Jacques Sys, hoofdredacteur van Sport/Voetbalmagazine, ziet dat het geloof in de Rode Duivels weg is, maar dat de schuld niet volledig bij de bondscoach ligt.
De pijnlijke realiteit na de uitschakeling van de Rode Duivels in de halve finale van de Nations League tegen Frankrijk is dat deze ploeg gewoon niet goed genoeg is voor het allerhoogste niveau. België mag dan al drie jaar de nummer één te zijn op de FIFA-ranking en die positie voorlopig ook behouden, dit geeft alleen maar een vertekend beeld omdat dat klassement mee wordt bepaald door overwinningen tegen landen van een minder niveau.
Dat deze zo bejubelde gouden generatie zonder prijs dreigde te blijven, bleek al op het EK waarin de Rode Duivels zelden bekoorden en uiteindelijk over een veel sterker Italië struikelden. Toen werden blessures als verzachtende omstandigheden ingeroepen. Nu, tegen Frankrijk, heette het dat sommige topspelers niet in vorm waren. Zo is het altijd iets.
Nochtans speelden de Rode Duivels vooral in het laatste kwartier van de eerste helft uitstekend tegen Frankrijk. Tijdens de rust, bij een 2-0-voorspong, vroegen sommigen zich vanaf de zijlijn zelfs af of het niet 5-0 zou worden. Dat het veel te maken had met de lusteloosheid van de Fransen, dat werd kennelijk over het hoofd gezien.
Na de rust spatte de klasse van de Franse ploeg nog maar eens boven. De wereldkampioen stelde teleur op het EK omdat er dan met een misplaatste arrogantie werd gevoetbald, individueel en niet als team. En omdat de ploeg, met zoveel aanvallende weelde, zich liet verstikken in de netten van de voorzichtigheid. Nu was dat in de tweede helft tegen België anders. En dan, als de druk hoog is, zie je de beperkingen van deze ploeg en blijkt zelfs een anders zo balvaste speler als Axel Witsel, door Roberto Martínez zijn belangrijkste pion genoemd, niet langer een haard van zekerheid.
Het failliet op de Nations League nu in de schoenen schuiven van de bondscoach zou al te gemakkelijk zijn. Ook al is de Spanjaard tijdens een wedstrijd niet de kampioen van de tactische ingrepen, een speler van het kaliber Kylian Mbappé valt, als hij in vorm is, door geen enkele trainer af te stoppen. De Rode Duivels keken er machteloos naar. Geen moment ook straalden ze na de rust het geloof uit dat deze wedstrijd met succes kon uitgespeeld worden. De voormalige Italiaanse bondscoach Arrigo Sacchi zei jaren geleden al dat bij de Rode Duivels cultuur van het winnen ontbreekt. Er blijkt op dat vlak weinig veranderd te zijn.
Roberto Martínez zei na de Nations League dat het nu maar in Qatar moet gebeuren. Dat soort uitspraken zou hij best achterwege laten, want er zijn er slechts weinigen die dat nog geloven. Het komt er nu echt op aan om te verjongen en bijvoorbeeld de hiaten in het centrum van de verdediging op te lossen. Maar is er daarvoor voldoende kwaliteit? Hebben al die voetballers die staan te trappelen het niveau om internationaal overeind te blijven? Op grond van wat wordt Zinho Vanheusden nu zo de hemel ingeprezen? En Alexis Saelemaekers? Kan Hans Vanaken ook over een langere periode een meerwaarde zijn op het middenveld? Wordt er nu al niet te veel verwacht van Charles De Ketelaere, zijn sterke invalbeurt tegen Italië ten spijt?
Duidelijk is dat het tijd is voor nieuwe namen. Van deze gouden generatie hebben we intussen het beste gezien. De echte vedetten Thibaut Courtois, Kevin De Bruyne, Romelu Lukaku en een fitte Eden Hazard, buiten beschouwing gelaten. Zij zullen in Qatar nog niet te oud zijn. Maar ze moeten wel omringd worden door nieuw bloed. En van die spelers moet je nog altijd afwachten of ze dezelfde klasse hebben als de lichting die langzamerhand van het podium zal verdwijnen. Wat dat betreft wordt er echt een stap in het onbekende gezet.