Zaterdag begint in Tokio het WK atletiek. Deze zeven blikvangers moet u in het oog houden.
Noah Lyles – 100 en 200 meter
Voor sommigen is de Amerikaan Noah Lyles (28) een godsgeschenk voor de atletiek. Met zijn uitbundige vieringen, danspasjes, gekleurde nagels, rapalbum en modeshows heeft hij alle allures van een vedette. Lyles wil de atletiek na de Usain Bolt-periode weer aantrekkelijk maken.
Critici vinden hem daarentegen een arrogante, zelfvoldane opschepper, zonder het natuurlijke charisma van Bolt. Toch heeft hij ook een bescheiden kant. Hij sprak openlijk over zijn astma en dyslexie als kind, en over depressies die hij te boven kwam met therapie en schilderen. En Lyles kan zijn bravoure staven met resultaten: drievoudig wereldkampioen op de 200 meter, regerend olympisch kampioen en wereldkampioen op de 100 meter. Op de Spelen in Parijs miste hij vorig jaar wel de historische dubbel toen hij voor de 200 meterfinale positief testte op corona. Hij moest genoegen nemen met brons.
Als Lyles verliest, is hij voor de critici toch vooral ‘die arrogante vent’.
Op het WK in Tokio mikt Lyles opnieuw op de dubbelslag. Daarmee kan hij de vierde man worden, na Carl Lewis, Maurice Greene en Usain Bolt, die zijn titel op de 100 meter succesvol verdedigt. Op de 200 meter kan hij Bolt evenaren met vier opeenvolgende gouden WK-medailles.
Zijn tegenstand is stevig. Op de 100 meter moet Lyles afrekenen met de Jamaicanen Oblique Seville en Kishane Thompson. Zij versloegen hem deze zomer meermaals dankzij hun snellere start. Thompson strandde op de Spelen in Parijs al op amper vijf duizendsten van Lyles en aast nu op zijn eerste wereldtitel. Op de 200 meter zijn olympisch kampioen Letsile Tebogo uit Botswana en landgenoot Kenneth Bednarek Lyles’ grootste rivalen.
Verovert de Amerikaan weer een of twee wereldtitels, dan schaart hij zich definitief bij de grootste sprinters ooit. Verliest hij, dan is hij voor de critici toch vooral een arrogante vent.
Finales: 100 meter – zondag 14 september, 15.20 uur / 200 meter – vrijdag 19 september, 15.06 uur.
Armand Duplantis – polsstokspringen
Wie erbij was op die warme zomeravond in het Stade de France in Parijs, zal het nooit vergeten: Armand Duplantis die olympisch kampioen werd met een wereldrecordsprong over 6,25 meter. Voor de Zweed was het de zoveelste in een lange reeks. Twintig dagen later sprong hij in Polen alweer een centimeter hoger. Dit jaar verbeterde hij nog drie keer het record, in Clermont-Ferrand, Stockholm en Boedapest. Het leverde hem telkens een bonus van enkele tienduizenden euro’s op. Niemand zou verbaasd zijn als Duplantis op het WK in Tokio de magische kaap van 6,30 meter rondt.
De cijfers van zijn heerschappij in het polsstokspringen zijn verbluffend. Hij won 39 wedstrijden op rij, bezit de 13 beste sprongen aller tijden en 18 van de beste 20. ‘Mondo’ overschreed al 118 keer de grens van zes meter, verspreid over 66 competities. Ter vergelijking: polsstokicoon Sergej Boebka sprong ‘slechts’ 46 keer over zes meter, in 29 wedstrijden.
Duplantis telt al 13 wereldrecords en zijn huidige record is 14 centimeter hoger dan de hoogste sprong van Boebka (6,15 meter). Het officiële aantal records van Boebka (35, waarvan 18 indoor en 17 outdoor) zal hij wellicht niet meer evenaren, omdat er nu geen onderscheid meer wordt gemaakt tussen indoor en outdoor.
Maar de nog altijd pas 25-jarige Duplantis heeft zijn limiet duidelijk nog niet bereikt. Hij is een van de meest dominante atleten over álle sporten en zal – behoudens een zware blessure – zijn prijzenkast, met twee wereldtitels outdoor en indoor en twee olympische gouden medailles, nog uitbreiden. Geen tegenstander komt voorlopig in zijn buurt.
Finale: maandag 15 september, 13.10 uur.
Faith Kipyegon – 1500 en 5000 meter
In een Breaking4-project van Nike wilde Faith Kipyegon (31) afgelopen juni als eerste vrouw ooit onder de vier minuten duiken op de mijl. Ze bleef steken op 4:06.42 – sneller dan haar eigen wereldrecord, maar door de speciale omstandigheden werd de tijd niet erkend.
Ondanks die mislukte poging blijft de Keniaanse de beste atlete ooit op de halve afstand. Ze won olympisch goud in 2016, 2021 en 2024, werd driemaal wereldkampioene en scherpte drie keer het wereldrecord aan, de laatste keer begin juli in Eugene. In Tokio verdedigt Kipyegon haar wereldtitels op de 1500 en 5000 meter. Realiseert ze opnieuw de dubbel, dan wordt ze de eerste vrouw die dat twee keer klaarspeelt. Met haar landgenote Beatrice Chebet heeft ze op de 5000 meter wel een te duchten tegenstandster.
Als kind liep de Keniaanse Kipyegon blootsvoets vijf kilometer naar school.
Het verhaal van Kipyegon begon in de Riftvallei, de wieg van Keniaanse kampioenen. Als kind liep ze blootsvoets vijf kilometer naar school. In 2018 werd ze moeder van een dochtertje, Alyn. Dat betekende geen eindpunt van haar carrière: ze keerde nog sterker terug en won in 2021 opnieuw olympisch goud. Haar dochter is sindsdien Kipyegons grootste inspiratie. Ze draagt een armband met Alyns naam en spreekt openlijk over hoe ze moederschap en topsport combineert.
Finales: 1500 meter – dinsdag 16 september, 15.05 uur / 5000 meter – zaterdag 20 september, 15.05 uur.
Sydney McLaughlin-Levrone – 400 meter
Toen Sydney McLaughlin-Levrone (26) vorig jaar in Parijs met een fabelachtig wereldrecord olympisch goud won op de 400 meter horden, had ze het gevoel dat ze alles bereikt had. Met twee olympische gouden medailles en een wereldtitel (2022) besloot ze over te schakelen naar de 400 meter vlak. Die afstand vraagt pure snelheid en uithoudingsvermogen. De Amerikaanse wilde zich meten met nieuwe tegenstanders én blessureleed vermijden. De zwaardere belasting bij de horden bezorgde haar immers hamstringproblemen.
Volgens haar coach Bobby Kersee heeft McLaughlin-Levrone het potentieel om het omstreden wereldrecord van Marita Koch (47.60 uit 1985) aan te vallen. Met een persoonlijk record van 48.74 (2023) is ze nu al de op één na snelste Amerikaanse ooit. Toch domineert ze daarmee niet zoals op de horden. In 2025 liepen Marileidy Paulino en Salwa Eid Naser (goud en zilver in Parijs) sneller. Wil de atlete uit New Jersey hen kloppen, dan moet ze haar record aanscherpen. Lukt dat, dan wordt McLaughlin-Levrone de eerste atleet ooit – man of vrouw – die wereldtitels wint op zowel de 400 meter vlak als de 400 meter horden.
Finale: donderdag 18 september, 15.24 uur.
Nafi Thiam – zevenkamp
Bijna een jaar lang nam Nafi Thiam (31) aan geen enkele wedstrijd deel. Intussen gaf ze ook geen interviews. En dus werd er gespeculeerd: is ze (zwaar) geblesseerd? Nee, ze had naar eigen zeggen meer fysieke en mentale rust nodig na een stressvol olympisch jaar. Begin augustus hervatte de Luikse de competitie. Geen volledige zevenkamp – die krachten spaart ze voor het WK – maar afzonderlijke proeven: twee keer verspringen, drie 100 meter horderaces, een hoogspring- en een speerwerpcompetitie. Persoonlijke records benaderde ze niet, maar de drievoudige olympische kampioene heeft die in het verleden al vaker gespaard voor de kampioenschappen.
Zonder blessure lijkt zilver wel zeker voor Thiam. Maar goud?
Toch begint Thiam niet als favoriete aan het WK. Dat is de Amerikaanse Anna Hall (24). Zij behaalde dit jaar in Götzis als vijfde atlete ooit meer dan 7000 punten op de zevenkamp: 7032, 19 punten meer dan het persoonlijke record dat Thiam in 2017 vestigde. En ruim 150 punten meer dan het puntenaantal dat de Belgische op de Spelen in Parijs totaliseerde. Als Hall weer de 7000-puntengrens benadert of overtreft, is de kans op een derde wereldtitel voor Thiam klein.
