Trapt u in deze 10 psychologische mythes?

© iStock
Brecht Castel

Mensen onderdrukken meestal de herinneringen aan trauma’s. Het is goed om woede te ventileren. En de meeste geesteszieken zijn gewelddadig. Toch? Wel, de wetenschap zegt iets anders.

‘De 50 grootste misvattingen in de psychologie’ is een boek waarin vier professoren mythes uit de populaire psychologie ontkrachten. Een van de auteurs is de gerenomeerde Scott Lilienfed, die Knack kon interviewen.

We lijsten voor u tien van de meest frappante, breed aangenomen, psychologische onwaarheden op.

1 De meeste mensen gebruiken slechts 10 procent van hun hersencapaciteit

Deze mythe is ontstaan door een verkeerde interpretatie van oude wetenschappelijke studies waarin er sprake is van een ‘stille cortex’. Bovendien wisten wetenschappers vroeger niet waarvoor 90 procent van de hersenen gebruikt worden. Maar helaas, onze hersenen draaien op volle toeren en er is geen simpel trucje om 90 procent ongebruikt potentieel aan te boren.

2 Kinderen naar Mozart laten luisteren maakt hen slimmer

Wat wel waar is, is dat je na het luisteren van muziek beter een denkoefening kan maken, omdat je alerter bent. Maar welke muziek doet er niet toe en het hoeft zelfs geen muziek te zijn. Een andere bezigheid die je attenter maakt, een glas water drinken om maar iets te noemen, kan ook helpen.

3 Mensen onderdrukken meestal de herinneringen aan trauma’s

Integendeel, mensen onthouden traumatische ervaringen meestal zeer scherp, met soms verschrikkelijke flashbacks als gevolg.

4 Bij een onzeker antwoord op een test, blijf je best bij je eerste gedacht

Als studenten bij een meerkeuzetoets hun initiële antwoord veranderen, doen ze dat meestal net van een fout naar een juist antwoord.

5 Onderzoek toont aan dat dromen een symbolische betekenis hebben

Het boek ‘De droomduiding’ van de vader van de psychoanalyse, Sigmund Freud, kwam uit in 1899 en blijft een grote invloed heb. In de hedendaagse wetenschap is er echter geen bewijs dat dromen echt een betekenis verhullen. Wel is het zo dat onze gedachten en gevoelens overdag onze dromen beïnvloeden.

6 Ons geluk hangt vooral af van externe omstandigheden

Geluk hangt meer af van van persoonlijkheidskenmerken, genetica en onze levenshouding, dan van de dingen die we meemaken in ons leven. Ingrijpende veranderingen, zoals een scheiding of het verlies van een naaste, kunnen ons geluksgevoel uiteraard aantasten, maar minder sterk dan velen denken.

7 Vooral tegenpolen trekken elkaar aan in de liefde

Hollywood wil het graag geloven, maar tientallen studies bewijzen dat mensen met gelijkaardige persoonlijkheidskenmerken net meer kans maken om aangetrokken te worden tot elkaar dan tegengestelde karakters.

8 Woede uiten is beter dan het binnen te houden

Kwaadheid botvieren op een persoon of een voorwerp zorgt net voor méér agressie. Stoom aflaten helpt dus niet. Als je je daarna toch opgelucht voelt dan is dat waarschijnlijk omdat woede na een tijdje vanzelf wegebt.

9 Een laag zelfvertrouwen is een belangrijke oorzaak van psychische problemen

Het meeste onderzoek toont aan dat een lage eigenwaarde niet sterk gecorreleerd is met een slechte mentale gezondheid. Laat staan dat het de directe oorzaak ervan zou zijn.

10 De meeste geesteszieken zijn gewelddadig

Alleen bij mensen met zware psychische ziektes, zoals schizofrenie of een bipolaire stoornis, is er een lichte verhoging van de kans op geweld. En zelfs dan gaat het slechts over een relatief kleine groep van mensen met die aandoeningen.

Meer info over deze en 40 andere mythes kan je vinden in het boek ’50 great myths of Popular Psychology’ van professoren Scott Lilienfeld, Steven Jay Lynn, John Ruscio en Barry Beyerstein. In het Nederlands kwam het boek uit met als titel ‘De vijftig grootste misvattingen in de psychologie’ bij uitgeverij Bert Bakker.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content