Trump waarschuwt dat ‘zware prijs’ zal betaald worden voor chemische aanval in Syrië

© Reuters

De Amerikaanse president Donald Trump heeft zondag gewaarschuwd dat er een ‘zware prijs’ zal betaald worden voor de vermoedelijke chemische aanval die plaatsvond in de Syrische stad Douma. De VN-Veiligheidsraad komt maandag in spoedvergadering bijeen over Syrië.

Dat heeft hij duidelijk gemaakt via Twitter. Trump wijst in zijn tweets ook met een beschuldigende vinger naar de Russische, Syrische en Iraanse leiders.

Verschillende ngo’s hebben zaterdagavond melding gemaakt van een mogelijke gifgasaanval in Douma, de laatste stad in Oost-Goutha die nog in handen van rebellen is. Volgens de Syrische hulporganisatie Withelmen dropte een helikopter van de Syrische luchtmacht een vatenbom met chemicaliën.

De Withelmen maken melding van meer dan 100 doden en 1.000 gewonden. Ook de Unie van Syrische Medische Organisaties (UOSSM) gaat uit van een chemische aanval. Die organisatie gaat er, in haar meest recente balans, van uit dat het dodental tot boven de honderd zal uitstijgen.

In een reactie op Twitter veroordeelt Trump de ‘dwaze chemische aanval in Syrië’.

‘President Poetin, Rusland en Iran zijn verantwoordelijk voor het steunen van beest Assad. Zware prijs te betalen’, zo schrijft hij. ‘Een andere humanitaire ramp zonder enige reden. Ziekelijk! ‘, zegt Trump voorts. ‘Open het gebied onmiddellijk voor medische hulp en verificatie.’

Voorts haalt Trump nog eens uit naar zijn voorganger Barack Obama. ‘Als president Obama zijn rode lijn in het zand had getrokken, zou de Syrische ramp al lang geleden hebben opgehouden. Beest Assad zou geschiedenis geweest zijn! ‘

Trump verwijst daarmee naar het feit dat Obama in 2013 afzag van een militaire aanval tegen het regime in Syrië. Na een chemische aanval die in april 2017 uitgevoerd werd op het stadje Khan Sheikhoun, zou Trump wel het bevel hebben gegeven voor een raketaanval op Syrische regeringsdoelwitten.

Rusland ontkent gebruik van chemische wapens door Syrische regime

Het Syrische leger heeft volgens Rusland geen chemische wapens ingezet tegen de rebellen in de stad Douma, in de regio Oost-Ghouta. Dat blijkt zondag uit de reactie van een Russische generaal op berichten over een nieuwe chemische aanval. Rusland is de belangrijkste bondgenoot van het Syrische regime.

Bij het Russische leger klinkt het dat Syrië geen chemische wapens heeft ingezet. ‘We ontkennen deze informatie stellig’, zo reageert generaal-majoor Joeri Jevtoesjenko. ‘We zijn bereid om, van zodra Doema bevrijd is, onmiddellijk een team van Russische experts ter plaatse te sturen om gegevens te verzamelen die aantonen dat deze verklaringen vals zijn’, zo klinkt het. Intussen voert het Syrische leger zondagochtend opnieuw luchtaanvallen uit op Douma, zo zegt het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten.

Volgens Syrische media heeft de regering ook de onderhandelingen met de rebellen over een terugtrekking uit Douma hervat. ‘De terroristen van Jaish al-Islam hebben onderhandelingen gevraagd en de Syrische staat gaat de gesprekken opstarten’, zo schrijft het staatsagentschap Sana.

Het Syrische leger voert sinds 18 februari samen met Rusland hevige aanvallen uit op Oost-Ghouta, een regio in de buurt van Damascus. Met een combinatie van luchtaanvallen en terugtrekkingsakkoorden is het regime erin geslaagd om de controle over zowat 95 procent van die regio te heroveren, maar Douma blijft (deels) nog in handen van rebellen.

VN-Veiligheidsraad maandag in spoedvergadering bijeen over Syrië

Op initiatief van Frankrijk hebben negen landen een spoedvergadering gevraagd van de VN-Veiligheidsraad over de veronderstelde chemische aanval, zaterdag in Douma in Syrië. De vergadering zou maandag om 21.00 uur in New York beginnen. Dat is zondag uit diplomatieke kringen vernomen. De vragende landen zijn Frankrijk, de VS, Groot-Brittannië, Koeweit, Zweden, Peru, Polen, Nederland en Ivoorkust, preciseerden dezelfde bronnen.

Turkije acht Damascus verantwoordelijk voor mogelijke aanval met gifgas

Turkije acht de Syrische regering verantwoordelijk voor de mogelijke aanval met gifgas in Oost-Ghouta en roept de internationale gemeenschap op tot handelen. ‘We hopen dat de chemische aanval van het Syrisch bestuur deze keer niet onbeantwoord blijft’, deelde regeringswoordvoerder Bekir Bozdag op Twitter mee. De Syrische regering is vooral voor de ‘misdaden tegen de mensheid’ verantwoordelijk, ‘maar iedereen die deze gruweldaad niet heeft verhinderd, heeft er schuld aan’.

De woordvoerder van president Recep Tayyip Erdogan, Ibrahim Kalin, had eerder gezegd dat alle aanvallen tegen onschuldige mensen een schending van het internationaal recht zijn. ‘In dit verband moet het Syrische regime voor dergelijke aanvallen, die het in vele delen van het land en op verschillende tijdstippen heeft uitgevoerd tot rekenschap gedwongen worden’.

Om voortaan ‘oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in Syrië’ te verhinderen, moeten de internationale gemeenschap en in het bijzonder landen die invloed hebben op het Syrische regime nu handelen’, deelde Kalin mee.

Partner Content