Het Hooggerechtshof van de Verenigde Staten heeft vrijdag de wetgeving van de staat Texas overeind gehouden die abortus verbiedt na zes weken zwangerschap.
De rechters zeiden wel dat de verstrekkers van abortus het recht hebben de wet aan te vechten voor een federale rechtbank.
De uitspraak van het Hooggerechtshof betekent dat de zaak terugkeert naar een districtsrechtbank voor verdere procedures. Dat opent de mogelijkheid dat de wet opgeschort wordt.
De abortuswet van Texas is sinds ruim drie maanden van kracht. Op 1 september gaf het Hooggerechtshof groen licht voor de wet. Sindsdien steken vrouwen in Texas de grens van de staat over om een zwangerschap na zes weken te laten afbreken. Vrouwen in armoede die daar de middelen niet voor hebben, hebben maar weinig keuze.
Systeem van verklikking
Juristen die de abortuswet aanvochten, noemden de wet ongrondwettelijk en voerden aan dat ze het grondwettelijke recht van vrouwen op abortus tenietdeed. De Texaanse wet verbiedt abortus van zodra de hartslag van de foetus kan worden waargenomen, maar vaak weet een vrouw na zes weken nog niet dat ze zwanger is.
In de rest van de VS is abortus tot ongeveer 24 weken zwangerschap toegestaan, al komt ook dat onder vuur.
Het uitzonderlijke aan de wet in Texas is dat de staat zelf niet ingrijpt, maar het aan burgers overlaat om te klikken en klacht in te dienen tegen degenen die aan abortus deelnemen (tot en met taxichauffeurs die vrouwen aan een abortuscentrum afzetten). Zo hoopt Texas niet in overtreding te zijn met de nationale wetgeving, die het recht op abortus garandeert tot de foetus levensvatbaar is. Wie in Texas een succesvolle aanklacht indient kan tot 10.000 dollar ‘beloning’ krijgen.
Het Hooggerechtshof weigert zich tot dusver ten gronde over de Texaanse wet uit te spreken.