Dirk Rochtus

‘Geur van Weimar in de Bondsdag: Friedrich Merz begint als bondskanselier, maar het vertrouwen ontbreekt’

Dirk Rochtus Doceert internationale politiek en Duitse geschiedenis aan KU Leuven/Campus Antwerpen.

‘Zijn verschroeiende ambitie om bondskanselier te worden lijkt echter mee bij te dragen tot de neergang van de politieke cultuur van zijn eigen land’, schrijft Dirk Rochtus over Friedrich Merz, die gisteren in Berlijn de eed aflegde.

De christendemocraat Friedrich Merz (CDU) gaat de geschiedenisboeken in als de eerste bondskanselier die niet in de eerste stemronde van het Duitse parlement werd gekozen. Hij haalde gisteren maar 310 van de 328 stemmen waarover zijn coalitie van CDU/CSU en SPD beschikt en zes minder dan de absolute meerderheid. Dat is op zijn zachtst uitgedrukt een ‘heuse prestatie’.

Zijn voorganger, de sociaaldemocraat Olaf Scholz (SPD), had in  2021 zelfs meer stemmen gekregen dan de vereiste meerderheid. In een tweede stemronde later op de dag lukte het met 325 stemmen dan toch voor Merz. Hij moest daarvoor wel het interne reglement van de Bondsdag laten wijzigen. De tijd drong immers.

Vandaag werd hij als bondskanselier verwacht in Parijs en Warschau.

Kwaad bloed

De weg naar de macht is voor de 69-jarige Merz niet over rozen verlopen. Vele jaren geleden werd hij door Angela Merkel in de hoek geduwd. Uiteindelijk is hij na een carrière in de privé economie op die plaats beland waar hij al die tijd van heeft gedroomd: het Bundeskanzleramt, de kanselarij in Berlijn. Zijn forse optreden durft hem daarbij wel eens parten te spelen. Zijn bereidheid om eind januari – toen nog vanuit de oppositie – een motie over een strengere aanpak van de migratie met steun van de AfD te laten goedkeuren, zette kwaad bloed bij de partijen ter linkerzijde, de SPD, de Groenen en Die Linke.

Nadat hij op 23 februari met de ‘Union’, het kartel van de twee christendemocratische partijen CDU en CSU, de Bondsdagverkiezingen had gewonnen, begon hij een coalitie met de SPD te smeden. Ook hierbij kwam hij fors en onverwacht uit de hoek. De ruzie tussen de Amerikaanse president Donald Trump en zijn Oekraïense ambtsgenoot Volodymyr Zelensky in het Witte Huis eind februari vormde voor Merz de aansporing om de Duitse defensie-uitgaven drastisch te  gaan verhogen.

Dat kon alleen maar door de schuldenrem los te laten, al had hij tijdens de verkiezingscampagne bij hoog en laag gezworen dat er daaraan niet geraakt zou worden. Dat ‘kiezersbedrog’ heeft dan weer heel wat eigen mandatarissen en partijleden boos gemaakt.

‘Weimar’

Merz had dus zowel bij zijn eigen achterban als bij de toekomstige coalitiepartner, de SPD, ruiten ingeslagen. Die misnoegdheid is blijven sluimeren binnen de eigen zwart-rode meerderheid, zozeer zelfs dat achttien leden ervan Merz hun stem ontzegden tijdens de eerste zitting van de Bondsdag gisteren.

Zo een stemming lijkt normaal gezien een formaliteit, maar ze maakt een wezenlijk deel uit van het parlementair-democratische systeem van de Bondsrepubliek Duitsland. De Duitsers zijn immers niet vergeten dat op het einde van de Republiek van Weimar (1919-33) toenmalig rijkspresident Paul von Hindenburg de leider van de sterkste partij, Adolf Hitler, tot ‘Reichskanzler’ had benoemd. De verkiezing van een bondskanselier in het federale parlement wordt daarom ook – naast vele andere institutionele regels – gezien als een antwoord op de politieke instabiliteit en het machtsmisbruik die zo kenmerkend waren voor ‘Weimar’.

Politieke cultuur

Toen bleek dat Merz het niet gehaald had in de eerste stemronde, heerste er dan ook  algemene ontreddering in het halfrond. Sommige media gewaagden van een ‘geur van Weimar’. En dat had niet alleen te maken met het debacle rond de figuur van Merz. De Bondsrepubliek staat voor heel wat uitdagingen in binnen- en buitenland, zoals de aftakeling van de Duitse industrie, de ongecontroleerde migratie, de opkomst van radicale partijen en oorlogen aan de rand van Europa. Merz wil de economie weer opkrikken en van Duitsland weer een slagvaardige actor op het wereldtoneel maken.

Zijn verschroeiende ambitie om bondskanselier te worden lijkt echter mee bij te dragen tot de neergang van de politieke cultuur van zijn eigen land. Enkele voorbeelden. Een maand na de parlementsverkiezingen heeft hij de tweederdemeerderheid voor het opheffen van de schuldenrem in de wacht gesleept in een aparte zitting van de oude Bondsdag, vlak voor de officiële openingszitting van de nieuwe. Om de Groenen mee te krijgen liet hij ‘klimaatneutraliteit van Duitsland tegen 2045’ in de grondwet betonneren. Ook gisteren weer deed hij voor de wijziging van het interne reglement van de Bondsdag met een tweederdemeerderheid een beroep op de Groenen én Die Linke. Vooral dit laatste doet de wenkbrauwen fronsen. Heeft de ‘Union’ niet altijd verkondigd dat haar posities ‘onverenigbaar’ zijn met die van de AfD én Die Linke?

Als kanselier houdt Merz de ‘Brandmauer’ tegen de AfD in stand, maar slaat wel een ferme bres in die tegen Die Linke, de opvolgster overigens van de vroegere marxistisch-leninistische partij van de DDR.

Het kanselierschap van Merz is onder een kwalijk gesternte gestart. Wantrouwen begeleidt hem in zowel conservatief als links Duitsland. Zijn vroegere critici verweten hem een gebrek aan politieke ervaring. Maar ambitie heeft hij meer dan genoeg.

De vraag is nu of hij die eigenzinnig gekleurde energie positief zal kunnen inzetten voor de Duitse samenleving en economie en voor een sterkere rol van Europa op het wereldtoneel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content