Matthias Stockmans
Matthias Stockmans Redacteur van Sport/Voetbalmagazine en Knack Focus.

De Afrikaanse goochelaars van Beveren worden aangevoerd door een jonge Belg. ‘Zo’n 7-1 tegen Anderlecht,’ lacht Davy Theunis (23), ‘daar ben ik twee dagen niet goed van, maar onze Ivorianen zijn dat al na één avond vergeten.’

Training op de Beverse Freethiel is een feest. Daags voor een wedstrijd staat een partijtje tennisvoetbal geprogrammeerd. De Belgen vormen samen een team en de (tien !) Afrikanen splitsen zich in drie groepjes. Om beurten bekampen ze elkaar. Hysterisch gekrijs, Franse scheldtirades en meppen op elkaars hoofd dat het een lust is. Het lint dat dienst doet als net, nodigt Zezeto en zijn elastische kompanen veeleer uit tot het uitvoeren van een dubbele voorwaartse flikflak dan dat het onderdeel is van het spelletje. Beveren bruist !

“Qua sfeer zit het hier inderdaad wel goed”, beaamt Davy Theunis, die meteen ook relativeert, want : “Ik besef dat we met resultaten zoals die van vorig seizoen, ook nu weer groepjesvorming zouden kennen. Toch moet ik toegeven dat er, los van de behoorlijke prestaties – dit moet zowat de enige keer in vijf jaar zijn dat ik hier in Beveren zonder schrik voor degradatie kan voetballen -, meer een groepsmentaliteit heerst dan vorig seizoen. Toen kropen de Afrikanen in één hoekje en de Belgen in een ander. Voor het seizoen ben ik samen met Dirk ( Van Oekelen, nvdr), Yapi ( Yapo, nvdr) en Yaya ( Touré, nvdr) aan tafel gaan zitten. Vooral Yapi, de onderaanvoerder van de ploeg, is een belangrijke pion in de communicatie naar de zwartjes toe. Geregeld organiseren we een etentje met de ploeg of we blijven gemakkelijker wat hangen. Dan is het plezant om te zien hoe bijvoorbeeld onze Ierse doelman Graham Stack dolt met die Afrikaantjes, terwijl ze mekaar niet eens verstaan ( lacht), want Stackie spreekt Engels en de Ivorianen Frans. Het helpt ook dat we ons geen zorgen meer hoeven te maken over het financiële aspect. Elke maand worden we netjes betaald. En ik zeg altijd : als het in het kopke goed zit, zit het ook in de benen goed.”

Davy Theunis is samen met Steven Wostijn de enige Belg die een basisplaats mag claimen in het multiculturele Beveren van Jean-Marc Guillou.Herman voelt heel goed aan welke aanpak iedere nationaliteit of cultuur vereist”, benadrukt de speler het aandeel van trainer Herman Helleputte in het bescheiden succes van de ploeg. “Je weet dat de Afrikanen wat losser zijn, maar over het algemeen weten ze wel hoe ver ze kunnen gaan. En anders zijn de trainer en ik er om hen tot de orde te roepen. Iedereen doet wat water bij de wijn. De trainer benut de technische bagage van deze ploeg ook optimaal. Onze manier van voetballen nu – technisch verzorgd, aanvallend en over de grond – is voor de hele ploeg veel aangenamer. Er spreekt amusement uit ons spel. Ook voor mij, ja : hoewel ik te boek sta als een vechter op het middenveld, kan ik op technisch gebied zeker mijn mannetje staan. Een groot contrast met drie jaar geleden, toen we de bal altijd maar naar voor keilden.”

En toegegeven, Beveren serveert dit seizoen bijwijlen swingend voetbal, maar niet zonder af en toe toch ook een blauwtje op te lopen : 7-1 tegen Anderlecht en twee weken later 2-7 tegen Brugge. “Dat hoort erbij,” vindt Theunis, “al krijg je er wel even een mentale tik van. Van die nederlaag tegen Anderlecht ben ik twee dagen niet goed geweest. Dan merk je het cultuurverschil met de Ivorianen nog het meest : zij zijn die cijfers al na één avond vergeten.

“Ons probleem is dat we in die topwedstrijden te weinig vanuit de organisatie voetballen. Als verdedigende middenvelder ervaar je dat het sterkst, zoals tegen Brugge, de meest indrukwekkende ploeg waartegen we speelden, zij blijven de bal zò rustig rondtikken… ( Wordt even stil) Je loop je als middenvelder gewoon gék. Maar er zit progressie in. Beetje bij beetje zijn de Ivorianen tactisch aan het evolueren. Het ééntijdsvoetbal komt er meer uit en de posities worden beter overgenomen.”

