Olena Jahoepova overleefde foltering, honger en dwangarbeid in bezet Oekraïne: ‘Het is een spel. Ze proberen je mentaal te kraken’

Olena Jahoepova overleefde vijf maanden Russische gevangenschap. © Franky Verdickt
Jeroen Zuallaert

Vijf maanden lang werd de Oekraïense Olena Jahoepova gevangengenomen, gefolterd en als dwangarbeider ingezet. Nu zoekt ze gerechtigheid voor de talloze landgenoten die haar ervaringen delen. ‘De Russen zien Oekraïners als hun lijfeigenen.’

Wanneer op 6 oktober 2022 een auto voor haar huis stopt, beseft Olena Jahoepova dat ze in de problemen zit. Kamjanka-Dniprovska, een dorpje op de oostelijke oever van de Dnipro in de Oekraïense regio Zaporizja, is sinds maart bezet door het Russische leger. Twee weken eerder heeft Rusland de regio geannexeerd na een schijnreferendum. Jahoepova weet dat verschillende dorpsgenoten opgepakt en verdwenen zijn. Ze beseft dat ze als voormalig hoofd van de lokale administratie gevaar loopt.

Jahoepova (53) vertelt het allemaal met een ijzige kalmte. Ze spreekt vrijwel onbewogen, methodisch, met nu en dan een elegant streepje ironie. We ontmoeten elkaar in een Brussels hotel, kort nadat ze op uitnodiging van het Vlaams Vredesinstituut in het Vlaams Parlement kwam getuigen over haar omzwervingen.

‘Achteraf besefte ik dat de huiszoeking vooral prospectie was. Ze wisten dat ik gevangen zou zitten en dat ze mijn huis konden leegroven.’

De man die aanklopt stelt zich voor als Jan Vjatsjeslavovitsj Zanevsky, agent voor de Russische inlichtingendienst FSB. Hij wordt vergezeld door twee sjofel uitziende militairen, in uniformen van de DNR, de zogenaamde Volksrepubliek Donetsk die sinds 2014 onder Russische controle staat. Zanevsky is niet zomaar een FSB-agent: hij is de zoon van de voormalige bodyguard van Viktor Janoekovytsj, de Russischgezinde president die in 2014 werd verdreven tijdens de Maidanrevolutie. Hij is door de FSB aangesteld om familieleden van Oekraïense soldaten op te sporen in de regio’s Cherson en Zaporizja.

‘Ze mikten met de plastic fles op de achterkant van mijn hoofd, omdat dat deel brozer is en het gemakkelijker breekt. Met plastic kun je langer slaan, met een glazen fles riskeer je iemand meteen te doden.’

Jahoepova is op dat moment alleen thuis. Haar echtgenoot vecht sinds 2020 in het Oekraïense leger, en zit honderden kilometers verder aan het front. Haar kinderen leven en studeren in Odessa. Ze heeft lange tijd overwogen om haar dorp te verlaten, maar bleef uiteindelijk om haar huis en haar honden te beschermen. Er volgt een korte, vreemde huiszoeking. ‘Het was erg oppervlakkig, alsof ze niet eens hun best wilden doen om iets te vinden’, zegt Jahoepova. ‘Achteraf besefte ik dat ze vooral op prospectie waren. Ze wisten dat ik gevangen zou zitten en dat ze mijn huis zouden kunnen leegroven.’

Foltering

Jahoepova wordt meegenomen naar het lokale politiekantoor. De folteringen beginnen er vrijwel onmiddellijk. Ze wordt in een aparte kamer gebracht, waar Zanevsky en de twee DNR-militairen Jahoepova om beurten op haar hoofd slaan met een volle plastic waterfles. ‘Ze mikten op de achterkant van mijn hoofd, omdat dat deel brozer is en het gemakkelijker breekt. Met een plastic fles kun je langer slaan, met een glazen fles riskeer je iemand meteen te doden. Ze willen dat het zo lang mogelijk duurt, zodat je maximaal lijdt.’

‘Ze amuseerden zich. De folteringen zorgden voor een soort sadistische creativiteit.’

Al snel is haar blouse doorweekt van het bloed. Jahoepova voelt dat haar schedel gebroken is. In de daaropvolgende uren en dagen proberen haar folteraars de meest uiteenlopende methoden. ‘Ze kleefden een vuilniszak over mijn hoofd en nepen mijn neus dicht, zodat ik het gevoel kreeg dat ik zou stikken. Ze probeerden me te wurgen met een elektrische kabel. Ze zetten een ongeladen pistool tegen mijn hoofd of op mijn knie, en haalden de trekker over. Ze dreigden er voortdurend mee om me uit te leveren aan de troepen van de Tsjetsjeen Ramzan Kadyrov, die me onophoudelijk zouden verkrachten.’

‘De hele Russische verdedigingslinie is door Oekraïense dwangarbeiders gebouwd.’

