Een volk hoef je niet uit te roeien met bommen. De regering in Peking geeft het voorbeeld. China verandert de samenstelling van Xinjiang zodanig dat de identiteit van 12 miljoen Oeigoeren langzaam maar zeker helemaal verdwijnt, schrijft Robbert de Witt (EW).
Zie bijvoorbeeld wat de Russen hebben gedaan – en ongetwijfeld nog altijd doen – op de Krim. Dat schiereiland werd in 2014 afgepakt van Oekraïne. Volgens Oekraïense bronnen is de afgelopen tien jaar eenderde van de bevolking ‘vervangen’. Russen van elders worden naar de Krim gelokt, en de mensen die er woonden, moeten ergens anders naartoe. Zo eindig je vanzelf met een bevolking die pro-Russisch is.
China probeert Oeigoeren te vermengen met Han-Chinezen
In de regio Xinjiang, in het uiterste westen van China, gebeurt hetzelfde, maar op nog grotere schaal. De regering in Peking voert al jaren een keiharde campagne om de Oeigoeren die daar wonen het leven zuur te maken.
Naar schatting leven er zo’n 12 miljoen etnische Oeigoeren in dit afgelegen deel van China. Dat zijn er dus meer dan er Belgen zijn, of Hongaren. Lastig om te laten verdwijnen – maar als je ze mengt met de 1,4 miljard Chinezen, dan zijn ze zomaar foetsie. Zoals druppels verf oplossen in een meer.
Veel Oeigoeren, merendeels moslims, voelen zich bepaald niet verwant met de Chinezen in het oosten. Liever hebben zij een eigen staat. Maar met separatistische verlangens hoef je in Peking niet aan te komen.
Peking probeert Oeigoerse taal te laten uitsterven
Een Oeigoer vertelde tegen website The Diplomat over hoe de Chinese overheid probeert de Oeigoerse taal te laten uitsterven. In Xinjiang – daar begint het al, want dat is de Chinese naam voor de regio, Oeigoeren spreken van Oost-Turkestan – is het onderwijs op staatsscholen officieel tweetalig. Het betekent in de praktijk dat de leerlingen Chinees wordt geleerd. Thuis spreken kinderen immers al Oeigoers.
Volgens de overheid past het Oeigoers niet meer bij de 21ste eeuw, en dus worden borden, etiketten, naamplaatjes en alle andere officiële instructies en aanwijzingen enkel nog in het Chinees gemaakt. Bibliotheken worden volgens deze Omer Kanat gesloten, en uitgevers van boeken in het Oeigoers worden vervolgd. Er zouden boekverbrandingen zijn, wanneer politie bij huiszoekingen boeken in de verkeerde taal vindt.
Onderdrukking van Oeigoeren: ‘opvoedkampen’, dwangarbeid
De onderdrukking gaat nog veel verder. Ooggetuigen – vaak gevluchte Oeigoeren – verhalen van een politiestaat. Overal camera’s met gezichtsherkenning (daar is China heel bedreven in), overal gewapende politie op straat, telefoons en computers die worden afgeluisterd, willekeurige arrestaties.
Drie jaar geleden verscheen op internet een enorme hoeveelheid gelekte politiedossiers waaruit dit allemaal bleek. Inclusief duizenden foto’s van opgepakte Oeigoeren, van tieners tot zeventigers. Allemaal gevaarlijk in de ogen van de Chinese staat. Tienduizenden, honderdduizenden verdwenen in zogeheten ‘opvoedkampen’, waar hun met geweld en intimidatie liefde voor China werd bijgebracht.
Ook zijn er in Xinjiang strafkampen waar Oeigoeren dwangarbeid moeten verrichten. Volgens sommige bronnen gaat het mogelijk om anderhalf miljoen gevangenen.
Sindsdien hebben veel westerse landen een importverbod ingevoerd voor goederen gemaakt door Oeigoerse dwangarbeiders. Zulke wetgeving bestaat in de Verenigde Staten, Canada en het Verenigd Koninkrijk. Ook de Europese Unie – vaak iets trager als het gaat om wetgeving – werkt aan zo’n verbod. Het ging vooral om katoenen kleren en zonnepanelen.
Gedwongen verhuizingen van jonge Oeigoeren
Onlangs bleek uit onderzoek van onder meer The New York Times dat er inmiddels bijna tachtig bedrijven in Xinjiang zijn waar Oeigoeren te werk zijn gesteld en kostbare aardmetalen worden geproduceerd. Die zijn cruciaal voor de hightechindustrie wereldwijd: voor batterijen, smartphones, chips.
De Chinese regering beweert dat ze zich juist heel veel inspanningen getroost om de bevolking van Xinjiang uit de armoede te helpen. Precies om die reden krijgen massa’s jonge Oeigoeren mooie banen in de steden aan de oostkust aangeboden, duizenden kilometers van hun geboortegrond.
Volgens organisaties als Amnesty en Human Rights Watch gaat het om gedwongen verhuizingen. Oeigoeren keren zelden terug. Tegelijk worden Chinezen uit het oosten gelokt met mooie banen en goedkope huizen om zich permanent te vestigen in Xinjiang. Zo verandert de samenstelling van de bevolking.
En zo verdwijnt een volk, langzaam, maar onvermijdelijk.