De NLF is een miljardenbusiness, waarin zowel de fysieke begeleiding van spelers als hun capaciteiten mee zijn geëvolueerd.
Vanaf 4 september is sportminnend Amerika weer in de ban van de NFL, de Americanfootballcompetitie. Die overtreft in de VS ruimschoots andere competities zoals de NBA (basketbal), MLB (honkbal), NHL (ijshockey) en MLS (voetbal) in populariteit, aandacht en financiën. Het is een miljardenbusiness, waarin zowel de fysieke begeleiding van spelers als hun capaciteiten mee zijn geëvolueerd.
Dat is duidelijk zichtbaar in de NFL Scouting Combine. In dat jaarlijkse evenement worden honderden universiteitsspelers getest in de aanloop naar de NFL Draft in april, waar footballteams nieuw talent kunnen contracteren. De ploegen die het laagst staan, mogen eerst kiezen.
Uit data van de voorbije vijftien jaar blijkt dat spelers fysiek sterker zijn dan ooit. Neem nu de offensive linemen, de kolossale spelers die de quarterback, de ‘spelverdeler’, beschermen en ruimte creëren voor aanvallende acties. In 2025 zijn deze spelers gemiddeld meer dan 1,85 meter groot, wegen ze zo’n 143 kilogram en halen ze snelheden van bijna 27 kilometer per uur in de 40-yard dash (36,6 meter). Ze springen ruim 76 centimeter hoog en 2,7 meter ver. De kracht die ze genereren is vergelijkbaar met een bowlingbal die van een gebouw van tien verdiepingen valt.
Die fysieke vooruitgang is geen toeval. De topuniversiteiten in de VS investeren astronomische bedragen in hun sportprogramma’s. De uitgaven voor trainingsfaciliteiten, sportscholen en prestatietechnologie zijn sinds 2010 verdrievoudigd, met een totaal van 2,2 miljard euro alleen al in het afgelopen jaar. Een voorbeeld is de universiteit van Georgia, die een complex van 68 miljoen euro opende.
Deze faciliteiten zijn state-of-the-art. Moderne sportscholen hebben systemen zoals Perch, een cameragestuurd platform dat niet alleen registreert hoeveel gewicht een atleet tilt, maar ook hoe snel en krachtig hij beweegt. Zulke systemen worden gebruikt in meer dan de helft van de NFL-trainingszalen en topuniversiteiten.
De dagen van zeulen met gewichten en willekeurige sprintoefeningen zijn voorbij. Spelers worden tot het uiterste gedreven, ondersteund door wetenschap en technologie. Dat is cruciaal, want in het American football kan een fractie van een seconde of enkele centimeters het verschil maken tussen een touchdown of niet. Dat levert heel veel geld op, en dus zijn de investeringen navenant.
