Gemakkelijk afgeleide personen zouden meer grijze hersenstof hebben dan andere.
Je hebt ze overal, mensen die hun aandacht niet kunnen houden bij wat ze verondersteld worden te doen. Een euvel dat in elk leslokaal opduikt, en op elke werkvloer. In hoeveel gesprekken ervaar je niet dat de persoon waarvan je denkt dat hij naar je zit te luisteren, met zijn hoofd ergens anders zit?
Het probleem gaat echter niet voor iedereen in dezelfde mate op. Wetenschappers zijn voor het eerst anatomische verschillen op het spoor, die maken dat sommige mensen gemakkelijker afgeleid zijn dan andere. De Journal of Neuroscience publiceert hun eerste conclusies. Gemakkelijk afgeleide personen zouden meer grijze hersenstof hebben dan andere – de grijze stof wordt gevormd door de hersencellen zelf.
Grotere lob = meer concentratieproblemen
Het betrof wel een specifieke zone van de hersenen: de linker bovenste pariëtale lob. Het is niet duidelijk waarom er net daar een verband tussen grijze stof en aandachtsverlies zou zijn. Maar in elk geval blijken mensen met een grotere lob meer problemen te hebben om zich te concentreren dan andere.
Voorlopige observaties hebben uitgewezen dat het licht stimuleren van de lob met een elektrische stroom de aandachtsproblemen zou kunnen oplossen. Wat op termijn zou kunnen leiden tot een aanpak zonder medicatie van aandachtsproblemen als ADHD. (DD)