
Burgemeester Maaseik: ‘Waar ik ook kom in Europa, overal kennen ze onze volleyclub’
Bij de start van een nieuw volleybalseizoen trok Sport/Voetbalmagazine naar Maaseik. Onder meer uittredend burgemeester Jan Creemers benadrukt de ambassadeursrol van de regerende landskampioen.
NO-LI-KO! NO-LI-KO! 33 jaar lang werd het gescandeerd bij elke wedstrijd van de succesvolste club in de Belgische volleybalgeschiedenis. 15 landstitels, 14 nationale bekers en 6 medailles in Europese bekercompetities later zal het voor de supporters wennen worden nu Noliko Maaseik door het leven gaat als Greenyard Maaseik.
‘Het zal sowieso een aanpassing zijn’, zegt Jos Frenssen, die zijn geliefde volleybalclub al sinds het ontstaan in 1960 volgt en op zijn 73e nog altijd trouw op post is bij elke thuiswedstrijd. ‘Het zou best kunnen dat we nog eens Noliko roepen, maar het belangrijkste is dat de club voldoende geld bij elkaar krijgt om de zaak in leven te houden, want Maaseik zonder volleybal, dat kunnen we ons hier niet voorstellen.’
Bekend in heel Europa
‘Als we graag blijven zeggen dat Greenyard Maaseik onze topambassadeur is, dan moet het nieuwe beleid daar absoluut meer aandacht aan besteden.’
Jan Creemers, burgemeester Maaseik (CD&V)
Maaseik en volleybal, ze zijn met elkaar verweven geraakt als draden in een bol wol. ‘Op sportgebied hebben wij in onze stad twee, zeg maar wereldbefaamde, zaken gekend’, vertelt afscheidnemend burgemeester Jan Creemers (CD&V).
‘Jarenlang was er de motorcross in Neeroeteren met als uithangbord tienvoudig wereldkampioen Stefan Everts. Dat is jammer genoeg tot een einde gekomen omdat het crosscircuit in een natuurgebied lag dat in zijn oorspronkelijke staat hersteld moest worden. Daarnaast is er de verbondenheid van de stad met het volleybal. Gestart in het College Heilig Kruis is de club uitgegroeid tot de belangrijkste ambassadeur van Maaseik. Waar ik ook kom in Europa, kennen de mensen Noliko Maaseik. Voor de stad heeft dat promotioneel een grote meerwaarde.’
Volgens René Corstjens, lid van de raad van beheer en voormalig algemeen manager van Greenyard Maaseik, maakt de stad daar nog te weinig gebruik van. ‘Geopress, een bedrijf dat media-analyses uitvoert, heeft vorig jaar in opdracht van de volleyballiga berekend dat de naam Noliko Maaseik 2,4 miljoen euro waard is. De stad zou daar veel meer op kunnen inspelen. Als je de toeristische dienst binnenstapt, dan vind je er de wijn van Aldeneyck, maar niets over het volleybal. Ooit heb ik er zelf een informatiebrochure naartoe gebracht, maar toen ze verhuisden, hebben ze die niet eens meegenomen. Er komt stilaan wat bewustzijn bij de politici en bij de ambtenaren dat we allemaal samen de kernwaarden van Maaseik naar voor moeten brengen, maar het blijft te beperkt. Wat dat betreft, zijn we duidelijk geen sant in eigen land.’
Een ijsje op de Markt
Jan Creemers erkent: ‘Misschien maken wij als stad niet optimaal gebruik van het samenwerkingsverband. Als we graag blijven zeggen dat Greenyard Maaseik onze topambassadeur is, dan moet het nieuwe beleid daar absoluut meer aandacht aan besteden.’ Want, zo geeft René Corstjens aan, ‘het macro-economisch effect van een club met een budget van 1,9 miljoen euro mag je niet onderschatten: wij huren een twaalftal appartementen in Maaseik, wij hebben zeventien mensen in dienst, bij sportkampen die wij organiseren, overnachten hier drie- à vierhonderd kinderen, die allemaal wel een ijsje willen eten op de Markt.’
Creemers benadrukt toch vooral de volgens hem ‘goede band’ met de club. ‘We hebben een stuk geschiedenis samen afgelegd, met de bouw van de Steengoed Arena. Er gingen heel wat discussies en onderhandelingen aan vooraf – wie gaat het bouwen, wie gaat het bekostigen? – maar uiteindelijk is daar een geslaagde PPS (Publiek-Private Samenwerking, nvdr) uit ontstaan, met de renovatie van onze eigen sporthal, een zwembadencomplex en de bouw van de Arena.’
Lees de volledige reportage over Greenyard Maaseik in onze Plus-zone of in Sport/Voetbalmagazine van woensdag 3 oktober.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier