Hij overtreft zijn eigen record voor het snel irriteren van Amerikaanse kiezers, merkt The Economist op. Trumps basis blijft enthousiast, maar het lijkt erop dat de kiezers die hem in november de overwinning schonken, nu tegen hem zijn.
Zelfs wanneer Donald Trump iets goed doet, overdrijft hij. Afgelopen november won hij (voor het eerst in drie pogingen) de popular vote: Trump behaalde het grootste aantal stemmen, met een marge van 1,5 punt. ‘Het mandaat was enorm’, zei hij aan Time. In feite was het de kleinste marge sinds 2000, maar het was een verbetering ten opzichte van de twee eerdere popular vote-verliezen van Trump, met -2,1 punten in 2016 en -4,5 punten in 2020. (Hij werd in 2016 verkozen door de grillen van het Kiescollege).
Zoals wankelende leiders wereldwijd hebben ontdekt, ziet president Trump zijn herverkiezing als een rechtvaardiging van de Make America Great Again (MAGA)-beweging en een mandaat voor radicale, snelle actie.
Toch zijn er na drie maanden van zijn ambtstermijn tekenen dat zijn populariteit afbrokkelt. Zijn approval rating of goedkeuringsbeoordeling is sinds zijn aantreden met 14 punten gedaald, sterker dan de daling van 5 punten die hij rond deze tijd in zijn eerste termijn had.
Geen mysterie
In peilingen van YouGov/TheEconomist geven Amerikanen Trump een netto waardering van min zeven procentpunten voor zijn aanpak van de economie, vergeleken met positieve beoordelingen op dit vlak in zijn eerste termijn. Bijna één op de vijf kiezers van Trump in 2024 zegt dat ze het niet eens zijn met zijn aanpak van inflatie en prijzen, terwijl 12 procent het niet eens is met zijn aanpak van banen en de economie. Begin april bleek uit gegevens van het consumentenonderzoek van de Universiteit van Michigan dat Republikeinen minder optimistisch waren over de economie dan op enig ander moment tijdens de eerste termijn van Trump, afgezien van december 2020, nadat hij zijn herverkiezing had verloren.
De dalende cijfers van Trump zijn geen mysterie. Hij werd grotendeels gekozen op basis van volkse thema’s en erfde een sterke economie die werd geplaagd door zorgen over de inflatie. Presidenten hebben weinig middelen om de economie op korte termijn te verbeteren.
Toch lijkt Trump sinds zijn inauguratie vastbesloten om zo snel mogelijk de hefbomen te vinden die de meeste verstoring kunnen veroorzaken. De aanvankelijke uitholling van het federale personeelsbestand door de regering en de bezuinigingen op hulpprogramma’s die boeren ten goede komen, hebben sommige van zijn kiezers direct getroffen.
Bijna één op de vijf kiezers van Trump in 2024 zegt dat ze het niet eens zijn met zijn aanpak van inflatie en prijzen.
Toen kwamen de heffingen. In een tijdsbestek van twee weken onthulde Trump een duizelingwekkend salvo van tarieven op bijna alle handelspartners van Amerika; hij krabbelde terug op heffingen van meer dan 10 procent (behalve op China); hij maakte een uitzondering voor in China geproduceerde elektronica en leek tevreden met van dag tot dag onderhandelen en improviseren. Op 8 april sloot de S&P 500 19 procent lager dan op het hoogtepunt in februari, alvorens te herstellen. Het is niet verwonderlijk dat sommige van zijn aanhangers het vertrouwen hebben verloren.
‘Wat hebben rechtse politici als Trump toch met grote, kartonnen borden?’
Tariff Man
Zullen de dalende peilingen hem afremmen? Als zelfbenoemde ‘Tariff Man’ heeft Trump uit overtuiging gehandeld en erkend dat zijn ingrijpende heffingen op de korte termijn ‘wat pijn’ kunnen veroorzaken voor Amerikanen, maar op de lange termijn banen in de verwerkende industrie kunnen doen herleven. Misschien zal deze overtuiging hem beschermen tegen een dip in zijn peilingen. Trump zal de kiezers niet opnieuw onder ogen hoeven komen, hoewel hij er wel over heeft nagedacht om zich kandidaat te stellen voor een derde termijn – ondanks een grondwettelijk verbod.