Hoewel het al snel duidelijk is dat Jahoepova niet weet waar haar man zich bevindt, gaan de folteringen wekenlang door. ‘Ze amuseerden zich. De folteringen zorgden voor een soort sadistische creativiteit. Ze overlegden voortdurend over wat ze nu weer eens zouden proberen. Het is een spel voor hen. Ze proberen je mentaal te kraken.’

Tussen de folteringen door wordt Olena ondergebracht in een izoljator, een cel waar verdachten in voorarrest zitten. De cel is ronduit smerig. Er is geen drinkbaar water of sanitair. Eenmaal per dag krijgt ze brakke tarwepap te eten – soms krijgt ze dagenlang helemaal niets. Ze probeert, ‘zoals ik ooit in een film zag’, aan sport te doen in haar cel. ‘Ik kan alleen concluderen dat het helpt om niet gek te worden. Ik begon ook eindeloos lang te tellen. Zolang je telt, heb je geen ruimte voor negatieve gedachten.’

Zanevsky dwingt haar ook om een interview te geven aan het Russische propaganda-agentschap RIA Novosti. Een zichtbaar aangedane Jahoepova mompelt enkele antwoorden. ‘Ze vinden het leuk om video’s te maken en die dan te tonen. Het is pure intimidatie: kijk maar eens wat er gebeurt met wie zich durft te verzetten.’

Olena Jahoepova toont een propagandafilmpje van het Russische agentschap RIA Novosti, waarvoor ze moest optreden. © Franky Verdickt

Verraders

Twee weken na haar arrestatie wordt Jahoepova overgebracht naar de lokale gevangenis. ‘De stank was er niet te harden. De cellen wemelden van de kakkerlakken en de muizen. Er was geen drinkbaar water of sanitair. Er waren vier bedden per cel, terwijl we er soms wel met twintig zaten. Het was bijna onmogelijk om te slapen.’

Sommige dorpsgenoten van Jahoepova lijken wel hun draai te vinden onder de Russische bezetting. In de gevangenis herkent ze de gevangenisdirecteur en de lokale politiecommissaris uit de tijd dat ze werkte voor de lokale administratie. ‘Snap je dan niet dat Rusland hier voor altijd zal blijven?’ probeert de politiecommissaris op haar in te praten. De gevangenisdirecteur stopt haar een boek toe over het Neurenberg-tribunaal. ‘Dat zal je nog nodig hebben’, bijt hij haar toe. In de Russische propaganda worden alle Oekraïners die Oekraïne als onafhankelijke staat erkennen weggezet als nazi’s. ‘Hij had me beter wat eten gebracht’, bromt Jahoepova.

‘Zelfs de Russen vinden Oekraïense collaborateurs verraders. Als ze hen niet meer nodig hebben, beschouwen ze hen als afval.’

Over het algemeen is er maar weinig animo bij de lokale bevolking om te collaboreren, zegt Jahoepova. ‘De mensen die collaboreren, doen dat vooral uit eigenbelang. Meestal hadden ze gerechtelijke of financiële problemen.’ Ze haalt haar schouders op. ‘Ze snappen niet dat geen enkel land op verraders zit te wachten. Zelfs de Russen vinden hen verraders. Ze gebruiken hen zolang ze hen nodig hebben. Maar als ze hen niet meer nodig hebben, beschouwen ze hen als afval.’

Dwangarbeid

Het zwaarste deel van haar lijdensweg moet dan nog komen. Op 18 januari 2023 wordt Jahoepova met een handvol celgenoten overgebracht naar Verchnja Krynytsja, op een twintigtal kilometer van de stad Zaporizja.

Daar wordt ze als dwangarbeider gebruikt om in de bittere kou de tweede Russische verdedigingslinie op te bouwen. ‘Ik kreeg laarzen in maat 45 en een militair uniform, en werd de loopgraven in gejaagd. We moesten loopgraven graven en repareren, schuilplaatsen bouwen, bunkers aanleggen. Die hele verdedigingslinie is door Oekraïense dwangarbeiders gebouwd.’

Het werk is levensgevaarlijk. De Oekraïners moeten op een bepaald moment mijnen verzamelen die door een tractor naar boven worden gehaald. De Russen hadden mijnen gelegd in een veld, maar waren vervolgens de plattegrond kwijtgeraakt waarop die mijnen waren aangeduid. ‘Ze waren bang dat als ze zich zouden terugtrekken ze op hun eigen mijnen zouden stappen.’ In de loopgraven worden ze meermaals beschoten door Oekraïense drones. ‘Ik begrijp het wel’, zucht Jahoepova. ‘We droegen Russische uniformen, en we werkten mee aan de verdedigingslinies. Voor het Oekraïense leger ben je dan een legitiem doelwit.’

Twaalf uur per dag moeten Jahoepova en haar lotgenoten dwangarbeid verrichten. Ze worden ondergebracht in bouwvallige gebouwen die de Russen hebben gekraakt. ‘We zaten met wel twintig in een kamer gepropt met dichtgetimmerde ramen. Aan de deur stonden twee bewakers met een geweer. Er waren geen bedden. Sommige dagen was er geen eten.’

