Op het EK judo in Boedapest is Charline Van Snick – brons op de Spelen in Londen – Belgiës grootste medaillehoop.
Het EK start op 25 april. Sport/Voetbalmagazine had vlak voor de afreis naar Hongarije nog een kort gesprek met Charline Van Snick.
S/VM: Zou je op het EK in Boedapest tevreden zijn met hetzelfde resultaat als vorig jaar op het EK in Rusland, toen je zilver behaalde?
Van Snick: “Neen, absoluut niet, dat zou betekenen dat ik verloren heb. Het is voor mij vooral belangrijk de wil om te winnen aan de dag te leggen. Het is een doel om elke wedstrijd winnend af te sluiten en de beste te zijn in mijn categorie. Ik ga naar Boedapest om een gouden medaille te behalen, met minder ben ik niet tevreden.”
S/VM: Hoe is de voorbereiding op het EK verlopen?
“Uitstekend. Samen met het Belgische team hebben we stages gedaan in Tsjechië, Frankrijk en België. We hebben een paar goede trainingsweken achter de rug en zijn er honderd procent klaar voor.”
S/VM: Zorgt het wegvallen van Ilse Heylen (door hamstringblessure) voor meer druk op jouw schouders?
“Zo voel ik dat niet aan. Het is jammer dat Ilse niet kan meedoen, maar ik ben niet de enige kandidate voor een medaille. Er zijn verschillende landgenoten die kans maken in hun categorie. Zo is er ook Amélie Rosseneu, nummer twaalf op de wereldranglijst en categoriegenoot (-48 kg), Joachim Bottieau (-81 kg, behaalde vorig jaar brons op EK in Rusland, nvdr) en Dirk Van Tichelt (-73 kg), ondanks de bacteriële infectie die hij deze week opliep door een snijwonde aan de voet.”
S/VM: Over drie jaar zijn het de Olympische Spelen in Brazilië. Denk je daar nu al aan?
“Neen, helemaal niet. Mijn focus ligt volledig op het komende EK, de Masters volgende maand in Bremen en het WK eind augustus in Rio de Janeiro. Het is een druk jaar en de Spelen zijn nog veraf. Laat me maar eerst goed presteren de komende weken”. (ML)