Rusland heeft een resolutie in de VN-Veiligheidsraad geblokkeerd die onderzoek naar chemische aanvallen in Syrië moet verlengen.
In de resolutie ging het om het zogenoemde Joint Investigative Mechanism (JIM), waarvan het mandaat met de beslissing een jaar zou verlengd worden.
Elf raadsleden stemden dinsdag in New York voor de resolutie, twee tegen en twee, waaronder China, onthielden zich.
Gemeenschappelijk
Het JIM staat voor het gemeenschappelijke onderzoeksteam van de Verenigde Naties en de Organisatie voor het Verbod van Chemische Wapens (OPCW) met zetel in Den Haag. De OPCW stelt wel vast of er chemische wapens gebruikt werden, maar de verantwoordelijken moeten door de JIM aangeduid worden.
Rusland motiveerde zijn vetorecht dat eerst het nieuwe, donderdag verwachte JIM-rapport moet gepresenteerd worden. Daarin gaat het ook om de vermoedelijk aanval met gifgas op de stad Khan Sheikhoun in de provincie Idlib van april met meer dan 80 doden.
Rusland heeft almaar kritiek geuit op het werk van het onderzoeksteam. Moskou is een van de trouwste bondgenoten van de Syrische president Bashar al-Assad.
Kritiek
De Amerikaanse VN-ambassadrice zei dat Rusland met alle mogelijke middelen wil garanderen dat ‘het barbaarse Assad-regime nooit voor de gevolgen voor het gebruik van chemische wapens’ moet vrezen.
Het JIM was in september 2014 al uitgelopen en sindsdien meermaals verlengd. Bij de verlenging van vorig jaar had de VN-Veiligheidsraad wekenlang over het onderwerp gediscussieerd vooraleer slechts een verlenging van twee weken kon bereikt worden.
