Uruguayaanse vice-presidente Topolansky: ‘Ik wilde niet dat mijn man nog eens president zou worden’

© Isopix
Ernesto Rodriguez Amari
Ernesto Rodriguez Amari Journalist en politicoloog

Ze noemen haar la Tronca, de boomstam van de Uruguayaanse revolutie. Lucia Topolansky, echtgenote van ex-president José Mujica, houdt vast aan haar idealen. En net daarom hield zíj hem van een nieuwe ambtstermijn. Latijns-Amerika-expert Ernesto Rodriguez Amarihad een exclusief gesprek met de gewezen first lady.

Sommige woorden klinken als een echo uit een ver verleden. ‘De consumptiemaatschappij vernietigt onze menselijkheid en onze planeet’, bezweert Lucia Topolansky wanneer we gaan zitten voor ons gesprek. Maar voor Topolansky is de revolutie nooit opgehouden, ook niet toen ze in 2017 vicepresident van het opvallend progressieve Uruguay werd.

Als jonge studente gaf Topolansky haar architectuurstudie op om zich aan te sluiten bij de gewapende guerrilla MLN-Tupamaros en tegen de militaire dictatuur (1973-1985) te strijden. Binnen de beweging kreeg ze de bijnaam la Tronca, ‘de boomstam’. De prijs die ze daarvoor betaalde, was hoog: veertien jaar zat ze in de cel. Desondanks slaagde ze er samen met haar man, José Mujica, in om na hun gevangenschap de beweging Movimiento Participacion Popular (MPP) op te richten. Toen haar man in 2010 president werd, werd zij als senator verkozen met het hoogste aantal voorkeurstemmen. Ook op hoge leeftijd blijven ze trouw aan hun idealen. En dat heeft zo zijn gevolgen voor de carrière van haar man.

We wilden niet in het presidentieel paleis wonen. We delen onze boerderij met een ander gezin. Drie kamers, dat is genoeg.

Terwijl de socialistische partijen in de rest van de wereld verkiezingen verloren, hield u in Uruguay stand. Hoe komt dat?

Lucía Topolansky:In Uruguay hebben de laatste drie ambtstermijnen socialistische presidentskandidaten gewonnen. Dat komt omdat de socialistische partij Frente Amplio (Breed Front) bestaat uit een coalitie van communistische, sociaaldemocratische en christendemocratische partijen. Alle partijen van extreemlinks tot het centrum hebben zich verenigd. We waken erover dat we vergaderen met de afgevaardigden van alle partijen, zodat we vooraf een consensus bereiken. Zo komen we tot een agenda over alle belangrijke thema’s – economie, veiligheid, migratie en klimaat – en die wordt verdedigd door alle leden van onze coalitie.

In Uruguay is de consensuspolitiek meer ingebed dan in menig Europees land. We kiezen met de verschillende partijen drie of vier mogelijke presidentskandidaten voor wie de partijleden kunnen stemmen. Zodra iemand wordt gekozen, krijgt die kandidaat de steun van de hele coalitie.

Een grote meerderheid van de bevolking stond in 2015 achter de herverkiezing van uw echtgenoot, president José ‘El Pepe’ Mujica. Uitgerekend u hebt zich daartegen verzet.

Topolansky:Vergeet niet dat Mujica ondertussen 84 jaar is. En grote, krachtige bomen werpen grote schaduwen. Eronder groeit niets. Mocht er iets met Pepe gebeuren, dan zou er een gigantische leegte overblijven. Dat kunnen we ons niet permitteren. Er zijn genoeg sterke mannen en vrouwen binnen de linkse coalitie die zijn rol kunnen overnemen.

Kunt u verklaren waarom het geloof in linkse partijen de voorbije jaren zo sterk is gedaald?

Topolansky:Je hebt in de politiek een probleem van ethiek en moraal. Alleen al het woord ‘politiek’ is beladen, het is haast een scheldwoord geworden. Wie dan nog eens ‘linkse politici’ zegt, lijkt wel ‘profiteurs’ te zeggen. Verschillende linkse partijen hebben de laatste decennia een rechtse economische koers gevaren. Ze hebben hun eigen waarden verraden. Nog erger: veel linkse partijen hebben hun morele kracht verloren en slagen er niet meer in een geloofwaardig verhaal te brengen.

Nee, we moeten aan de mensen tonen dat we leven zoals zij. In gewone huizen, met gewone auto’s en gewone kleren. We moeten ons verzetten tegen mirakeloplossingen en wij-zij-denken. Het probleem is dat de meeste politici wonen en leven zoals in het ancien regime: ze omringen zich met bodyguards en verplaatsen zich met grote vliegtuigen en luxueuze auto’s. Ze doen de consumptiemaatschappij alle eer aan. Terwijl het net de overconsumptie is die onze planeet vernietigt. De mensen pikken dat niet langer.

Uruguay gaat de polemiek niet uit de weg. Vanwaar de beslissing om cannabis te legaliseren?

Topolansky:De wereld is de strijd tegen drugs niet bepaald aan het winnen, hè. Dan moet je creatief zijn. Het is zoals de strijd tegen kanker: je moet blijven zoeken. In 2013 hebben we ervoor gekozen de productie, verkoop en consumptie van marihuana onder strikte voorwaarden te legaliseren. Uruguay heeft een lange traditie als progressief land. Op hetzelfde ogenblik, aan het begin van de twintigste eeuw, dat de Verenigde Staten ervoor kozen alcohol te verbieden, voerde Uruguay een wet in waarbij het de kwaliteit en de handel van alcohol controleerde maar niet verbood. Het resultaat in de VS was dat de maffia veel geld verdiend heeft aan de verkoop van industriële alcohol en dat duizenden Amerikanen stierven door alcohol van slechte kwaliteit. In Uruguay konden wij garanderen dat de kwaliteit van de alcohol die de burgers dronken gecontroleerd was, en verdiende de staat via de accijnzen aan de legale handel van alcohol. Uruguay heeft ook als een van de eerste landen prostitutie gelegaliseerd. En we hebben er nu ook voor gekozen om de cannabismarkt van de drugskartels te legaliseren, om zo een deel van de inkomsten uit die markt naar de overheid te brengen. Je ziet nu al dat de inkomsten van de drugskartels gedaald zijn. Daarnaast proberen we de burgers te informeren over de risico’s van drugsgebruik. Wanneer we overmatig gebruik bij mensen vaststellen, proberen we hen ook medisch bij te staan. Maar ons experimentele beleid zou pas echt een succes zijn als het wereldwijd toegepast zou worden. We proberen het op het internationale niveau te verspreiden. Sommige vragen moet je nu eenmaal hardop durven te stellen. Je ziet bijvoorbeeld dat de criminalisering van de cocaplant nog weinig meerwaarde heeft. Synthetische drugs beginnen de plaats van heroïne en cocaïne in te nemen.

Uruguayaanse vice-presidente Topolansky: 'Ik wilde niet dat mijn man nog eens president zou worden'
© Reuters

Uruguay kondigde in 2008 aan dat het tegen 2020 overgeschakeld zou zijn op groene energie. In 2015 kwam al 95 procent van alle elektriciteit van duurzame energiebronnen. Hoe komt het dat de Uruguayaanse politici langetermijnbeslissingen nemen lang voordat andere landen daarop inzetten?

Topolansky: Veel politici spelen een gevaarlijk spel. Door de dynamiek van verkiezingen en aanhoudende campagnemodus verwaarlozen ze de langetermijnvisie. Dat is ook zo voor het klimaat. Gelukkig hoor je ook moedige stemmen, zoals de Zweedse klimaatactiviste Greta Thunberg. De jongere generatie tikt de politiek op de vingers om ons eraan te herinneren dat er belangrijkere thema’s op het spel staan dan herverkozen te worden. Dat is een goede zaak. Al moeten jongeren ook maar eens beseffen dat het niet veel zin heeft om te gaan betogen en tegelijk met de nieuwste smartphone in de hand te lopen. In die elektronica zitten mineralen uit Afrikaanse mijnen, en dat heeft ook een zware impact op het milieu.

Ook gendergelijkheid ligt u na aan het hart. Gelooft u in quota voor vrouwen in de publieke en de privésector?

Topolansky:In Uruguay hebben vrouwen al stemrecht sinds 1912, en sinds 1920 kunnen ze zelf de echtscheiding aanvragen – voor een katholiek land is dat behoorlijk progressief. Het beleid heeft vrouwen ook altijd aangemoedigd om te studeren en te gaan werken. Dat was al zo in de jaren vijftig en zestig. Tijdens de dictatuur zijn die thema’s naar de achtergrond geschoven, maar tegenwoordig krijgen ze weer meer aandacht. Ik weet het, het is moeilijk om niet in clichés te vervallen als je over zulke thema’s spreekt, maar in de eerste plaats moet toch anders worden gesproken over huishoudelijk werk. Dat wordt niet als werk beschouwd, maar dat is het natuurlijk wel.

Daarnaast is er een subtiele manier van discriminatie, waarbij vrouwen op de tweede plaats worden gezet in de openbare of de privésector. Mannen worden president, minister of ceo. Vrouwen worden dan adviseur, kabinetschef of onderdirecteur. Dat kan niet: vrouwen zijn even capabel als mannen. Ik geloof in quota voor vrouwen om daar een omslag in te realiseren. Vrouwen moeten aangemoedigd worden om aan de tafels van de besluitvorming te gaan zitten.

Van uw 28e tot uw 41e was u een politieke gevangene. Wat heeft dat met u gedaan?

Topolansky: Het was een verschrikkelijke tijd. Ik ben gefolterd, ja. Maar het heeft geen zin om wraak te nemen op de mensen die me gevangengezet hebben. Ik wil mijn kompanen en mezelf niet afschilderen als helden. We hebben onze weg gekozen, en de geschiedenis zal uitwijzen of die goed of slecht was. Ik heb fouten gemaakt, maar ook successen geboekt. Ik zie geen redenen om in het verleden te blijven hangen. Ik zou kunnen blijven klagen over het feit dat ik een slachtoffer was van de dictatuur, maar daar kom ik geen stap mee vooruit. Mijn overtuigingen zijn in de gevangenis alleen maar sterker geworden. Wanneer je uit de gevangenis komt, besef je hoe kostbaar de tijd is die je met je familie en vrienden doorbrengt. Het is jammer dat we die tijd vergooien aan de ratrace. De tijd die je verdoet aan werken voor de laatste iPhone, een groot huis of een dikke auto komt nooit meer terug, hoor.

Naar het schijnt, schenkt u de helft van uw loon weg. Klopt dat?

Topolansky: Toen mijn man president was, heeft hij 100 procent van zijn loon gedoneerd aan sociale projecten. Ik geef 50 procent van mijn loon aan goede doelen, zoals projecten voor alleenstaande moeders, kinderen of scholen. We delen ons huis met een andere familie. We hebben maar drie kamers: een keuken, een studio en een slaapkamer. We rijden rond met een Volkswagen uit de jaren zestig. Toen Pepe president was, hadden we maar één politieagent voor ons huis. We hebben toen geweigerd om in het presidentieel paleis te gaan wonen. Dure kleren kopen we niet. We lezen graag en kopen veel boeken, maar als ze uit zijn, geven we ze weg. Als je in een linkse coalitie zit, hoort je levensstijl daarbij aan te sluiten. Dat is onze levensfilosofie. We zijn tegen overconsumptie en verspilling. We willen een rustig leven.

Lucia Topolansky Saavedra

1944: geboren in Montevideo, Uruguay

Studie architectuur, stopt om deel te nemen aan de studentenprotesten

1969-1972: sluit zich aan bij guerrillabeweging Movimiento de Liberación Nacional-Tupamaros.

1972-1985: gevangenschap, komt vrij dankzij de amnestiewet

2000: verkozen in het parlement

2009: behaalt het hoogste aantal voorkeurstemmen van alle senatoren

Sinds september 2017: vicepresident en parlements- en Senaatsvoorzitter

– Woont met ex-president José Mujica op een boerderij buiten Montevideo

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content