Maar als ze weer piekt zoals in Parijs, en de Amerikaanse iets minder presteert dan in Götzis, dan kan het een heel spannende strijd worden. Zonder blessure lijkt zilver wel al zeker voor Thiam. Door het forfait van de geblesseerde Noor Vidts (brons in Parijs) komt geen enkele andere zevenkampster in de buurt van Hall en Thiam. Voor het Belgische team wordt het vrijwel zeker de enige medaille in Tokio, tenzij de Belgian Tornados nog eens boven zichzelf uitstijgen.
Zevenkamp: vrijdag 19 en zaterdag 20 september, laatste proef (800 meter) om 14.06 uur.
Cooper Lutkenhaus – 800 meter
De atletiek heeft er een tienerfenomeen bij: Cooper Lutkenhaus. Op de Amerikaanse kampioenschappen in Eugene werd de zestienjarige Texaan tweede in 1:42.27, drie seconden sneller dan zijn persoonlijke record. Hij verpulverde zo ook het wereldrecord in de U18-categorie. Het was, over álle atletiekdisciplines, de strafste prestatie ooit van een zestienjarige. Op de wereldranglijst van 2025 staat hij zesde en op de alltimeranking achttiende.
Aanvankelijk wilde Lutkenhaus basketbal spelen, tot een coach zijn uitzonderlijk uithoudingsvermogen ontdekte. Op zijn veertiende brak hij schoolrecords en koos hij voor het lopen. Twee jaar later wordt hij de jongste Amerikaanse deelnemer ooit (16 jaar en 275 dagen) op een WK atletiek.
Zijn persoonlijkheid spreekt tot de verbeelding. Lutkenhaus draagt een hoofdband uit de Japanse mangaserie Naruto en vlogt zijn trainingen op YouTube. In Tokio mikt hij openlijk op een podiumplaats. Een WK-medaille op zijn zestiende zou een primeur zijn in de mannenatletiek. Zelfs met een finaleplaats zou Lutkenhaus geschiedenis schrijven als jongste man ooit. Zijn potentieel is groot, want hij traint nog relatief weinig. Nike bood hem intussen een profcontract aan. Maar medaille of niet: na het WK blijft hij gewoon bij zijn ouders wonen en les volgen aan de Northwest High School in Justin, Texas.
Finale: zaterdag 20 september, 14.50 uur.
Yaroslava Mahuchikh – hoogspringen
In tijden van oorlog is Yaroslava Mahuchikh (23) samen met bokser Oleksandr Usyk hét uithangbord van de Oekraïense sport. De hoogspringster is regerend Europees, wereld- én olympisch kampioene. Vorig jaar sprong ze op een meeting in Parijs naar een wereldrecord (2,10 meter), dat 37 jaar op naam stond van Stefka Kostadinova.
Mahuchikh traint soms in Heusden-Zolder.
Sinds de Russische invasie in haar geboortestad Dnipro groeide Mahuchikh uit tot een symbool van veerkracht. Beelden van haar trainingen in ondergrondse parkeergarages gingen de wereld rond. ‘Elke sprong was een protest’, zei de Oekraïense later. Ze zet zich in voor vluchtelingen, doneert prijzengeld aan humanitaire projecten, bezoekt gewonde soldaten en haalde via benefietacties geld op voor de heropbouw van een school. Ze traint soms in Heusden-Zolder en heeft dus ook een Belgische link.
Naast de piste is Mahuchikh creatief: ze schildert en draagt vaak kleding met zonnebloemen, als eerbetoon aan Oekraïne. Bij haar record in Parijs 2024 droeg ze een shirt met bloemenmotief.
Op de piste valt haar kalmte op. Met 55 kilo bij 1,80 meter combineert ze souplesse met een gewichtloze afzet. In Tokio wil ze haar tweede wereldtitel outdoor veroveren. Niet vanzelfsprekend, want haar Australische rivale Nicola Olyslagers voert dit jaar de wereldranglijst aan met 2,04 meter. Hun duel belooft een van de spannendste van het WK te worden.
Finale: zondag 21 september, 12.30 uur.