Positieve humor op het werk bevordert de productiviteit, zo blijkt uit onderzoek bij Vlaamse werknemers. Toch blijven veel werkgevers sceptisch.
In haar masterproef psychologie onderzocht Daisy Van Dessel het verband tussen humor en de prestaties op het werk. Ze maakte een onderscheid tussen 2 positieve en 2 negatieve humorstijlen.
Positieve vs. negatieve humor
Voor de positieve humorstijlen zijn dat zelfversterkende en affiliatieve humor. Bij zelfversterkende humor lach je met jezelf om je beter te voelen, affliatieve humor is constructief en wordt gebruikt om de relaties met anderen te versterken.
Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich zelfverwerpende humor, waarbij men probeert de relaties met anderen te versterken door zichzelf belachelijk te maken, en agressieve humor: bewust plagen of denigreren van anderen.
Uit de vragenlijst die Van Dessel afnam bij Vlaamse werknemers blijkt dat positieve humorstijlen ervoor zorgen dat werknemers hun verplichte taken beter uitvoeren.
Daarnaast zorgt de positieve humor er ook voor dat werknemers zaken ondernemen die niet strikt genomen tot het takenpakket horen. Negatieve humorstijlen anderzijds zorgen er voor dat werknemers de kantjes eraf rijden en zich beperkten tot het strikt noodzakelijke werk.
Werkgevers sceptisch
Een derde van de tijd dat we wakker zijn brengen we door op ons werk. Onderzoek naar arbeidspsychologie is dus hot. Van humor was al geweten dat het bijdraagt tot gelukkigere werknemers die minder ziek zijn.
Toch blijven veel werkgevers erg sceptisch tegenover humor op het werk. Ze zijn bang dat dit hun werknemers zal afleiden en dat ze hierdoor slechter zullen presteren.
Met het onderzoek van deze masterproef werd deze misvatting dus voor het eerst formeel tegengesproken.
Daisy van Dessel deed mee aan de Vlaamse Scriptieprijs. Ook jouw scriptie is goud waard. Schrijf je in voor 7 oktober en maak kans op 2500€.