Een op twaalf medische wetenschappers fraudeert

Acht procent van de medische onderzoekers in Vlaanderen geeft toe data te verzinnen of te “masseren” om een hypothese te doen kloppen.

Het wetenschappelijke tijdschrift Eos liet in november en december 2012 een anonieme enquête uitvoeren naar fraude en publicatiedruk bij wetenschappers aan alle geneeskundefaculteiten.

De vragenlijst bevatte 14 stellingen die de ervaren publicatiedruk meten, en een vragenlijst die peilde naar recente fraude en andere twijfelachtige praktijken bij de wetenschapper zelf en in zijn directe omgeving.

Eos koos voor de medische wetenschap omdat ze een grote impact heeft op ons welzijn. Het gaat om de eerste harde cijfers over wetenschapsfraude in Vlaanderen.

Meer fraude in Vlaanderen dan in buitenland

Vier op de 315 onderzoekers geven toe in de voorbije drie jaar één of meer keer data te hebben verzonnen (1 procent), een erg zware vorm van wetenschapsfraude. 23 onderzoekers (7 pct) bekennen in diezelfde periode data of resultaten selectief te hebben verwijderd om een hypothese te doen kloppen, het zogenoemde ‘data masseren’. Samen heeft ongeveer één op de twaalf (8 pct) zich recent aan verzinnen of masseren schuldig gemaakt, en daarmee doen de Vlamingen het een stuk slechter dan wetenschappers in het buitenland (2 pct).

“Vlaamse universiteiten zijn helemaal niet open over fraude en wanpraktijken, dus de bevraagde wetenschappers vonden een uitlaatklep”, denken professor emeritus André Van Steirteghem, medische wetenschapper en secretaris van COPE (Committee on Publication Ethics).

Bijna helft ziet fraude om zich heen gebeuren maar zwijgt

47 pct van de Vlaamse medische onderzoekers heeft vastgesteld of vernomen dat een collega recent data heeft verzonnen of gemasseerd, opnieuw meer dan het gemiddelde in buitenlandse enquêtes (14 pct). “Dit kan erop wijzen dat er in bepaalde labs een cultuur bestaat waar die wanpraktijken gangbaar zijn”, aldus Eos.

“Uit een rondvraag van Eos bleek dat de voorbije jaren aan Vlaamse universiteiten en onderzoekscentra ‘slechts’ een twintigtal fraudegevallen zijn ontdekt en bestraft. Wetenschappers zijn dus weinig geneigd de kat de bel aan te binden als ze fraude rond zich zien gebeuren.”

Grote publicatiedruk

Wetenschappers wijzen op de grote publicatiedruk als een van de oorzaken voor wanpraktijken. “72 procent van de respondenten vindt dat de druk om wetenschappelijke artikelen te publiceren te groot is geworden”, klinkt het. “Maar liefst 64 procent vermoedt dat sommige collega’s daardoor data al dan niet opzettelijk gaan veranderen. 61 procent vindt dat publicatiedruk tot serieuze twijfel leidt over de geldigheid van onderzoeksresultaten, en 52 procent denkt dat de publicatiecultuur de wetenschap ronduit ‘ziek’ maakt.”

Het onderzoek werd gesteund door het Fonds Pascal Decroos voor onderzoeksjournalistiek. (Belga/TE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content