Jahoepova ziet hoe verschillende mannen zich letterlijk kreupel werken. ‘De Russen zien Oekraïners als hun lijfeigenen’, benadrukt Jahoepova. ‘Ze vinden dat ze het recht hebben om met ons te doen wat ze maar willen. Ze vinden dat alle Oekraïners die pro-Oekraïne zijn uitgeroeid mogen worden.’

Olena Jahoepova overleefde vijf maanden gevangenschap. © Franky Verdickt

Familie

Op zulke momenten verlies je elke hoop, erkent Jahoepova. ‘Je weet dat het Oekraïense leger er waarschijnlijk niet in zal slagen om jou te bevrijden. Ontsnappen kan niet: je bent omringd door mijnenvelden. En als je daar al voorbij zou raken, is de kans groot dat je botst op een eenheid van de Wagner-groep (Russische paramilitaire organisatie van huurlingen, nvdr).’

Toch slaagt de groep van Jahoepova erin om vrij te komen. Een van Olena’s medegevangenen kan de gsm van een bewaker bemachtigen en zijn familie in bezet gebied contacteren. ‘Zijn familie begon naar Moskou te bellen en te klagen: hoe kan Rusland onschuldige burgers ontvoeren en tot slaaf maken, wanneer ze net beweerden dat ze Oekraïne kwamen bevrijden? Ze drongen zodanig lang aan dat het kennelijk te groot werd om de situatie te verdoezelen.’

En dus stuurde het Russische ministerie van Binnenlandse Zaken een ploeg rechercheurs naar Zaporizja om Jahoepova’s groep van het front weg te halen. ‘We werden naar Melitopol gebracht, waar we twee dagen lang ondervraagd werden. Vervolgens lieten ze ons – tot onze verbazing – vrij. Ze waren vooral bezorgd dat zij er de schuld van zouden krijgen als we in gevangenschap zouden sterven.’

‘Familie is het besef dat er iemand naar je op zoek is, dat je altijd een sprankeltje hoop moet bewaren dat je toch wordt gevonden.’

In een naburig dorp vindt ze een onverschrokken 85-jarig omaatje dat voor haar contact opneemt met haar familie, zodat die geld kan sturen om te reizen. Ze regelt een lift naar Novoazovsk, aan de Russische grens. Via een filtratiekamp slaagt ze erin Rusland binnen te gaan. Uiteindelijk steekt ze de grens over naar Estland. Zodra ze het land uit is, slaagt ze er eindelijk in haar man te bereiken. ‘Hij huilde aan de telefoon toen hij me hoorde.’

Anderhalf jaar nadat ze elkaar voor het laatst hebben gezien, vernieuwen ze hun huwelijksgeloften in de regio Charkiv, waar haar echtgenoot op dat moment is gelegerd. ‘Wanneer je in gevangenschap zit, is er niets belangrijkers dan familie. Familie is het besef dat er iemand naar je op zoek is, dat je altijd een sprankeltje hoop moet bewaren dat je toch wordt gevonden.’

Gerechtigheid

Ze gelooft niet dat ze nog terug zal keren naar haar geliefde Kamjanka-Dniprovska. ‘De Russen hebben drie jaar tijd gehad om versterkingen aan te brengen. Daar raken we nooit meer door.’ Ze zucht. ‘Er wonen nu orks (scheldwoord voor Russen, nvdr) in het huis dat mijn grootvader, een oorlogsveteraan, heeft gebouwd. Ik denk niet dat hij daarmee zou kunnen leven.’

‘Wat ik nog het meeste mis, is mijn laptop. Ik heb de voorbije twintig jaar zowat alles vastgelegd: de eerste stapjes van mijn dochters, hun eerste dag op de kleuterschool, hun concerten op de kunstacademie. Maar het staat allemaal op mijn laptop, en die hebben de Russen meegenomen. Het is alsof ze een deel van mijn geheugen hebben gestolen. Dat doet pijn.’

Ondertussen is Jahoepova met een studie rechten begonnen. Ze wil advocaat worden om ook voor andere Oekraïense slachtoffers gerechtigheid te eisen. Het proces tegen Zanevsky heeft ze al gewonnen. De FSB-agent werd afgelopen juli in absentia veroordeeld tot een celstraf van twaalf jaar.

‘Eigenlijk moet ik de man die mij het boek over het Neurenberg-tribunaal gaf dankbaar zijn’, besluit Jahoepova. ‘Dankzij dat boek begrijp ik dat het mogelijk is om misdadigers zelfs dertig of veertig jaar later voor de rechter te brengen. Dat misdadigers, hoe rijk of hoe machtig ze ook zijn, verantwoording moeten afleggen voor hun daden. Dat is mijn hoop. Het was nooit zijn bedoeling, maar dat boek heeft me geïnspireerd om ondanks alle pijn en miserie door te zetten.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise