bijeenkomst van de raad van beheer zijn de trainer en ik erin geslaagd om de beleidsmensen ervan te overtuigen dat Hassan ons, ondanks zijn onmogelijke houding, toch nog hier en daar diensten zou kunnen bewijzen. En zo is het ook uitgedraaid. Hassan bevond zich in het tweede gedeelte van het seizoen meer op de bank dan op het veld, maar iedereen zal moeten toegeven dat het zijn invalbeurt was die in de finale van de beker van België de balans in ons voordeel deed kantelen. Alleen al daarvoor loonde het de moeite om hem zo lang bij de club te dulden.”
Maar het gesprek zou over Losada gaan. Van Holsbeeck: “Losada is de nieuwe Hassan, maar dan zonder ballast. Hernán zal ons het leven niet moeilijk maken. Het bewijs? Zijn contract was in een-twee-drie geregeld. Hij betrok er maar één bemiddelaar bij, namelijk zijn vader Adolfo. Ander voorbeeld? Eens hij het appartement had gezien dat vrijkwam omdat Besnik Hasi verhuist, hoefden we voor hem niet meer naar een ander onderkomen uit te kijken. Op zoek naar een geschikt verblijf voor hem, moesten we met Hassan nog heel Brussel en omstreken afdweilen. Qua stiptheid verwacht ik me ook al aan een wereld van verschil. Een week voor de eerste training van het seizoen was Hernán al naar België teruggekeerd. Dat hebben we hier toch al dikwijls anders meegemaakt.”
Perfect op schema
“Ik ben inderdaad wat vroeger dan voorzien terug naar België gekomen opdat ik me goed op het voetbal zou kunnen concentreren en me geen zorgen over de rand-verschijnselen meer zou hoeven te maken,” bevestigt Losada. “Gemoedsrust is funda-menteel voor een voetballer. Dezelfde redenering gaat trouwens op voor de timing van mijn vakantie. Geen haar op mijn hoofd dat eraan dacht om al naar Argentinië af te reizen vooraleer mijn contract met Anderlecht afgehandeld was.
“Akkoord, had ik wat langer afgewacht, dan zou mijn toekomst zich misschien elders hebben afgespeeld. Bij Osasuna, bijvoorbeeld, want die mensen klopten achteraf aan met een prima voorstel. Natuurlijk droom ik ervan om ooit in Spanje te voetballen. Ik hoop dat ik het ooit nog eens zo ver schop. Maar op dit ogenblik was de transfer naar Anderlecht wat ik werkelijk wou. Die transfer geeft me de kans om mijn bagage uit te breiden.
“Ik zit perfect op schema, ik volg keurig de planning die ik voor de uitbouw van mijn loopbaan heb uitgestippeld. Zoals iedere Argentijnse voetballer die zichzelf respecteert, wilde ik in Europa voetballen. Daar ben ik in geslaagd. Bij Germinal Beerschot bestond mijn ambitie erin om kennis te maken met een ander soort voetbal en daarin te groeien. Opdracht volbracht, zou ik zeggen, en met dank aan mijn trainers daar: Marc Brys en vooral Harm van Veldhoven. Van Veldhoven liet me voetballen in mijn favoriete positie: in steun achter de spitsen. Ik heb menen te begrijpen dat ook Anderlecht me op die plaats wil uitspelen en mij zal je daarover niet horen mopperen.
“De vergelijkingen met Hassan vrees ik niet. Hij heeft zijn kwaliteiten, ik heb de mijne. Men moet niet van mij verwachten dat ik plots een ploegmaat volledig vrijspeel met één simpel maar magistraal hakje. Daarin toonde Hassan zich een grootmeester en dat is minder mijn ding. Wat ik dan weer beter kan dan hij, is een tegenstander uitschakelen op de ruimte van een zakdoek groot. Dribbelen, iemand op het verkeerde been zetten: het is mijn tweede natuur.”
Een uniek shirt voor Biglia
Voor de tweede keer in zijn loopbaan loopt Lucas Biglia dus Hernán Losada tegen het lijf. Biglia: “Ik ken hem natuurlijk nog uit de periode van Indepediente. Gedurende enkele maanden liepen we daar samen in Buenos Aires rond, maar we stonden nooit in hetzelfde team. Eigenlijk kwam het erop neer dat de coach voor de bezetting van zijn middenveld moest kiezen tussen Hernán en mij. En meestal was ik de gelukkige. Maar uiteindelijk heeft ook Hernán het gemaakt in het voetbal. De ervaringen in Chili en België hebben hem ontegensprekelijk verrijkt als voetballer. Vooral de laatste maanden van het vorige seizoen bereikte hij een hoog niveau. Zoals hij in die bekermatch tegen ons voetbalde: goddelijk gewoon. Na zijn demonstatie in de heenmatch hebben Hernán en ik onze shirts gewisseld. Het truitje van Hernán is het enige dat ik bezit van een Belgische tegenstander. Na de finale van de beker van België wou ik per se mijn shirt behouden, als een souvenir voor mezelf. Ik dacht toen namelijk dat ik net mijn laatste wedstrijd voor Anderlecht had gespeeld. En kijk, ik loop hier nog altijd rond en ik ben nog altijd blij bij Anderlecht. Toch hoop ik nog andere horizonten te kunnen verkennen. Het transferseizoen duurt nog tot 31 augustus, er kan nog heel veel gebeuren.
