Met een knipoog naar de misdaadserie CSI noemde forensisch wetenschapper Sofie Claerhout haar doctoraatsonderzoek aan de KU Leuven CSY, ‘Crime Scene-onderzoek via het Y-DNA’. Haar werk kan leiden tot een doorbraak in heel wat cold cases of onopgeloste moordzaken.
Kennis kent geen einde: 600 jaar Wonderzoek
KU Leuven viert 600 jaar en Knack feest mee: een heel jaar lang vind je regelmatig op knack.be een artikel over een thema waarrond onderzoekers van KU Leuven sterk wetenschappelijk werk leverden.
‘Nieuwe inzichten in Y-chromosomale variatie voor forensisch DNA-verwantschapsonderzoek/New insights on human Y-chromosomal variantion for forensic familial searching’ of vrij vertaald: hoe kan je vastgelopen moordzaken toch nog opgelost krijgen via DNA-onderzoek? Dat was het doctoraatsonderzoek van Sofie Claerhout. Ze was altijd al geïnteresseerd in genetica en stambomen en de mogelijkheden die ze bieden in forensisch onderzoek.
Van vader op zoon
DNA-verwantschapsonderzoek was lang bij wet verboden in België, maar daar is – dankzij het onderzoek van Claerhout – ondertussen verandering gekomen. Voor haar onderzoek vertrok Claerhout, de eerste doctor in de Forensische Genetica in België, van het gegeven dat vaders het Y-chromosoom bijna onveranderd doorgeven aan hun zoon, generatie op generatie. Je zou het kunnen beschouwen als een soort genetische handtekening, zegt Claerhout: ‘Vroeger dachten experten dat er weinig te zien viel aan het mannelijk Y-chromosoom. Het werd zelfs the genetic wasteland genoemd. Ondertussen is meer dan duidelijk dat het kleine stukje DNA bijzonder nuttig kan zijn in het heropenen van vastgelopen moordzaken. Ik doopte het Y-chromosoom zelfs om tot dé sleutel tot succes.’
Who did it?
Wat als je bij bewijsmateriaal van een misdaad mannelijk DNA aantreft? Hoe kan je dan de dader vinden wanneer hij zelf niet tevoorschijn komt? Met haar forensisch genetische onderzoeksgroep aan de KU Leuven (CSY-Leuven.be) ontwikkelde Claerhout technieken die de analyse van het Y-chromosoom uit DNA-stalen verbeteren en versnellen. ‘Omdat het Y-DNA bijna onveranderd wordt doorgegeven van vader op zoon kunnen we relatief eenvoudig op zoek gaan naar dichte en verre familieleden van de onbekende dader.’
In haar CSY-onderzoek ontwikkelde Claerhout drie hulpmiddelen om zo snel mogelijk de dader te kunnen identificeren. De eerste is ‘CSYseq’, waarmee je het Y-DNA van honderden mannen tegelijk kunt uitlezen, tot in het kleinste detail. Met ‘Ysurnames’ kunnen onderzoekers snel achterhalen wie van de mannen het dichtst verwant is met de dader, en of die zijn familienaam deelt met de dader. En de laatste techniek, ‘YMrCA’, maakt een inschatting mogelijk van hoezeer die interessante macht dan verwant is met de dader: gaat het bijvoorbeeld om een broer of eerder een verre achterneef?
Belangrijk, want…
Het onderzoek van Sofie Claerhout kan hoop bieden aan de nabestaanden van slachtoffers van cold cases. Claerhout: ‘Honderden mensen zijn nog in het ongewisse. Voor mij is dat de drijfveer om te blijven gaan. Om mijn onderzoek nog efficiënter en accurater te maken.’
Meer weten?
stories.kuleuven.be/nl/verhalen/cold-cases-gekraakt