Maar zijn Republikeinse collega’s in het Congres staan voor een afrekening. De Republikeinse kandidaten, die hun winnende coalitie hebben opgebouwd op de rug van economisch gefrustreerde kiezers in swingstaten, zullen bijzonder kwetsbaar zijn als de heffingen van Trump de inflatie opdrijven of een recessie veroorzaken.
De basis van Trump blijft enthousiast over hem. Meer dan 92 procent van de Republikeinse diehards die in november op hem stemden, staat nog steeds positief tegenover hem. Maar zijn herverkiezing werd veiliggesteld door swing voters en kiezers die niet vaak op hem stemmen, van wie velen gedesillusioneerd waren over de economie onder Joe Biden. Deze kiezers met een kleine portemonnee zijn diverser dan de traditionele Republikeinse basis en zijn geen door de wol geverfde conservatieven. Zo boekte Trump boekte bijvoorbeeld indrukwekkende vooruitgang bij jonge kiezers en Latijns-Amerikaanse kiezers.
Onbetrouwbare peilingen?
Volgens de Cooperative Election Study, een verkiezingsonderzoek, was 84 procent van de kiezers die Trump steunden in zowel 2020 als 2024 blank, identificeerde 74 procent zich als conservatief en was 72 procent ouder dan 45 jaar. De nieuwe kiezers die hij in 2024 aantrok waren anders: 65 procent was blank, slechts 42 procent zei conservatief te zijn en slechts 41 procent was ouder dan 45 jaar. Als Trump er niet in slaagt om de economische boom te leveren die hij op het campagnetraject beloofde, zouden deze kiezers zich gemakkelijk tegen hem kunnen keren.
Als Trump er niet in slaagt om de economische boom te leveren die hij tijdens de campagne beloofde, zouden zijn nieuwe kiezers zich gemakkelijk tegen hem kunnen keren.
Daar zijn al tekenen van. De analyse van YouGov-gegevens door The Economist laat zien hoe deze schommelingen zich ontwikkelen. Onder Latijns-Amerikaanse respondenten is de netto goedkeuring van Trump min 37 procentpunt, terwijl het onder degenen jonger dan 30 jaar min 25 is. De projectie van deze trends suggereert dat juist de plaatsen die Trump zijn overwinning bezorgden nu tegen hem zijn.
Onze gegevens suggereren dat Trump een netto negatieve goedkeuringsrating heeft in alle zes swingstaten die hij tijdens de presidentsverkiezingen van november van Joe Biden heeft afgepakt (Arizona, Nevada, Georgia, Pennsylvania, Michigan en Wisconsin).
Trump en zijn bondgenoten zijn misschien geneigd om dergelijke signalen af te doen als zijnde gebaseerd op onbetrouwbare peilingen, maar de Republikeinen hebben dit jaar ook zorgwekkende wendingen in het kiezerssentiment gezien bij de stembusgang, in speciale congresverkiezingen en een felbevochten stemming voor het Hooggerechtshof in Wisconsin. In november gaan de kiezers naar de stembus voor de gouverneursverkiezingen en andere landelijke verkiezingen in Virginia en New Jersey, waar volgens de analyse van The Economist de netto goedkeuring van Trump is gedaald naar een geschatte min 11 en min 14 procentpunt respectievelijk.
Goed voor democratie
De grootste test zullen de tussentijdse verkiezingen in 2026 zijn, die de controle over het Congres zullen bepalen en daarmee het lot van de agenda van Trump. Tijdens zijn eerste termijn verloren de Republikeinen in 2018 42 zetels in het Huis en namen de Democraten de controle over. Op dat moment was de goedkeuringsscore van Trump ongeveer min acht, iets beter dan nu, en kiezers waren over het algemeen tevreden over de economie.
Met nog anderhalf jaar te gaan, is het te vroeg om te voorspellen welke tegenwind de Republikeinen deze keer kunnen ondervinden. Maar zittende partijen doen het zelden goed in midterms en de Republikeinse meerderheid in het Huis is flinterdun.
Paradoxaal genoeg kan de ontevredenheid van de kiezers over de manier waarop Trump met de economie omgaat een goed teken zijn voor de Amerikaanse democratie. Partijtrouw mag dan een recordhoogte hebben bereikt, er zijn nog steeds kiezers die de partijlijnen overschrijden en politici straffen voor overmoed of dwaasheid.
© The Economist