“Daarom durf ik niet zo maar te voorspellen dat Hernán en ik nu wél samen zullen spelen. Hoe dan ook, mocht hij hier mijn plaats innemen, dan hoeft het publiek van Anderlecht zich alvast geen zorgen te maken. Wat hij vorig seizoen liet zien, bewees dat hij zijn stek bij Anderlecht meer dan waard is.”
Couci couça
De eerste indrukken van Ariël Jacobs zijn gunstig. “Wat me opvalt bij Losada: zijn gretigheid en zijn erkentelijkheid. Het is duidelijk dat hij deze club dankbaar is, omdat ze hem de kans geeft op een hoger niveau te voetballen. Ik ben ervan overtuigd dat hij er alles aan zal doen om die kans te grijpen. Het heeft me ook verrast dat hij behalve Spaans, vlot Engels spreekt en zich flink kan behelpen in het Nederlands. Met een Antwerps accent, wat had je gedacht? Voor Hernán houdt het daar trouwens niet op. Hij liet al weten dat hij zo vlug mogelijk Frans wil leren.”
“Een buitenkansje,” noemt Luc Spaepen hem. Spaepen, een gewezen onderwijzer en jeugdtrainer, houdt zich al enkele jaren bij Anderlecht bezig met de taallessen voor de buitenlandse voetballers. “Net zoals bij Arnold Kruiswijk word je bij Hernán – en trouwens ook bij zijn vriendin Maria – gewaar dat ze in het gebruik van hun nieuwe taal zo vlug mogelijk zelf-redzaam willen zijn. Kruiswijk en Losada zijn geen sukkelaars. Ze willen zo weinig mogelijk bijstand, ze willen liever alles zélf regelen. Neem de gemeentelijke diensten van de plaats waar ze gaan wonen of om het even welke andere paperassen: ze handelen dat bij voorkeur zelf af. Je moet ze niet als een klein kind aan de hand houden en ze de pap in de mond geven.
“De Nederlander doet me trouwens onweerstaanbaar denken aan Hannu Thininen. Niet alleen als voetballer, maar ook naast het veld. Na drie maanden al kon de Fin op de vraag Comment ça va? antwoorden met een humoristisch couci couça. Met Kruiswijk gaat het dezelfde richting uit. Over Losada kan ik je nu al voorspellen dat hij over zes maanden in vlot Frans zal antwoorden op alle vragen. Aan motivatie ontbreekt het hem in geen geval.”
In het uitstalraam
Honger: dat woord lijkt Hernán Losada nog het meest te typeren. En nieuwsgierigheid, voegt teammanager José Garcia eraan toe. “Hij houdt niet op met het stellen van vragen over zijn nieuwe entourage. Hij wil dingen ontdekken. Vorig seizoen heeft hij zeker stiekem van de beker van België gedroomd. Helaas voor hem heeft Anderlecht anders beslist. Dit jaar heeft hij zijn ambities nog hoger gelegd. Hij zal het zelf niet met zoveel woorden zeggen, maar hij wordt onmiskenbaar vooruit gestuwd door het streven om de Belgische titel te pakken en de Champions League te spelen.”
Losada ontkent dat niet. “Natuurlijk vormt deelname aan de meeste prestigieuze Europese competitie een doelstelling op zich, al zal het niet gemakkelijk zijn om die deelname af te dwingen. Daarvoor moeten we eerst nog enkele serieuze obstakels uit de weg ruimen. Ik hoop dat we erin slagen. Het zou me veel bekendheid in Argentinië opleveren. De Europese Champions League haalt er evenveel de media als zijn Zuid-Amerikaanse variant, de Copa Libertadores. Dat is nu ook weer niet zo abnormaal: er lopen nogal wat Argentijnse voetballers rond in de Champions League. Sommigen zelfs bij absolute Europese topteams. De Champions League is voor Argentijnse voetballers in het buitenland de ideale manier om ook in het vaderland belangstelling te krijgen. Zo is het ook gebeurd met alle Argentijnse spelers die de kleuren van Anderlecht verdedigden. Intussen zat ik op het Kiel en raakte men in Argentinië mijn spoor bijster. Anderlecht is nu eenmaal een ander uitstalraam dan Germinal Beerschot. Ik wil me nu vlug mogelijk uit de vergetelheid werken. Ik heb mijn vader beloofd dat hij me op de Argentijnse televisie zal kunnen zien voetballen. Dat is een belofte die ik beslist niet wil breken.” S
door bruno govers