Dirk Draulans’ Beestenboel: de platbuik is een forse libel die doorgaans slechts twee maanden leeft

platbuik
© Getty Images
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Libellen lijken wel iets uit een andere wereld, zeker wanneer ze met een adembenemende snelheid door het luchtruim scheuren. Soms blijven ze vlak voor je hangen, waarbij ze je intensief lijken te monsteren. En zeggen dat er in de prehistorie – lang voor er mensen waren – libellen met een vleugelspanwijdte van 75 centimeter bestonden. Libellen gaan al veel langer mee in het leven dan mensen. Een van onze algemeenste libellen is de platbuik, een dier dat zijn naam dankt aan zijn brede achterlijf.

De platbuik kan 5 centimeter groot worden met een vleugelspanwijdte van 7 centimeter. Aanvankelijk is het achterlijf geelbruin, maar naarmate mannetjes ouder worden, komt er een grijsblauwe laag overheen. De vrouwtjes blijven geelbruin, maar als ze echt oud worden krijgen ook zij blauwe schakeringen. Ze lijken dan wat te vermannelijken.

De levensduur van volwassen platbuiken is wel bescheiden: maximaal een tweetal maanden, doorgaans in de zomer. In die tijd moeten ze zich voortgeplant hebben. Daarbij kiezen ze zelden voor de gemakkelijkheidsoplossing van gewoon in de buurt te blijven van het water waarin ze zelf opgroeiden. Ze lijken graag te vliegen en gaan zwerven. Onderweg leven ze van kleine insecten die ze in de vlucht verschalken.

Platbuiken zijn uitmuntende vliegers, die snelheden tot 50 kilometer per uur halen. Ze kunnen ineens stoppen en blijven hangen. Ze kunnen zelfs achteruitvliegen (hoewel niet lang). Hun vleugels slaan zo snel dat je de beweging niet ziet.

Een vrijpartij van twee platbuiken is doorgaans in een minuutje afgehaspeld.

De dieren kunnen kilometers ver trekken. Ze worden als een pionierssoort beschouwd, de eerste kolonisten van nieuwe watertjes. Als u in uw tuin een vijvertje hebt aangelegd, is de kans reëel dat een van de eerste verkenners een platbuik is. Zeker omdat de soort een voorkeur heeft voor wateren met weinig vegetatie.

Mannetjes zijn erg territoriaal en verdedigen hun tijdelijke eigendom met overtuiging vanaf een vaste uitkijkplaats. Als er andere mannetjes opduiken, worden die agressief aangevallen. Als een vrouwtje in de buurt komt, vliegen ze er meteen naartoe en proberen ze haar in de vlucht vast te grijpen. Als het lukt, blijven ze eraan hangen en paren ze. De vrijpartij is doorgaans in minder dan een minuut afgehaspeld.

In veel gevallen zal het vrouwtje haar eitjes afzetten in het water in het territorium van het mannetje. Hij zal haar zo lang mogelijk in de gaten houden om te vermijden dat er op de valreep nog kapers op de kust komen.

Om haar eitjes te leggen zweeft een vrouwtje langzaam laag over het wateroppervlak. Af en toe dipt ze haar achterlijf in het water om een eitje te lossen. Daar komt na minder dan een maand een larve uit, die meestal twee jaar als jager op andere diertjes in of vlak boven de bodem leeft. Als gevolg van de klimaatopwarming slagen sommige platbuiken er nu echter in om al na één winter volwassen te worden.

Wanneer ze volgroeid zijn, kruipen de larven op een stengel van een plant uit het water, waarna ze letterlijk openbreken en de volwassen libel uit hun huid sluipt. Het duurt een tiental dagen voor het dier zijn transitie heeft verwerkt en actief wordt. Het is een wonderlijke cyclus.

Partner Expertise