Die evolutie, ook op het vlak van de integratie, hebben de nieuwkomers in grote mate te danken aan Davy Theunis, volgens Graham Stack de eerste die je verwelkomt en je meteen thuis doet voelen in de club. “Ik ben sowieso een open jongen die met iedereen contact zoekt. Als ik zie dat één van onze Ivorianen met problemen rondloopt, spreek ik hem aan. Zoals met de burgeroorlog in Ivoorkust, je ziet aan die jongens dat ze het daar moeilijk mee hebben. Het is belangrijk dat ze voelen dat wij Belgen geïnteresseerd zijn in hen. Ik zal altijd een Belg blijven, maar ik respecteer hen. Bovendien zorgen de cultuurverschillen voor sfeer. Er is zelfs een periode geweest dat ze op zondagmorgen in hun Afrikaanse gewaden op de training verschenen. Ja, hállo ! ( lacht)”

Gilles Yapi Yapo, Venance Zezeto, Arsène Né, Yaya Touré, Constant Kipre Kaiper, Arthur Boka, om er maar enkelen te noemen, zijn stuk voor stuk pronkstukken van ASEC Abidjan, de Ivoriaanse voetbalschool van Jean-Marc Guillou, tevens technisch directeur en aandeelhouder van Beveren. Daardoor wordt wel eens uit het oog verloren dat ook Beveren over een degelijke jeugdwerking beschikt. Davy Theunis, bijvoorbeeld, voetbalt al sinds zijn twaalfde op de Freethiel. “En met Kristof Imschoot, David Van Hoyweghen, Bjorn Daelemans, Jimmy Smet, Philippe Deckers en David Meul bewezen we dat er in de Beverse jeugd zeker talent rondloopt”, vult hij zelf het lijstje aan. “Ik herinner me nog dat ik als vijftienjarige op een internationaal toernooi mee mocht doen tegen Borussia Dortmund. Daar leer je enorm veel van. Daarom vind ik het spijtig dat door de import van Ivorianen de eigen jeugd achtergesteld raakt. Als je weet hoeveel Belgische voetballers geen club kunnen vinden… In de jeugd speelt ongeveer elke ploeg volgens hetzelfde concept, maar door de constante aanvoer van Afrikanen is de link met de eerste ploeg helemaal zoek geraakt.”

Het contract van Davy Theunis bij Beveren loopt dit seizoen af. AA Gent was er als de kippen bij om de nog altijd maar 23-jarige aanvoerder voor drie seizoenen vast te leggen. “Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik hogerop wou, eens niet tegen de degradatie wilde vechten. Gent is een ploeg die vrijwel elk jaar in de topzes speelt. Garanties dat je speelt krijg je niet, maar wie niet met concurrentie om kan, moet niet voor die stap kiezen. Ik spiegel mij aan Wim De Decker. Bij zijn overgang van Beveren naar Gent zei iedereen : hij gaat daar niet aan spelen toe komen. Maar zie, De Decker speelt wél. Dat sterkt mij.”

Een prille twintiger is hij, maar toch al aanvoerder, niet alleen op het veld, ook ernaast. In het warme nest dat thuis heet, voert hij een gezinnetje aan. “Goh, ik sta daar eigenlijk niet bij stil. Ik ben vader van een dochter, Femke, anderhalf jaar, en in mei stap ik in het huwelijksbootje met mijn verloofde. We voelden allebei dat we klaar waren voor een baby. Ik wou niet te lang wachten, want ik wil nog iets kunnen doen met mijn kinderen later. Stel dat het een jongetje was geweest, dan kon ik als veertiger nog met hem voetballen. Bovendien zorgt een gezin ervoor dat je niet de hele dag met voetbal bezig bent. Als ik nu thuiskom, gaat mijn aandacht naar mijn dochter, dan telt het voetbal even niet. Hoe dan ook ben ik nooit het type geweest dat elk weekend in de discotheek hing. Verantwoordelijkheidszin, dat heb je of dat heb je niet. Ik heb het.”

door Matthias Stockmans

‘Als ik thuiskom, gaat mijn aandacht naar mijn dochter, dan telt het voetbal even niet.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content