Principeakkoord binnen NAVO om bestedingsnorm op te trekken naar 5 procent

Mark Rutte tijdens zijn toespraak voor de Carnegie-denktank. © Belga

De NAVO-landen hebben een principeakkoord bereikt over een nieuwe, veel hogere norm voor defensie-uitgaven. Ook Spanje verzet zich er niet langer tegen om 5 procent van het bruto binnenlands product (bbp) aan defensie te besteden, zo vernam het Nederlandse persagentschap ANP van diplomaten. Daarmee is de weg vrij voor de leiders van de 32 NAVO-landen om die verhoging op de top in de Nederlandse stad Den Haag te bezegelen.

De nieuwe NAVO-norm moet het belangrijkste wapenfeit worden van de top, die plaatsvindt op 24 en 25 juni. De Amerikaanse president Donald Trump had geëist dat de leden van het bondgenootschap hun defensiebudgetten zouden verhogen van 2 naar 5 procent van hun bbp.

De Nederlandse NAVO-chef Mark Rutte kneedde die onhaalbare eis om tot 3,5 procent voor defensie plus 1,5 procent voor ondersteunende zaken. Daaronder vallen onder meer het tankbestendig maken van bruggen, het opschroeven van de wapenindustrie en een betere cyberbeveiliging. Spanje verzette zich daar echter tegen. Het noemde zo’n verhoging ‘niet alleen onredelijk, maar ook contraproductief’ voor het land, en was van mening dat het ook met 2,1 procent prima de militairen en het materieel zou kunnen betalen die de NAVO van elke lidstaat vraagt om de alliantie te kunnen verdedigen.

Premier Pedro Sánchez vroeg, onder druk van zijn radicaal-linkse coalitiegenoten, om een uitzonderingspositie. NAVO-landen toonden zich bereid de toezegging over de nieuwe NAVO-norm iets losser te formuleren. De leiders zullen woensdag op de top uitspreken dat ‘Bondgenoten (lees: NAVO-landen) toezeggen’ om naar 5 procent te gaan. Aanvankelijk luidde de tekst ‘Wij zeggen toe’. Dat zou iets meer ruimte laten voor flexibiliteit.  De Belgische regering besliste eerder al dat ze zich niet verzet tegen een verhoging naar 5 procent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content