Jan Goossens

‘WK Wielrennen? Opnieuw staat Congo in de schaduw van Rwanda’

Jan Goossens Algemeen Coördinator Child-Help België

‘De massale aandacht voor het WK staat in schril contrast met de stilte rond de humanitaire ramp in Congo, waar miljoenen burgers lijden’, schrijft Jan Goossens.

Afgelopen zaterdag startte in Rwanda het wereldkampioenschap wielrennen. Een sportief hoogtepunt, maar tegelijk ook een morele test. En terwijl de wereld de camera’s richt op Kigali, voert Rwanda in Oost-Congo een oorlog bij volmacht, via de M23-rebellen. Praatprogramma’s, opiniestukken richten zich, niet onterecht, op Rwanda: pro en contra meningen struikelen over elkaar en alles lijkt daar over gezegd en geschreven.


Maar hét hiaat in de ganse discussie is de rol van Congo zelf in dit verhaal; het complete gebrek aan verantwoordelijkheid, slagkracht, betrokkenheid en initiatief van de Congolese overheid blijft te vaak onderbelicht en raakt ondergesneeuwd door het vergrootglas waaronder Rwanda, met reden, gelegd wordt.

De voorbije weken schuift zowat iedereen die ooit in Rwanda geweest is aan bij praatprogramma’s en talkshows. Bekende gezichten krijgen zo de aura van ‘kenner’, alsof een paar reizen volstaan om de complexiteit van de regio te doorgronden. De analyses zijn vaak herhalingen van elkaar, soms raak, soms pijnlijk simplistisch.
De illusie van de zogenaamde expertise.


Het is legitiem én nodig om kritische vragen te stellen bij een sportevenement in een land waar de president in de laatste verkiezingen 99,15% van de stemmen haalde. Maar wie enkel focust op “sportwashing” en autoritair leiderschap, vergeet een belangrijk deel van het verhaal: de gruwelijke realiteit in Oost-Congo en die van een overheid die manifest faalt.

Het moet afgelopen zondag pijn gedaan hebben aan de oren van de Rwandese president toen hij tot tweemaal toe de Brabançonne door de luidsprekers hoorde schallen na de knalprestaties van Remco en Ilan op het WK tijdrijden in Kigali.


Dat er serieuze ruis zit op de politieke en diplomatieke verhoudingen tussen Rwanda en België, is een open deur intrappen.

In de verhouding met Congo liggen de kaarten enigszins anders; België heeft geen monopolie op verantwoordelijkheid, maar wel een historische band met Congo die diplomatieke ruimte biedt om meer te doen.


Anders dan Qatar, China en de VS -die overleg tussen Congo en Rwanda faciliteren uit puur mercantiele overwegingen- zou België écht de leiding kunnen nemen vanuit een bekommernis voor de bevolking.Vandaag ontbreekt die politieke wil. Samen met de internationale gemeenschap kijkt België weg. Officieel veroordeelt men Rwanda, maar tegelijk blijft men diplomatie en handel voortzetten alsof er niets aan de hand is. Dat is geen onwetendheid meer…


In Kinshasa verdiept het gros van de Congolese elite zich, slurpend aan hun cocktail, dan weer liever in de menukaarten van het Pullman Hotel dan in de rapporten die de dagelijkse wreedheden in het oosten van het land documenteren.
Tegelijk verstikt Congo zichzelf door corruptie, nepotisme en falend leiderschap. De officiële staat faalt, waardoor een parallelle samenleving regeert: een informele economie, en rechtspraak, beide gedreven door overlevingsinstinct en macht.

Laten we man en paard benoemen: Congo is langer onafhankelijk dan het ooit een Belgische kolonie was. De meerderheid van de bevolking heeft die periode zelfs nooit gekend. De geschiedenis moet zijn waarheid respecteren, maar wie de Congolezen met respect wil benaderen, moet dus voorbij het verlammende Belgische schuldgevoel.
In de discussie over de aandacht rond het WK wielrennen in Rwanda, hoor je amper kritische stemmen over Congo.


Vraagt er zich dan niemand af hoe het in Gods naam mogelijk is dat een land dat om en bij de 80 keer groter is dan Rwanda er niet in slaagt om zijn grenzen en zijn rijkdom te beschermen?
Al meer dan 4 jaar geldt de staat van beleg in de provincies Ituri en Noord-Kivu en wordt de regio geregeerd door hooggeplaatste militairen die zich vanuit de provinciehoofdstad Goma hebben laten verjagen naar Beni. Zeker, de M23-rebellen zijn geen doetjes en je hoeft de VN-rapporten er maar op na te lezen om te weten hoeveel bloed er aan hun handen kleeft.


Maar de berichtgeving uit de regio is zo ongefilterd dat jager en stroper niet meer te onderscheiden zijn van elkaar.
Allereerst is er de Congolese elite zelf die onderhands mijnconcessies verpatst aan de meestbiedende. Ze hebben alle baat bij instabiliteit en onveiligheid om al die schimmige constructies op touw te zetten.


Daarnaast is er het FARDC (officiële Congolese leger) dat zonder enige slagkracht (en dat is letterlijk te nemen) de strijd moet aangaan met een zeer goed uitgerust M23-rebellenleger.


De Congolese overheid overspeelde haar hand door te denken dat ze het FARDC zouden kunnen versterken met de Wazalendo-militie (een rebellencoalitie), maar de remedie was erger dan de kwaal en samen met nog een aantal andere rebellerende groepen, wordt de bevolking er geterroriseerd, en is men de tel al lang kwijt als het gaat over het aantal miljoenen doden en interne vluchtelingen.


Er wordt ook amper gesproken of geschreven over het ADF (de islamistische terreurgroep die opereert vanuit Oeganda) en wiens rol onderbelicht en onderschat wordt als het gaat over de doffe ellende die ze creëren voor de lokale bevolking. Zij maken zich schuldig aan brandstichting, moord, ontvoeringen en verkrachtingen.

Dat de Congolese overheid er enkel in slaagt om zich te bedienen van een larmoyante retoriek en steeds verongelijkt richting Rwanda wijst, is compleet misplaatst.
(Ook al is het beproefd psychologisch trucje om te wijzen op de fouten van een ander, en daardoor de aandacht van je eigen verantwoordelijkheid af te leiden.)
Het ontbreekt in Kinshasa aan betrokkenheid met wat er in het oosten van hun land gebeurt. Congo heeft nood aan leiderschap, niet aan excuses.
En zoals een Congolese collega het ooit verwoordde: “Nous avons besoin d’une démocrature” — een democratie met tanden.

Rwanda’s betrokkenheid bij de oorlog in Oost-Congo is onomstotelijk bewezen. Toch blijft de massale aandacht voor het WK in schril contrast met de stilte rond de humanitaire ramp in Congo, waar miljoenen burgers lijden. Congo staat hier figuurlijk in de schaduw van Rwanda. Maar ook al staat Congo vandaag in die schaduw, elke schaduw bewijst dat de zon nog altijd schijnt. De bevolking is uitgeput en wil maar één ding “Amani” (vrede).
Dat hoor je ook in « Debout Congolais », het Congolese volkslied, dat gaat over eenheid, patriottisme en hoop op een betere toekomst: hoop op vrede.

Jan Goossens is Algemeen Coördinator van Child-Help. Hij heeft meer dan 36 jaar ervaring in de wereld van ontwikkelingssamenwerking.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise