Sander Loones (N-VA)

‘Vrije handel: verder kijken dan je neus lang is’

Sander Loones (N-VA) Kamerlid voor N-VA

Waarom toch strijden de socialisten met hand en tand tegen het vrijhandelsverdrag tussen de EU en de VS, vraagt N-VA-Europarlementslid Sander Loones zich af.

Het Europees Parlement heeft gestemd over TTIP, het vrijhandelsverdrag tussen de EU en de Verenigde Staten. Een belangrijke stemming. Niet omdat de deal nu gesloten en goedgekeurd is – daarvoor moet helaas nog een lange weg worden afgelegd – wel omdat het parlement een aantal lijnen in het zand trok. Die moeten uitmonden in een evenwichtig en gedragen handelsakkoord.

Vrije handel: verder kijken dan je neus lang is

Het debat en de stemming over TTIP werden begin juni al eens uitgesteld. De Europese sociaaldemocraten raakten het intern niet eens over de opname van een arbitragemechanisme voor investeerders (ISDS, Investor-State Dispute Settlement). Europees parlementsvoorzitter Martin Schulz legde uiteindelijk zelf een compromisvoorstel op tafel om zijn eigen S&D-fractie alsnog over de streep te trekken. Ook dat leverde echter geen eensgezinde socialistische fractie op. (PS en sp.a namen afstand van hun Europese fractie en stemden tegen omdat de tekst volgens hen nog te vaag is en onvoldoende garanties biedt).

Protectionisten zingen de Internationale

Het lijflied van de socialisten mag dan wel de Internationale heten, Kathleen Van Brempt & co stellen zich in dit dossier wel erg protectionistisch op. Niet enkel in het Europees halfrond verwerpen de Belgische socialisten trouwens TTIP. Ook Brusselse en Waalse gemeenteraden verzetten zich – onder druk van de lokale socialistische meerderheid – tegen het vrijhandelsverdrag.

Waarom toch strijden de socialisten met hand en tand tegen TTIP? Ze verklaren zich principieel voorstanders van vrijhandel, maar schieten zichzelf en de Europese burgers telkens in de voet met hun protectionistische reflex. Ze formuleren hun houding ten aanzien van vrijhandel als een ‘ja, maar’, terwijl hoe langer hoe meer duidelijk wordt dat ze eigenlijk ‘neen, nooit’ bedoelen.

Madame Soleil

In vuistdikke studies worden de positieve of negatieve gevolgen van TTIP voorspeld. Laten we eerlijk zijn, de meeste studies zullen er naast zitten. Enkel Madame Soleil kon de toekomst voorspellen in haar glazen bol. Als voormalig coördinator van de studiedienst van mijn partij leerde ik dat economie geen exacte wetenschap is. De veronderstellingen die econometristen maken in hun wiskundige modellen bepalen in belangrijke mate de prognoses. Het ene model benadert al beter de werkelijkheid dan het andere, maar het blijft toch koffiedik kijken.

Vrijhandel heeft een positief effect op onze economie. Zoals een stevig shot cafeïne, mét structurele gevolgen

We hoeven ook niet naar de toekomst te kijken, het volstaat het verleden te analyseren. De economische voordelen van correcte vrijhandel zijn duidelijk. Zo krijgen we broodnodige investeringen in Europa, kunnen onze ondernemingen uitbreiden in andere landen, krijgen we groei en jobs. Vandaag al zijn één op de zeven jobs in Europa (ca. 31 miljoen banen) rechtstreeks of onrechtstreeks gelinkt aan handel met de rest van de wereld. Wij willen dat aantal jobs zien toenemen; andere partijen lijken die prioriteit niet te delen.

We hebben overigens ook geen nood aan ingewikkelde wiskundige modellen om te beseffen dat vrijhandel een positief effect heeft op onze economie. Zoals een stevig shot cafeïne, mét structurele gevolgen. Het schudt het handelsleven voorgoed wakker, terwijl protectionisme tot eeuwige stilstand leidt.

Wie niet wil samenwerken of handel wil drijven, is immers de godganse dag bezig met voedsel zoeken. Wie zich specialiseert in wat hij goed kan en ruilt, kan meer welvaart opbouwen. De bakker probeert toch ook niet om zijn eigen kleren te maken en de kleermaker zal niet elke ochtend vers brood bakken. Arbeidsverdeling en specialisatie leiden tot economische groei, dat leerde Adam Smith ons in 1776 al.

Vrijhandel leidt tot meer export én meer koopkracht

De redenering van Smith is ook toe te passen op landen. Zijn er betere en goedkopere producten te vinden in het buitenland? Dan is het niet verstandig om de import ervan duurder te maken. Ondoordachte importtarieven en de extra kost van onnodige regelgeving zijn een belasting op onze eigen consumenten.

Dankzij het vrijhandelsverdrag tussen de EU en de VS kunnen we de toegang tot elkaars markt verbeteren. Door importtarieven af te bouwen, overbodige belemmeringen weg te nemen en bepaalde regelgeving beter op elkaar af te stemmen waar mogelijk.

Dankzij het vrijhandelsverdrag tussen de EU en de VS kunnen we de toegang tot elkaars markt verbeteren

Zo krijgen onze bedrijven makkelijker toegang tot andere markten. En daar zullen vooral onze kmo’s baat bij hebben, want voor hen liggen de kosten om aan een exportavontuur te beginnen relatief hoger dan voor de grote bedrijven.

Er is ook de keerzijde van de medaille. Bepaalde bedrijven zullen de bijkomende Amerikaanse concurrentie inderdaad niet aankunnen en zullen dus de deuren moeten sluiten. Daarom staan vakbonden zo afkerig tegenover vrijhandel. We moeten hen oproepen om verder te kijken dan hun neus lang is. Om twee redenen. Zonder vrijhandel krijgen we duurdere producten uit de VS, en dat zal de koopkracht van onze doorsneeconsument rechtstreeks aantasten. Bovendien leert het verleden dat de jobs die in bepaalde sectoren verloren gaan, ruimschoots gecompenseerd kunnen worden indien we inzetten op een vlotte arbeidsmobiliteit om mensen te begeleiden naar nieuwe jobs in andere sectoren. Netto hebben vrijhandelsakkoorden zo een positieve impact op de economie.

Met deze resolutie maken we duidelijk waarover wel en niet gesproken kan worden. Zo duwt het Europees Parlement de onderhandelingen tussen de Europese Unie en de VS in de juiste richting. En dat is weg van het protectionisme, richting een eerlijke en vrije handel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content