Maandag lichtte de hemel boven Tokio op toen Armand ‘Mondo’ Duplantis (25) over 6,30 meter ging en voor de veertiende keer een nieuw wereldrecord in het polsstokspringen vestigde. Een recordsprong én een fysiek fenomeen, samengevat in 10 straffe cijfers.
29
Zoveel cent kreeg je als je bij Amerikaanse gokkantoren 10 dollar inzette op een wereldtitel voor Mondo Duplantis – cént dus, geen dollar. Het was dus niet de vraag of de Zweed het goud zou veroveren, maar of hij een wereldrecord zou springen. Wat hij ook effectief deed.
37,82
De maximale snelheid, in kilometer per uur, die Duplantis – met een polsstok in beide handen – haalde in zijn 45 meter lange aanloop van 20 stappen naar de lat. Dat is ongekend hoog. De meeste van zijn concurrenten raken ‘slechts’ aan 35 kilometer per uur.
Ter vergelijking: in het verspringen (zónder stok) halen de toppers snelheden van 37 tot ruim 41 kilometer per uur.
5,20
De lengte, in meter, van Duplantis’ polsstok (langer en zwaarder dan de stok van veel concurrenten), die hij met zijn 1,81 meter lange lijf en dankzij zijn snelheid en ongeëvenaarde proprioceptie (waarnemingsvermogen van zijn lichaam) als hefboom gebruikt om zo hoog richting hemel te jumpen.
6,77
Met zoveel centimeter overschreed Duplantis in Tokio de lat met zijn heup. Al zegt dat niet alles: je kan ook zeer hoog springen, maar niet ver genoeg (zoals bij zijn eerste twee recordpogingen).
Bij de derde sprong, met een kleine aanpassing van zijn aanloop, klopte alles wel perfect.
14
Voor de zoveelste keer vestigde Duplantis een wereldrecord, sinds hij op 8 februari 2020 over 6,17 meter sprong en de 6,16 meter van de Fransman Renaud Lavillenie scherper stelde.
Sergej Boebka evenaren, qua aantal wereldrecords, wordt moeilijk: die zette er 35 neer (17 outdoor en 18 indoor), in een tijd dat er nog een onderscheid werd gemaakt tussen springen in de buitenlucht en in zaal. Dat onderscheid is sinds 2000 weggevallen.
Boebka deed er 10 jaar over (1984 tot 1994) om van 5,85 meter naar 6,14 meter te gaan, goed voor een verbetering van 29 centimeter. Waar de 25-jarige Duplantis uiteindelijk zal eindigen (ruim boven de 6,30 meter?) weet hij allicht zelf nog niet.
122
Zoveel keer heeft Duplantis al over de magische grens van 6 meter gesprongen, verspreid over 67 competities. Dat is ook een record: liefst 76 keer meer dan Sergej Boebka (46 maal over 6 meter, in 29 wedstrijden).
In Tokio werd de Zweed ook de eerste polsstokspringer ooit die in hetzelfde kampioenschap vier keer over 6 meter ging (over 6 meter, 6,10 meter, 6,15 meter en na drie pogingen over 6,30 meter). Op de Spelen in Parijs deed hij dat drie keer. Ook dat was een record.
Ter vergelijking: de tweede in Tokio, Emmanouil Karalis, sprong over 6 meter. Een verschil van 30 centimeter met Duplantis, of 5 centimeter meer dan het verschil tussen de tweede, Karalis, en de nummer tien op het WK (5,75 meter).
100.000
Zoveel dollar (of zo’n 85.000 euro) strijkt Duplantis op met zijn sprong van 6,30 meter. Een premie, naast 70.000 dollar (59.500 euro) voor zijn wereldtitel, die World Athletics uitreikt voor elk nieuw wereldrecord op het WK in Tokio.
Dat bedrag zou hetzelfde gebleven zijn als ‘Mondo’ daarna nog een record zou hebben gesprongen, door bijvoorbeeld de lat op 6,31 meter te laten leggen. Dat doet hij nooit, want dan kan hij telkens cashen bij elk nieuw record. Precies zoals Sergej Boebka dat indertijd deed.

2019
Het jaar waarin Duplantis voor het laatst een groot internationaal kampioenschap (het WK in Doha) verloor, toen hij pas 19 jaar was. Sindsdien behaalde hij goud op de Olympische Spelen van 2021 en 2024, de EK’s van 2022 en 2024 (hij veroverde ook al de Europese titel in 2018), en de WK’s van 2022, 2023 en 2025.
Qua olympische titels heeft hij Sergej Boebka al overtroffen, maar qua wereldtitels (zes op een rij voor de Oekraïner), heeft Duplantis wel nog wat werk voor de boeg.
Vorig jaar werd hij al pas de tweede atleet ooit die zijn olympische titel verlengde in het polsstokspringen bij de mannen: Bob Richards deed het eerder in 1952 en 1956.
40
Zoveel wedstrijden op rij heeft de Zweed gewonnen. Zijn laatste nederlaag dateert van 21 juli 2023, in Monaco. Toen moest Duplantis tevreden zijn met een vierde plaats en een sprong over ‘slechts’ 5,72 meter.
In een fysiek en technisch bijzonder moeilijke discipline, waar de minste fout wordt afgestraft, is dat een zeer straffe reeks. Ook omdat hij élke keer mentaal scherp moet blijven.
4,63
Zoveel meter hoger springt Duplantis in vergelijking met 19 jaar geleden, toen hij op zijn zesde al over 1,67 meter sprong.
Zijn evolutie per levensjaar:
6: 1,67 meter
7: 2,33 meter
8: 2,89 meter
9: 3,20 meter
10: 3,86 meter
11: 3,91 meter
12: 3,97 meter
13: 4,15 meter
14: 4,75 meter
15: 5,30 meter
16: 5,51 meter
17: 5,90 meter
18: 6,05 meter
19: 6,00 meter
20: 6,18 meter
21: 6,10 meter
22: 6,21 meter
23: 6,23 meter
24: 6,25 meter
25: 6,30 meter
 
		 
    
     
		 
		 
		 
		