Hoe krijg je een middelmatige ploeg naar de top van het klassement? Trainer Bob Peeters legt uit.
Tijdens de drie vorige seizoenen eindigde Cercle telkens als negende. Kan dat beter dit seizoen?
Bob Peeters: “Wat zeker in ons voordeel speelt, is dat Genk, Standard, Club Brugge en Anderlecht Europees spelen. Het zal makkelijker zijn voor de kleine ploegen om hen punten te ontfutselen.”
Vorig seizoen won je tegen Anderlecht en Club Brugge, dit seizoen al tegen AA Gent en RC Genk!
“Wij zijn altijd beter tegen teams die willen voetballen. Als we tegen een ploeg spelen die tien man achter de bal houdt, dan komen we in de problemen.”
Wat is de visie van Bob Peeters?
“Altijd en overal voetballen, wie ook de tegenstander is. Ik wil dat mijn ploeg dominant is, dat ze zo vaak mogelijk de bal heeft en dat ze altijd naar voren denkt. Tegen teams die alles dichtgooien, weten we wat te doen: hen afmatten.”
Vandaar je obsessie voor de 4-3-3?
“Een 4-3-3 is volgens mij het beste systeem om dominant te spelen. Als je een viermansverdediging in de problemen wilt brengen, heb je drie zeer aanvallende spelers nodig. En daarbovenop nog een of twee middenvelders die komen helpen, misschien zelfs nog een back. Dan heb je tot zes spelers voor de bal. In een 4-4-2 is dat moeilijker. 4-3-3 is ook een systeem dat toelaat om de bal te laten rondgaan in een opeenvolging van driehoekjes, van de verdediging tot de aanval.”
Je naam werd genoemd bij RC Genk toen Vercauteren er vertrok. Tegelijkertijd verlengde je je contract bij Cercle Brugge. Was het een het gevolg van het andere?
“Helemaal niet. Die onderhandelingen over een contractverlenging waren al een tijdje bezig. En per slot van rekening ben ik nog maar 37 jaar. Je ziet wat er met Hein Van-haezebrouck en Glen De Boeck gebeurd is. Er werd hen een grote carrière voorspeld na hun verwezenlijkingen bij KV Kortrijk en Cercle Brugge. Maar bij Genk en Beerschot is dat anders uitgedraaid. Als je in dit beroep een verkeerde keuze maakt, kan het ineens gedaan zijn met je. Ik wil hier nog minstens twee jaar blijven. Daarna zal ik een betere trainer zijn. En dan zien we wel.”
De mensen zien je vaak nog als grappenmaker. Klopt dat beeld?
“Nee, maar ik heb genoeg tijd doorgebracht in het buitenland om te beseffen dat voetbal in de eerste plaats plezier en enthousiasme is. Je moet kunnen lachen: op de juiste momenten, over de juiste onderwerpen en met de juiste mensen. Als het weer serieus moet worden, kan ik dat ook, hoor. Ik kan zelfs irritant zijn, in die mate dat de mensen die met me werken alle redenen hebben om me een klootzak te vinden. Dat hoort bij de job. Soms moet ik mensen ontgoochelen. Als ik een beslissing moet nemen, kijk ik niet naar de naam van de speler, zijn carrière of zijn leeftijd. Als ik iets onaangenaams moet zeggen, sorry, dan doe ik dat ook. En soms geeft dat vonken, ja. Maar ik geef mijn spelers ook veel mee. En als ze door het vuur gaan voor me, aanvaard ik dat ze fouten maken.”
DOOR PIERRE DANVOYE
“Een 4-3-3 is het beste systeem om dominant te spelen.”
