Studies maken brandhout van NASA’s arsenicumvretende bacterie

© NASA

NASA maakte in 2010 bekend dat het een bacterie had ontdekt die enkel in arsenicum kon overleven. ‘Niet correct’, aldus twee studies in het vakblad Science.

Twee studies maken brandhout van de bekendmaking van NASA dat er een bacterie gevonden was die in plaats van fosfor het extreem giftige arsenicum als zesde element gebruikte. Het was een wetenschappelijke bom, die nu een losse flodder blijkt te zijn.

Arsenicum in het DNA

Het luidde eind 2010 dat in sedimenten van het Californische Monomeer een bijzondere nieuwe levensvorm was gevonden. Dat meer is zodanig met arsenicum vergiftigd dat elke vorm van leven uitgesloten werd geacht. Toch dook er volgens de NASA een bacterie op die fundamenteel anders is dan alle andere levensvormen op Aarde: GFAJ-1. Het micro-organisme zou de stof zelfs integreren in haar DNA.

Primeur

Dat nieuws sloeg in als een bom. Want tot dan gold dat alle leven op onze planeet is opgebouwd uit zes scheikundige elementen: zuurstof, waterstof, koolstof, stikstof, zwavel en fosfor. NASA maakte zich toen sterk dat voor het eerst was bewezen dat een centraal element van het leven op Aarde door een ander kan vervangen zijn. De “vondst” had ook gevolgen voor de zoektocht naar buitenaards leven, want dit zou er heel anders kunnen uitzien dan tot nu toe gedacht.

‘Hoeveelheid arsenicum valt best mee’ Uit de recent gepubliceerde studies blijkt nu dat de bacterie nog altijd kleine hoeveelheden fosfaat voor zijn groei nodig heeft. Bovendien heeft de bacterie fosfor niet door arsenicum kunnen vervangen om te kunnen overleven. Ten slotte blijkt de hoeveelheid arsenicum in het DNA mee te vallen.

Wat wel vaststaat, is dat de bacterie GFAJ-1 zich goed heeft aangepast aan het leven in een arsenicumrijke omgeving. (Belga/GM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content